Droomstaattrilogie 02 - Spel zonder einde

  • 0 0 0
  • Like this paper and download? You can publish your own PDF file online for free in a few minutes! Sign Up
File loading please wait...
Citation preview

e *ii

Spel zonder einde Jed McKenna

0

Spel zonder einde

Spel zonder einde Jed McKenna

samsara

Jed McKenna © 2015 Wisefool Press Oorspronkelijke titel: Play Oorspronkelijke uitgave: Wisefool Press 2015 © Nederlandse uitgave: Samsara Uitgeverij bv 2015 Vertaling: Maggie Wishaupt Omslagontwerp en lay-out: Erik Tbé: www.erikthedesign.com

Niets uit deze uitgave mag gereproduceerd worden zonder schriftelijke toestemming van: Samsara Uitgeverij bv Herengracht 341, ror6 AZ Amsterdam www.samsarabooks.com

Inhoud

Noot van de uitgever

7

Eerste bedrijf: Gemini

9

Intermezzo I

41

Tweede bedrijf: Pinkje drukken

45 89

Intermezzo 11 Derde bedrijf: De optocht

93

Intermezzo III

II3

Vierde bedrijf: Debat

II7

Intermezzo IV

165

Vijfde bedrijf: Anatta

167

Intermezzo V

213

Zesde akte: Fedallah Intermezzo VI Zevende bedrijf: Delphi

215 229 233

Noot van de uitgever

Het is wat het is, zeggen ze, maar is dat ook zo?

B

ij Jed McKenna heeft de prioriteit altijd veel meer gelegen bij het vernietigen van vragen dan ze te

beantwoorden, dus is het niet zo verwonderlijk dat Het Spel meer Q is dan A. In feite kun je dit boek zien als een gang door de opeenvolgende stadia van een zelfonderzoek: elk van de zeven schetsen brengt ons weer een stukje verder op de innerlijke reis. In de eer­ ste bedrijven komen de vragen aan bod, terwijl in de latere bedrijven gekeken wordt naar hen die daadwer­ kelijk de vragen stellen, en die ons laten zien en belo­ ven, ja ons ervoor waarschuwen, waar eerlijk en niet af­ latend onderzoek in werkelijkheid naartoe leidt. Maar wie, vroeg Jed zich af, wil nu werkelijk uitkomen waar deze weg naartoe leidt? Op deze tocht verandert wie je bent met elke stap, en gaat het er alleen om dat de volgende stap wordt gezet. Uiteindelijk is het spel wat het is, nietwaar? Het kan de zoektocht voorstellen van een leven dat onderzocht wordt, of misschien is het alleen maar een speels niemendalletje. Maar uit­ eindelijk is het spel, net als het leven, net als alles, wat het voor jou betekent.

EERSTE BEDRIJF:

Gemini

Openingslied, achter elkaar gezongen door kinderen Rock-a-bye baby in de boomtop, de wind blaast zijn wiegje heen en weer. Als de tak breekt, komt het op de grond neer. En komt baby ten val, met wiegje en al.

IO

SPEL ZONDER EINDE

ENSCENERING EN PERSONAGES:

zus : twee baby's van één dag oud, vastgegespt in kinderzitjes in de auto tijdens de rit uit het zieken­ huis naar huis. De hoofdjes met blauw en roze mutsjes steken naar buiten, armpjes en beentjes schoppen en wapperen heen en weer. BROER &

stem van pappa, stem van mamma, stem van ouder broertje, stem van een TomTom.

ANDERE PERSONAGEs:

Broer en Zus worden wakker, ze hebben allebei een flesje. Broer laat het zijne vallen en probeert het op te rapen, maar hij kan er niet bij. Dan ziet hij Zus.

BROER

zus

BROER

Hoi baby! Kom je hier vaak? Ik ben een Gemini. Wat is jouw teken? Rustig aan, pedanterik, ik ben je tweelingzus. Gaaf! Welkom in de wereld, zus.

(op een toon alsofhij een worstelwedstrijd aankondigt)

EERSTE BEDRIJF: GEMINJ

II

Ben je klaar om lekker ló-ó-ós te gaan??? zus

BROER

zus

Ik ga niet lekker los voordat mijn fontanel is dichtgegroeid. Je fontanel? Ja, dat is waar ook. Wat is dat? Een zacht plekje bovenop de schedel. Jij hebt er ook een.

(Broer brengt zijn armpje omhoog) Afblijven, groentje! Daar zitten je hersens. Je gaat toch niet met je vingers vol snot in je hersens zitten peuren? BROER

(inspecteert zijn vingers) Je mag niet groentje tegen me zeggen!

zus

Nou, gedraag je dan niet zo.

BROER

Gedraagjij je niet zo!

zus

Maar dat deed ik helemaal niet

BRoER

Je bent echt stom!

ZUS

En jij bent nog stommer! Stom jong dat je bent!

12

SPEL ZONDER EINDE

(kalmeert) O wow! BROER

Zeg dat wel... Blijkbaar beginnen we nu al in onze rol te komen.

zus

fa, alsof we voorgeprogrammeerd zijn.

BROER

Of handelen uit instinct.

zus

Of alleen maar personages zijn in een toneelstuk.

BROER

En onze levens al uitgeschreven zijn.

zus

En ons einde al vastligt.

BROER

Als ratten in een doolhof.

zus

Of marionetten bungelend aan touwtjes.

BROER

Misschien moeten we uit onze rol vallen en de beest gaan uithangen.

zus

fa, baby's bij de beesten af, klinkt cool.

BROER

Dan moeten we wel een pakkende titelsong hebben.

EERSTE BEDRIJF: GEMINI

(op de melodie van een populaire televisieserie uit de jaren zeventig) Ta ta taaa, ta ta taaa, ta ta taa! Wij baby's gaan de beest uithangen, ons zullen ze nooit zullen vangen! Dat is wat wij gaan doen, en geven hem lekker van katoen! Ta ta taaa, ta ta taaa... zus

(onderbreekt hem) Tja, misschien moeten we nog maar even wachten met de beest uithangen totdat we kunnen potjepoepen.

BROER

zus

Potjepoepen? Ja natuurlijk. Wat is dat nou weer? Ik weet het niet helemaal zeker. Het is iets waar je ze je in trainen.

(wijst naar buiten) Ooh, heb je dat gezien? BROER

zus

Wat gezien? Ik weet niet wat het is, ik heb nog niet van alles de namen geleerd. Het had twee vleugels en witte veren en een spitse bek.

SPEL ZONDER EINDE

BROER

0 ja, dat noemen ze een brandweerauto.

Die bezorgen baby's.* zus

Oh. En daar zitten wij nu in?

BROER

Nee, dat heet een baarmoeder.

zus

Wat leuk zeg, een baarmoeder met uitzicht. Wie zijn die mensen op de voorbank?

STEM VAN

OUDER BROERTJE

(zeurderig, ongedurig, als een echte vijfjarige) Zijn we er nog niet? Hoe lang duurt het nog? BROER

Oh, hij daar. Ik heb naar dat jong geluisterd toen jij sliep. Hij is stokoud, zeker vijf jaar, maar wat-ie doet zeg! Hij laat die man en vrouw niet wegkomen met hun stomme antwoorden. Dan zeggen ze bijvoorbeeld iets wat heel slim klinkt, alsof ze weten waar ze het over hebben, snap je, waarom de lucht blauw is bijvoorbeeld, en dat joch -echt een rotzak zeg ik je- dat jong vraagt dan: "Waaróóm?". Steeds weer. "Waaróóm?". En wat ze ook antwoorden, wéér vraagt hij dan: "Waaróóm?". Niet te geloven, dat gaat de hele avond zo door,

*

Dit slaat op een Amerikaans gebruik waarbij de kerstman in

een brandweerauto geschenken rondbrengt.

EERSTE BEDRIJF: GEMINI

zonder ophouden. Wat ook het antwoord is op zijn laatste "waarom", hij komt steeds weer opnieuw met: "Waarom?" Horendol worden ze ervan. zus

Wow, jij weet van wanten, zeg! Heb je al een naam?

BROER

Ze noemen me Mijnheer Stinkbroek En jij?

zus

Prinses Poep-in-de-broek.

BROER

Aangenaam kennis te maken.

zus

Hebben we al gedaan.

BROER

Och ja, dat was jij in dat fijne donkere holletje.

zus

Ja, toen we nog als vissen rondjes zwommen, yin en yang speelden en standje negenen­ zestig nadeden. Totdat we opeens, woesj!! naar buiten werden geperst als golfballen door een tuinslang! En toen kwam ook nog die man die mij als een spartelende vis ondersteboven hield en op mijn billen begon te slaan.

BROER

Wie was die man met dat masker op?

ZUS

Een perverseling.

SPEL ZONDER EINDE

BROER

Nou, hier zijn we dan. Het leven in. Wat wil jij worden als je groot bent?

zus

Weet ik nog niet. Op dit moment leef ik alleen maar van fles naar fles.

BROER

Zeker, waarom zou je je haasten? Neem een jaar vrijaf, leer lopen, ga naar Europa.

ZUS

Hoe vind jij het tot nu toe?

BROER

Het is wat het is.

ZUS

Is dat zo?

BROER

Is wat zo?

ZUS

Wat het is.

BROER

Lijkt mij van wel. Meer valt er niet over te zeggen.

zus

Het is niet zozeer dat

meer waar ik me

zorgen om maak. BROER

Als eens eerder hier geweest?

zus

Niet dat ik me herinner.

BROER

Al plannen?

EERSTE BEDRITF: GEMINI

zus

Nog niet, maar ik voel wel dat ik over een enorm potentieel beschik.

BROER

Ik begrijp wat je bedoelt, alsof alles mogelijk is.

zus

Inderdaad, alsof je alles kunt aanpakken, wat dan ook kunt worden, alsof de hele wereld gewoon op jou zit te wachten.

BROER

Denk je dat dat echt zo is?

zus

Daar ziet het wel naar uit.

(Zus drinkt uit haarflesje) BROER

Mag ik ook een slokje?

zus

(schudt hetflesje) Leeg

BROER

Ik heb het mijne laten vallen.

(wijst naar beneden) Ik kan het zien liggen, maar kan er niet bij. Dat is nou wat ze een kwelling noemen. zus

Nu al gekweld? Misschien heb je een artistiek temperament of de ziel van een

SPEL ZONDER EINDE

dichter. Dan wordt je leven wel een lange aaneenschakeling van onbevredigde verlangens. BROER

Gaaf! Valt daar ook wat mee te verdienen?

zus

Waarschijnlijk niet, nee. Ik vraag me af wat ik zal worden.

BROER

Met een naam als Prinses Poep-in-de-broek zal de wereld gegarandeerd aan je voeten liggen.

zus

Misschien wel, misschien niet. Niemand is van plan een droevig leven te lijden. Niemand wil alleen zijn. Niemand denkt dat hij ziek zal worden of een pechvogel of een slachtoffer. Op dit moment stel ik me voor dat ik heel mooi zal zijn en dat iedereen mij zal mogen en dat ik opgroei en slim zal zijn en een leuke familie zal hebben en dat mijn kinderen voor me zullen zorgen als ik oud ben. Denk je dat dat ook zal gebeuren?

BROER

Waarom niet? Het idee moet toch ergens vandaan komen? Ik denk dat ik honkbalspeler word en een heleboel geld en vriendinnetjes ga krijgen, of misschien word ik politieagent of een huurmoordenaar. Keuze zat.

EERSTE BEDRIJF: GEMINI

zus

Inderdaad, als je die al hebt. Wil jij een gezin?

BROER

Het is een beetje vroeg om dat nu al te zeggen. Ik wacht nog even af, laat ik eerst maar eens zien hoe het met dit gezin hier gaat aflopen.

zus

Onze familie, ja. Wat vind je van ze?

BROER

Ik weet het niet. Die praatjesmaker links...

(wijst naar hem) zus

Ik denk dat dat onze pappie is.

BROER

... lijkt me nogal ongeduldig. Hij praat de hele tijd over het gras maaien en dat hij naar een wedstrijd wil kijken. Die kletskous rechts ...

(wijst) zus

Dat is onze mammie geloof ik.

BROER

... ziet er moe uit, alhoewel ik haar niet echt iets heb zien

doen.

Het koppie in het

midden is dat jong dat de hele tijd "Waarom?" vraagt. Een rare vogel is dat. ZUS

En wie is die andere?

20

SPEL ZONDER EINDE

BROER

Wie bedoel je?

zus

Die bazige tante die de hele tijd "Over vijfhonderd meter naar links" en zo zegt?

BROER

Misschien is dat onze mammie en is die kletskous rechts alleen een hulp.

zus

Ik geloof dat die mevrouw rechts tieten heeft.

BROER

Oh man!

(maakt opgewonden dansbewegingen) Joepiel Joepiel Ik meen het. Ik ben GEK op tieten! zus

Ja, dat zal wel. Wat heb je daar dan mee?

BROER

Weet ik veel. Misschien zijn we inderdaad voorgeprogrammeerd.

zus

Je bedoelt dat wij niet anders kunnen dan ons op een bepaalde manier te gedragen?

BROER

Ja, zoals dol zijn op tieten.

zus

Of graag theekransjes organiseren.

BROER

Of kikkers vangen.

EERSTE BEDRIJF: GEMINI

21

zus

Of je optutten.

BROER

Of in raceautds rijden.

zus

Of het sperma van de sterkste man aantrekken zodat mijn kroost de beste kans krijgt om te overleven en de soort weer een stap vooruit wordt geholpen.

BROER

Of mededingers overwinnen en heel veel vrouwen bevruchten.

(ze stoppen en werpen een blik op elkaar) zus

Wow, misschien ligt alles bij ons al vast. Ik vraag me af of we onze rol kunnen overstijgen.

BROER

Misschien wel, maar nu eerst even... CRAZY DANCE!!!

(ze beginnen aUebei te gillen en een paar seconden lang wild met hun armpjes en beentjes te slaan). zus

Tjonge, doet dat effe goed!

BROER

Tijd voor een dutje!

(ze zakken even weg)

22

SPEL ZONDER EINDE

Daar ben ik weer! zus

Hebben we nog iets gemist?

BROER

Alles ziet er nog hetzelfde uit.

zus

0 nou, ik hoop dat dit niet alles is. Ik hoop

wel dat er nog meer is. BROER

zus

Denk jij dat wij schattig zijn? Dat is wel wat iedereen steeds zegt. Luister maar.

STEM VAN MOEDER

Nou, ik denk echt dat zij de schattigste baby'tjes van de hele wereld zijn! STEM VAN VADER

Alle baby's zijn schattig, lie�e. Hitier was een schattige baby. Stalin was een schattige baby. STEM VAN MOEDER

En Churchill? STEM VAN TOMTOM

Over vijfhonderd meter naar links. zus

Wat is beter, denk je: populair zijn of gelijk hebben?

EERSTE BEDRIJF: GEMINI

BROER

Populair, duh! Dan mag je meedoen met vragenspelle*s.

zus

Ik ben er klaar voor. Ben jij alleen maar een personage in mijn spel?

BROER

Dat weet je maar nooit. Wie ligt begraven in het graf van Generaal Grant?

zus

Niemand. Is het het een of het ander?

BROER

Allebei of geen van beide. Zijn of niet zijn?

zus

Oeps, dit was het opblaasbare scheetkussen. Hoe ga je van eindig naar oneindig?

BROER

Door de achterdeur. Ken je dit: je gaat staan, buigt voorover en klapt dan met je hoofd tegen de grond?

zus

Ik heb nog niet gestaan. Heb jij al een godsdienst gekozen?

BROER

Ik kijk nog even de kat uit de boom. Wat was jouw eerste duidelijke herinnering?

zus

Weet ik niet. Dat moet iets van vijf minuten geleden zijn. Ik ben nog vrij jong.

BROER

Ja, je hebt nog die geur van een pasgebore­ ne om je heen hangen.

24

zus

SPEL ZONDER EINDE

Bedankt zeg! Wat vind je van het leven tot nu toe?

BROER

Oké, geloof ik. Ik heb net in mijn broek geplast, en dat is toch wel fijn.

zus

Denk je dat we er klaar voor zijn om een paar grote kwesties aan te snijden?

BROER

Groot zoals de toestand in het MiddenOosten of groot in de orde van een nieuw tandje?

zus

Denk je dat we een vrije wil hebben?

BROER

Ik denk graag van wel.

zus

Iedereen denkt graag van wel, maar denk je dat ook

BROER

Ik

echt?

denk graag dat ik denk, maar ik denk niet werkelijk denk.

dat ik zus

Ik denk werkelijk dat ik wanhoop voel.

BROER

Nu al? Goh, bewaar ook nog iets voor de tweede akte.

zus

Het leven is een eenakter!

EERSTE BEDRIJF: GEMINI

BROER

25

Kom op zeg, daar moet je je niet door op stang laten jagen.

(wijst uit het zijraampje) Ooh! Heb je die wolk gezien? Die leek sprekend op een tiet! zus

Alles lijkt sprekend op een tiet voor jou. Pas een dag oud en nu al is je geest op maar één ding gefixeerd. Vraag je je ooit wel eens af waar het nu eigenlijk om gaat?

BROER

Voeding. Verbondenheid. Liefde.

zus

leven! Waar gaat het allemaal om? Waarom zijn wij hier? Niet

tieten, sufferd,

het

Wat betekent het allemaal? BROER

Noemde ik tieten?

zus

Tieten, poep en de dood. Is dat alles waar we naar uit kunnen kijken?

BROER

Je bent pas één dag oud, ik vind het wel een beetje vroeg voor een existentiële crisis.

zus

Waarom? Wat gaat er nog veranderen? Het leven heeft geen enkele zin. Natuurlijk weet ik dat er zat leuke dingen te beleven zijn, maar steeds is daar die zwarte wolk die over

26

SPEL ZONDER EINDE

elk moment een donkere schaduw werpt, die elke vorm van geluk verpest, spot met elk streven. Er is geen ontsnappen aan, we zijn slechts een kort oplichtende vonk in een oneindige nacht. BROER

Tjonge, wat ben jij een melancholieke baby zeg. Heel duister.

zus

Het is onze situatie die duister is en jij ontkent dat. Wakker worden, baby! Niemand komt hier levend weg.

BROER

Hier wegkomen? We zijn pas net gearriveerd! Ik bedoel, we zijn hier

letterlijk pas

net gearriveerd, een paar uur geleden maar, en jij hebt het nu al over weggaan! Wil je niet eerst even wat rondkijken? De eauleur locale proeven? Aan de rol gaan met de mensen van hier? Een tentoonstelling bezoeken? zus

Ik weet alles wat ik moet weten. Ik zie dat de doden gelukkiger zijn dan de levenden, maar nog beter is het om niet geboren te zijn. Wat weten de wijzen meer dan de dwazen? Camus zegt dat het enige filosofische probleem zelfmoord is.

BROER

Ik wil wedden dat hij de leukste thuis is.

EERSTE BEDRlfF: GEMINI

zus

Ik geloof dat-ie dood is.

BROER

0, en hoe heeft hij het probleem van

27

zelfmoord opgelost dan? Dat zou heel fijn zijn om te weten.

(zingt) Ca-muuu, Ca-muuu, waar ben jij nu Ca-muuu? Blies je je hersens op of nam je cyaankali? Deed je harakiri af koos je seppu-kuuu? Hing je aan een strop, gaf de stoel een schop, en viel toen dood op je falie? Ca-muuu, Camuuu, ik vraag je, wat is er met jou gebeurd? Ben je uit het raam gesprongen of dood in je zwembad gesleurd? Heb je de motor van je auto laten draaien en de rook opgesnoven? Heb je je verslikt of ben je gestikt, wat moeten we nou geloven? Ca-muuu, Ca-muuu, wat is er toch gebeurd met jou? Ca-muuu, Ca-muuu, dat is wat ik graag weten wou. zus

Ik geloof dat hij gestorven is in een auto-ongeluk.

28

SPEL ZONDER EINDE

BROER

Nou, dat klinkt niet erg filosofisch hè?

zus

Niet erg, nee.

BROER

Ik vind het een beetje onbevredigend.

zus

Inderdaad, veel wijzer word je er niet van, h'e.>

BROER

Hij legt het probleem op tafel, en zoek het dan maar zelf uit.

ZUS

Ja, alsof je zou willen zeggen, kom op Camus, doe eens een beetje moeite, kerel.

BROER

Tja, wat kunnen wij eraan doen, behalve.... CRAZY DANCE!!!

(Ze gaan allebei weer gillen en met hun armen en beenijes slaan, en vallen daarna een paar seconden in slaap) Oké, waar waren we gebleven? 0 ja, de eerste suïcidale baby ter wereld. zus

Nee, nee, ik wil niet dood als baby, ik wil een baby

BROER

hebben!

Een baby hebben? Krijg nou wat! Denk je dat dit een goed idee is? Op jouw leeftijd?

EERSTE BEDRIJF: GEMINI

zus

Mijn klok tikt door.

BROER

Nee, niet waar! Jouw klok tikt Jouw klok is nog geeneens

29

niet door. opgewonden. Ik

ben er zelfs niet zeker van of je al een klok

hebt. Je kunt geen baby hebben, jij bent een baby. zus

Oh God nog aan toe! Verwijt je mij nu echt dat ik een baby wil krijgen?

BROER

Een baby krijgen? Zit je me nu te belazeren? Jij wilt helemaal geen baby, je zoekt alleen maar in paniek naar een uitvlucht om jezelf te redden

van

een slopend nihilis-

me! Maar luister naar me, zusje, dat is helemaal niet nodig. Het leven is de moeite waard! Het leven is prachtig! Het leven is een kostbaar geschenk! zus

Toe nou broer, hou op met dat geouwehoer. Ik ben niet van gisteren, weet je.

BROER

Ja, dat ben je wel! Dat is

precies de dag

waarop je geboren bent. Gisteren! Gisteren was je geboortedag. Je bent nog maar vers gebakken en nu al lijd je aan je ziel. Dat is gewoon het hele verhaal. ZUS

Onze verhalen moeten nog verteld worden.

30

BROER

SPEL ZONDER EINDE

Onze verhalen staan in de sterren geschreven.

zus BROER

Waar hebben ze ons dan nog voor nodig? Omdat onze verhalen óf onmogelijk, óf noodzakelijk zijn. Of ze moeten worden verteld, of niet verteld. Het kan allebei, maar het is het één of het ander.

zus

Wat je zegt is waar in de tijd, maar is tijd zelf waar?

BROER

Lijkt mij van wel. Meer valt er niet over te zeggen.

zus

Het is niet zozeer dat

meer waar ik me

zorgen om maak. Jezus, ik moet iets drinken! BROER

Ik ook. Laten we teruggaan naar de tietenbar.

zus

Ja, vers van de tap, niet die rommel uit zdn flesje.

BROER

Oké, laten we gaan.

zus

0ké, daar gaan we dan.

EERSTE BEDRIJF: GEMINI

31

(ze proberen zich in hun kinderziijes naar voren te worstelen) Het lukt me niet! BROER

Mij ook niet Dan vraag je je toch af of we nu werkelijk vrij zijn.

zus

Ik voel me niet vrij, ik voel me gebonden.

BROER

Ah, maar zijn we vrij

binnen onze

gebondenheid? zus

Bedoel je dat we een beperkte vrijheid hebben? Zijn we vrij in onze gevangenschap? Zijn we oneindig binnen onze eindigheid? Zitten we gevangen in een soort magische doos?

BROER

zus

Is dat wat ik bedoel? Ik vind dat we moeten handelen alsof we vrij zijn.

BROER

Ah, we zijn dus vrij om te

doen alsofwe vrij

zijn? z us

Vrij om te doen alsof, ja. En als vrijheid de vrijheid is om te doen alsof, dan zijn we misschien toch vrij en doen alsof.

hoeven we niet te

32

BROER

SPEL ZONDER EINDE

Als vrijheid de vrijheid is om te doen alsof, zijn we dan ook vrij om te doen alsof we niet vrij zijn?

zus

Ja, want als we inderdaad vrij zijn, dan zijn we vrij om onvrij te zijn, en als we niet vrij zijn, dan zitten we toch goed. Maar wacht eens!

BROER

Maar wat?

zus

Maar misschien hoeven we alleen maar onze ogen dicht te houden. Dan kunnen we denken dat we vrij zijn omdat we niet kunnen zien dat we niet vrij zijn. Maar ho even!

BROER

Wat nu weer?

zus

Maar als we niet vrij zijn...

BROER

Ja?

zus

Als we niet vrij zijn, als we werkelijk opgesloten zitten in een soort magisch doos, dan kunnen we in elk geval de wanden beschilderen. Net als in een crèche. Dan kunnen we een blauwe lucht met witte wolken op het plafond schilderen, groen gras op de grond, en prachtige vergezichten op de muren.

EERSTE BEDRIJF: GEMINI

BROER

Maar wacht eens!

zus

Wat nu weer?

BROER

Als we werkelijk opgesloten zitten in een

33

magisch doolhof, dan hoeven we alles alleen maar anders te benoemen. Het plafond van de vrijheid! De vloer van de vrijheid! De vrijheidsmuur! zus

Maar wat is er dan buiten dat magische doolhof?

BROER

Soms denk ik dat er verder niets is.

zus

Niets?

BROER

Bestaat er zelfs een niets?

zus

Dat klinkt als een strikvraag. Misschien moeten we proberen om niet te veel te denken zolang onze hoofden nog zo fragiel zijn.

BROER

Of misschien moeten we alleen maar... UIT ONS DAK GAAN!!! (ze gillen en slaan wild om zich heen, daarna vallen ze weer even in slaap)

34

zus

SPEL ZONDER EINDE

Zijn wij op doortocht? Of is dit een bestemming?

BROER

(wijst uit het zijraampje) Zie je hoe de wolken voorbij drijven? Dat betekent dat wij bewegen. Als je beweegt, ben je op reis.

zus

Ja, maar jij gaat niet voorbij. Die kletskousen daar gaan niet voorbij. Dus bewegen we misschien

niet. Misschien is dit toch een

bestemming. BROER

Kan het niet allebei? Dat we inderdaad hier

zijn, maar in werkelijkheid dáár naartoe gaan? zus

Ik denk dat je beweegt of niet beweegt, en als je niet in beweging bent, wat ben je dan? Ik heb het gevoel dat ik in beweging moet blijven, want anders ga ik dood, net als een haai.

BROER

Een haai, ja, als je die aankijkt, vertelt hij je de waarheid.

zus

Nee, dat is een sprookjesspiegeL

EERSTE BEDRIJF: GEMINI

BROER

35

fa, natuurlijk, een haai is zo'n ding dat in beweging moet blijven of anders gaat-ie dood.

zus

fa, ik ben een haai.

BROER

Dan ben ik het tegenovergestelde. Ik ben iets wat niet beweegt. Ik moet stilstaan of anders ga ik dood. Ik ben een potplant.

zus

Goed, volgende onderwerp. Zullen we rollen spelen of functies vervullen?

BROER

Laten we ieder onze eigen kant opgaan, dan kunnen we aan het eind bij elkaar komen

en onze aantekeningen vergelijken. zus

Goed ja. Wat wil jij?

BROER

Ik denk dat ik een functie wil vervullen.

zus

Oké, dan ga ik een rol spelen. Wat voor functie wil jij vervullen?

BROER

De functie die mij wordt toegewezen. En welke rol wil jij spelen?

ZUS

Die bedenk ik al doende.

BROER

Dan ben je dus zowel acteur als auteur?

SPEL ZONDER EINDE

zus

En ook de regisseur, hoop ik.

BROER

En wie zal dan naar je optreden kijken?

zus

Dat is waar ook, ik heb natuurlijk publiek nodig! Dat kan ik er niet bij doen. Misschien zou dat jouw functie kunnen zijn, iemand in het publiek!

BROER

Ja, ik zal jouw publiek zijn. Ik zal zo stil zitten als een potplant en naar je optreden kijken. Ik zal een onbeweeglijke plant zijn voor jouw niet te stoppen haai.

zus

En wat als we op elkaar botsen?

BROER

Dat zien we dan wel weer.

zus

(brengt theatraal haar hand naar haar voorhoofd) Helaas, nee. Dank je, goede VTiend, het is een prachtige droom, maar zo kan ik niet verder. Wat heeft het voor zin? Dit is slechts het zoveelste lege spel dat precies eindigt waar het begint. Ik probeer mezelf voor de gek te houden, maar de waarheid is dat ik volslagen alleen ben.

EERSTE BEDRIJF: GEMINI

BROER

37

(zangerig) Hallo-a, ik ben hie-iero!

zus

(kijkt en leunt naar voren) Ik kan je niet zien. Ik kan je niet voelen. Ik reik naar je en mijn hand ontmoet geen weerstand. Jij ben slechts een stem in mijn hoofd. Ik wieg heen en weer tussen de eeuwigheden, zoet gehouden met leugens, omwikkeld in slierten droomstof. Wat ik ook zal doen, het maakt allemaal niets uit, en eenzaam zal ik sterven. Dat is de waar­ heid. Lang ben ik een kind geweest, maar nu is het tijd om mijn kinderspullen weg te doen.

BROER

ZUS

Dan wil ik je gele rammelaar. Mijn misdaad is dat ik vrij ben en mijn straf is vrijheid. Dat is nog het ergste. We dromen over vrijheid, maar vrijheid is een vloek. Het is beter opgesloten te zitten in een doolhof waarin elke daad betekenis heeft, waarin elk geluid weerkaatst wordt in de tijd, waarin elke beslissing alles veran­ dert. Beschermd tegen vrijheid, tegen gedachten die je VTij maken. We moeten wel opgesloten leven, of anders drijven we weg,

SPEL ZONDER EINDE

de ruimte in waar geen enkele daad ooit een spoor achterlaat. BROER

Oh gosh zeg, ben ik wel familie van jou? Kijk waar we zijn! We zijn in het carnaval der eeuwigheden! Je kunt hier god weet wat allemaal doen, je kunt alle kanten op, elk spel spelen, doen wat je maar wilt. Eet, drink, en wees vrolijk, want morgen spat je als een zeepbel uit elkaar. Het is hier geen gevangenis van wanhoop en vertwijfeling hoor, het is een schitterend carnaval met vrije toegang en geen regels. Je kunt er weliswaar niet eeuwig blijven, maar nu ben je hier, helemaal fris en nieuw, en klaar om er een enorme puinzooi van te maken. Je kunt toch wel je infantiele behoefte aan betekenis opzij zetten en gewoon alleen maar spelen? Dat kun je toch wel, hè, spelen?

zus

Je bent heel lief dat je me zo op probeert te beuren.

BROER

Ik ben niet lief! In feite ben ik een soort monster. Ik heb mijn koers berekend, met de nodige aanpassingen, en mijn route uitgestippeld. Ik zie dat ik misdaden zal begaan, zowel tegen de wet als tegen de moraal. Ik zal de liefde verraden en de banden met de gemeenschap schenden.

EERSTE BEDRIJF: GEMINI

39

Degenen die mij na staan zullen lijden voor mijn zonden, en als ik dood ben zullen zij zeggen dat het beter was geweest als ik niet geboren was. Dit is het land van de ver­ schroeide aarde en reken maar dat ik er een puinhoop van ga maken. Weet je nu waar we zijn? Heb je nu door wat dit carnaval hier is? zus

Ja! Nu zie ik het, ik zie dat dit camaval wel degelijk regels heeft, en de eerste regel is: altijd en overal je ogen dichthouden. Mijn fout was dat ik keek, maar ik zal niet meer kijken. Ik zal mijn ogen sluiten en alles doen wat ik behoor te doen en lachen en schreeuwen. Ik zal een gemakkelijke prooi zijn voor de carnavalsvierders en aan heel het spel meedoen en me te barsten vreten, en als ik ooit ook maar even dreig te zien wat voor plek dit hier in werkelijkheid is, dan doe ik mijn ogen nog steviger dicht en speel nog fanatieker mee en lach en schreeuw nog harder.

BROER

In dit carnaval zal geen enkele rol onvervuld blijven. Geen enkel personage zal ongepor­ tretteerd blijven. Dat wat kan gebeuren

moet

gebeuren. Onze personages moeten bezield worden. Onze verhalen moeten verteld worden.

SPEL ZONDER EINDE

zus

Wij zijn niet optioneel, wij zijn onvermijdelijk.

BROER

Wij zijn niet optioneel, wij zijn onvermijdelijk.

zus

Als mijn spuugbellen uit elkaar spatten, kriebelen ze in mijn neus.

BROER

Ik kan knipogen, maar alleen met twee ogen tegelijk.

zus

Telkens wanneer ik een scheet laat, vliegen de ramen open.

BROER

Misschien kunnen we, als we allebei een scheet laten, het dak de lucht in laten vliegen.

ALLEBEI

Daar gaat het dak!!!

(beiden gillen en slaan wild om zich heen en vallen dan in slaap)

Lichten doven

INTERMEZZO

I

Een Jongen en een Meisje van in de twintig komen links en rechts van het publiek het toneel op en voeren ieder een tdefoongesprek.

JONGEN

Ja, nee, nee... ja, dit is een soort mini-inter­ mezzo. Ze zitten nu tussen twee dingen in, een verandering van decor of zo.

MEISJE

Ja, ik ben het. Ik heb maar even.

(werpt een blik op Jongen) Ja, hij is schattig... maar ook wel raar misschien.

Hij

heeft me hier mee naartoe

genomen, naar een toneelstuk... ja, een toneelstuk, met mensen op de planken, weet je wel, acteurs die een stuk spelen. Vreemd hè? Misschien probeert-ie origineel te zijn of zo ...

42

SPEL ZONDER EINDE

JONGEN Ze lijkt me wel oké... maar zodra er een

pauze is hangt ze aan de telefoon... behoorlijk stom... MEISJE

Ik weet niet waar het over gaat, ze hebben net iets gedaan met baby's ... nee, nee, volwassen baby's... nee, baby's gespeeld door volwassenen... er zat wel wat in... en ze hadden een broer die steeds maar weer waarom, waarom, vroeg.

JONGEN Ja, baby's, best grappig, baby's en borsten...

Ze doen iets waarbij die baby's uit hun dak gaan en dan in slaap vallen, best wel leuk... ik geloof dat het een soort Sketch is, geen verhaal met kop en staart zoals in een film of zo, nee, geen verhaal, meer van die korte stukjes, met een bepaald thema geloof ik... weet ik nog niet... ja... nee, geen idee of ze het leuk vindt. ME 1 s JE

Ik weet niet of ik er wat aan vind... 0h, hij? Best wel lief geloof ik....

(Jongen ziet dat Meisje naar hem kijkt en ze zwaaien naar elkaar) .... hij heeft een leuk kontje, en hij heeft betaald voor de taxi en de drankjes. Ik denk dat hij zichzelf nogal grappig vindt... Ja, erg suf. Dat stuk? Nou, weet ik niet, ik geloof

INTERMEZZO I

43

dat het iets filosofisch is, iets met van die grote vragen... Ja, alsofik mijn handen niet al vol heb aan de kleine vragen, hè? Toch is het wel leuk, een van die baby's zingt een liedje over zelfmoord ...

(zingt) Camuuuu, Camuuu, deed je harakiri of koos je seppu-kuu ?.... dat was toch wel om te lachen... Camuuu? Weet ik niet, een of andere gast die... JONGEN Ja, baby's, maar geen al te stomme... nee,

het verandert, ik geloof dat het volgende bedrijf over oorlog gaat....

(muziek begint) 0 jee, ze beginnen weer.... ik moet er

vandoor...

TWEEDE BEDRIJF:

Pinkje drukken

Een tussenliedje, gezongen door kinderen:

Moeder, moeder de beer is los, Hoor dat dier eens brullen, Snijdt hem neus en oren af, Dan hebben wij wat te smullen. herhaal

SPEL ZONDER EINDE

PERSONAGES

Alle personages hebben een Engels accent. MAAT:

oudere bewaker

JOCHIE:

jongere bewaker

GEVANGENE:

vastgebonden en geblinddoekt. Zit het

hele stuk door stil en uitdrukkingsloos aan een tafel. VERPLEEGSTER:

Netjes, aantrekkelijk en vrolijk, in tegen­

stelling tot de omgeving.

ENSCENERING

Een kerkerachtig vertrek, in gebruik voor hedendaagse, militaire doeleinden. Klamme, bakstenen muren. Hoog in het midden is een raampje met tralies, waarachter oorlogsgeluiden en lichtflitsen te horen en te zien zijn. Twee veldbedden en een deur links van het publiek, in het midden een houten tafeltje met stoelen, rechts een martelruimte. Drie hanglampen verlichten het toneel links, midden en rechts. De vastgebonden en geblinddoekte gevangene zit achter de tafel in de richting van het publiek. Links en rechts van de tafel staat een stoel. Belangrijkste voorwerp in de martelruimte is een stevige houten leunstoel met riemen om polsen en voeten mee vast te binden. Aan het plafond hangen kettingen. Op een klein tafeltje staat een accubak, waarvan de snoeren naar beneden hangen. Op de vloer staat een emmer.

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

Maat en Jochie zitten aan de tafel met de gevangene. Maat leest een boek, Jochie eet uit een blikje. De gevangene lijkt op zijn hoede, maar is stil.

JOCHIE

Ik verveel me.

MAAT

Sssst!

(pauze) JOCHIE

Ik verveel me nog steeds.

MAAT

Sssst!

(pauze) JOCHIE

(zingt) Ik ver-veel me!

MAAT

(zingt) Verveel je dan stil-le-tjes

(pauze) JOCHIE

Lukt niet.

47

SPEL ZONDER EINDE

MAAT

(smijt het boek neer, sist) Sssst! We hebben het bevel gekregen niet te praten in aanwezigheid van de ...

(knikt in de richting van de gevangene) JOCHIE

De gevangene? Alsofhem dat wat kan schelen. Die verveelt zich waarschijnlijk net zo te pletter als wij.

MAAT

Je veronderstelt te veel. Je denkt dat je alles weet, maar je weet niets. Misschien zijn wij wel de gevangenen en is deze man de bewaker, weet jij veel. Heb je daar wel eens bij stil gestaan?

JOCHIE

(zwaait met pistool naar gevangene) Ziet dit eruit alsof wij de gevangenen zijn?

MAAT

Hecht niet zoveel geloof aan hoe de dingen eruit zien, Jochie. We zijn in oorlog, de wereld staat in brand. Je weet nooit wat echt is.

JOCHIE

Nou, ik heb zo'n idee dat, als ik in de neus van deze vent knijp, hij geen kik zal geven, dus ja Maat, ik ben vrij zeker van wat ik zie: dat hij de gevangene is en wij zijn de bewakers.

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

MAAT

49

Maar wie weet, Jochie, misschien is die man zelf wel de verhoorder! Wie weet is hij dat, en zijn wij degenen die hij verhoort en is dit zijn manier. Ik weet hoe dit klinkt, Jochie, maar ik heb zo'n gevoel. De dingen zijn niet zoals ze lijken te zijn, maar anders, op de een of andere manier. De dingen zijn helemáál niet wat ze lijken.

JOCHIE

Zoals je wilt, Maat. Zullen we?

MAAT

Zullen we? Zullen we wat, godsamme?

JOCHIE

Armpje drukken, ouwe. Armpje drukken. Wat denk je?

MAAT

Bemoei je niet met wat ik denk.

JOCHIE

Zullen we dus?

MAAT

Nee, ik wil geen armpje drukken.

JOCHIE

Schaken?

MAAT

Geen schaakstukken.

JOCHIE

Dammen?

MAAT

Geen dambord.

JOCHIE

Rummikub? Klaverjassen? Pinochle?

50

MAAT

JOCHIE

SPEL ZONDER EINDE

Geen kaarten. Boter-kaas-en-eieren? Steen-papier-schaar? Hints? Alfabetspel? Doorzeg-spelletje? Ik zie ik zie wat jij niet ziet?

MAAT

Nee.

JOCHIE

Twintig vragen?

Truth or dare?

Duimpje

worstelen? MAAT

Nee, nee, nee! Verdomme, Jochie, onze taak is niet onszelf leuk bezig te houden, onze taak is het bewaken van de gevangene! Het enige wat we moeten doen is hier zitten, alleen maar zitten, en rustig blijven. Kun jij dat niet? Kun je niet alleen maar rustig zitten en je gedeisd houden?

(pauze) JOCHIE

Pinkje drukken?

MAAT

Pinkje drukken?! Pinkje drukken?!

(pauze) Nou, oké dan.

(ze gaan tegenover elkaar aan tafel zitten, schuiven wat spullen opzij om plaats te maken,

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

rollen hun mouwen op alsof ze gaan arm­ worstelen, maar beginnen pinkje te drukken. De regels van dit spel zijn onduidelijk, maar het lichtjes aanraken van elkaars pinken hoort er blijkbaar bij) JOCHIE

Toe dan.

MAAT

Jouw beurt, doe je best!

JOCHIE

Oké, Maat, kalm aan dan maar... zo gaat ie goed .... wacht, wacht... ik voel dat dit gaat lukken....

(spel voltrekt zich langzaam; lange pauze, geen merkbare beweging, beide spelers zijn volledig gefocust op hun pinken. Dan barsten ze opeens uit in geschreeuw. Jochie springt van tafel en gooit zijn armen in triomf in de lucht. Maat staat gefrustreerd met zijn vuist op tafel) JOCHIE

Meester van het universum! Heb ik dat even goed gedaan, zeg! Een nieuw record gevestigd, geloof ik.

MAAT

Goed gedaan, Jochie, goed gedaan.

JOCHIE

Nog nooit zo goed, denk ik. Jammer dat we het niet kunnen nagaan, ik weet zeker dat dit een wereldrecord is.

52

MAAT

SPEL ZONDER EINDE

Zou kunnen, zou kunnen. Oké Jochie, nu ben ik aan de beurt.

(ze buigen zich naar elkaar toe voor een nieuwe ronde. Na een aantal momenten van intense concentratie vallen ze allebei terug in hun stoel) JOCHIE

Oh, sorry Maat, dit is niks.

MAAT

Nee, dat was niks.

JOCHIE

Bijna mijn vingerkootje verbrijzeld hiermee.

MAAT

Geen beste prestatie.

JOCHIE

Nee, geen beste prestatie. Nog een potje?

MAAT

Ik ben óp.

JOCHIE

Het ziet er gemakkelijker uit dan het is.

MAAT

Ja nou.

JOCHIE

Trek?

MAAT

Niet in die rotzooi die we hier krijgen geserveerd.

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

JOCHIE

53

Dat is alles wat we krijgen. Misschien nog wat crackertjes.

(wijst op de gevangene) En hij? MAAT

Wat hij?

JOCHIE

Denk je dat hij misschien honger heeft?

MAAT

Ja, ik denk het wel, na hier tien dagen zonder eten gezeten te hebben.

JOCHIE

Nou... zal ik... zal ik iets voor hem klaarmaken?

MAAT

Iets voor hem klaarmaken? Iets voor hem klaarmaken? Ben jij helemaal gestoord zeg? Hoe zit het met je betrokkenheid bij je huidige missie? Heb je enig idee wat er met deze man op elk moment kan gaan gebeuren?

JOCHIE

MAAT

Niet veel goeds denk ik. Niet veel goeds nee. Iets wat zo slecht is als maar kan zijn, Jochie. Binnenkort komt de verhoorder hier aan en dan zal hij deze man stukje voor stukje ontmantelen. Vingernagels, tanden en ogen om mee te

54

SPEL ZONDER EINDE

beginnen. Zie je daar die chirurgische instrumenten op een rijtje liggen? Zijn gewrichten zullen kapot geslagen worden met hamers. Duizenden volt zullen door zijn genitaliën razen. Al heel gauw zal deze man het op een schreeuwen zetten, en voor de rest van zijn leven zal hij blijven schreeuwen. JOCHIE

OGod.

MAAT

0God,

JOCHIE MAAT

JOCHIE

zeg dat wel! Wij zijn niet de gastheren van deze man, wij hebben hem gevangen genomen. Hij is onze gevangene! Op korte termijn is zijn toekomst onvoorstelbaar beroerd, en een toekomst op lange termijn heeft hij al helemaal niet. De enige vriendelijke daad die we voor deze man kunnen doen is niet eten in zijn mond stoppen, maar een kogel in zijn hoofd. Daar wordt ik heel treurig van. Ja, het is heel, heel treurig. En laat me er nog aan toevoegen dat alles wat je deze man nu te eten geeft vlak daarna uitgespuugd zal worden, en wie denk je dat dit moet opruimen? Hij niet. Niet deze kerel hier. Wij! Jij en ik. Zo zit dat! Dat vind ik niet eerlijk.

lWEEDE

MAAT

BEDRIJF:

PINKJE DRUKKEN

Eerlijk?! Wat is eerlijk? Deze man staat een ongelofelijke lijdensweg te wachten, zonder hoop, met niets om naar uit te kijken dan het zoete einde van de dood waar hij...

JOCHIE

Ho, wacht even, Shakespeare.

MAAT

Waarom? Wat is er?

JOCHIE

Het zoete einde van de dood?

MAAT

JOCHIE

Ja, het zoete einde van de dood. Wat is daar verkeerd aan? Ik weet het niet, het klinkt alleen een beetje...

MAAT

Een beetje wat?

JOCHIE

Nou, een beetje eigenaardig.

MAAT

Eigenaardig? Hoezo eigenaardig?

JOCHIE

MAAT

55

Hoezo eigenaardig weet ik niet, gewoon eigenaardig, dat is alles. (staat rechtop en zegt op plechtige toon, naar jochie wijzend) Onthoud, Jochie! Nog voordat het zilveren koord is doorgesneden en de gouden kom

SPEL ZONDER EINDE

gebroken, nog voor de kruik aan de bron kapot gesmeten zal zijn en het rad bij de put verbrijzeld; nog voordat het stof wederom tot de aarde keert, en de geest naar waar hij vandaan kwam, onthoud! Er is niets nieuws onder de zon. JOCHIE

Wat is dat nu weer Maat? Er is niets nieuws onder de zon? Waar heb je dat nu weer vandaan?

MAAT

(gaat zitten) Dat komt uit de Bijbel. De Heilige Bijbel.

JOCHIE

Ah, uit de

Heilige Bijbel bedoel je? Niet uit

een andere Bijbel? Is dat niet een beetje raar? Je citeert wel de Heilige Bijbel, maar een beetje vlees uit blik uitsparen voor deze beklagenswaardige ziel kan niet? MAAT

Een beetje vlees uit blik? Wat voor etablisse­ ment denk je dat we hier runnen? Tjonge, ik heb zelfs het volste recht om deze man hier een klap in zijn gezicht te geven! Wat zou je daarvan vinden?

JOCHIE

Niet erg aardig, zou ik denken.

MAAT

Niet erg aardig? Niet erg aardig?

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

57

rocHIE

De gulden regel, weet je wel.

MAAT

De gulden regel? De gulden regel?

rocHIE

Wat gij niet wilt dat u geschiedt...

MAAT

Ik weet heus wel wat die verdomde gulden regel is! Denk je nou echt dat die gulden regel zijn glans behoudt in het theater van de oorlog? Denk je niet dat in de omgeving van een slagveld de gulden regel gewijzigd zou moeten worden in: wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat bij hen vóórdat het bij u geschiedt? Denk je niet dat, gezien de nogal vijandige aard van onze omgeving,

dit toch wel wat zinvoller zou zijn? JOCHIE

Misschien is iets wat niet erg zinvol is toch zinvoller.

MAAT

Hang nou niet de filosoof uit, Jochie. Het laatste wat we in tijden van oorlog nodig hebben is filosofie. Dat is het echt laatste wat we nodig hebben als alles zo overduidelijk zwart-wit is. Bewaar je filo­ sofieën voor in vredestijd, Jochie. Dat is de tijd waarin we allemaal weer in een café kunnen zitten, een biertje drinken en slimme dingen zeggen. Oorlog is geen tijd voor slimmigheid.

SPEL ZONDER EINDE

(Maat gaat aan. tafel pinkje duwen met zichzelf jochie slentert heen. en. weer, gaat op een. van. de veldbedden. links van. het publiek zitten. en. veert wat op en. neer om het te testen..) JOCHIE

Wat vind je van deze hier?

MAAT

Wat vind ik van wat?

JOCHIE

Deze veldbedden, maat. Wat vind je van deze veldbedden?

MAAT

Wat moet ik dan van die veldbedden vinden?

JOCHIE

Denk je dan helemaal niets bij deze veldbedden?

MAAT

Zullen we er multiple choice van maken, Jochie? Ik ben niet in de stemming voor moeilijke dingen.

JOCHIE

Lijken ze jou niet wat wiebelig, alsof ze niet helemaal opgewassen zijn tegen hun taak? Dat ze zomaar in elkaar kunnen donderen onder het gewicht van een man?

MAAT

Het begeven, bedoel je?

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

JOCHIE

59

(staat weer) Het begeven, ja, Op den duur. Het uiteindelijk begeven. Ze staan op het punt om het te begeven, alsof ze op elk moment, zonder waarschuwing, gewoon naar beneden kunnen donderen.

MAAT

Ze staan nog geen dertig centimeter van de grond, Jochie, hoe ver kunnen ze nou werkelijk naar beneden donderen?

JOCHIE

Dat komt omdat ze in een onnatuurlijke staat verkeren, zie je, en niets kan overleven in een onnatuurlijke staat. Alles in een onnatuurlijke staat zal uiteindelijk naar beneden donderen, of in elke richting die een terugkeer in de natuurlijke staat zou vereisen.

MAAT

En we praten nog steeds over onze veldbedden, hè?

JOCHIE

Een dam, Maat, denk aan een dam. Een dam houdt een rivier tegen, hij schept een meer en houdt alle energie tegen, houdt die in bedwang, hij beperkt het stromen. Dat is onnatuurlijk, is het niet?

MAAT

Het is een schitterend staaltje moderne techniek.

6o

JOCHIE

SPEL ZONDER EINDE

Dat kan wel zijn, maar het kan niet altijd zo blijven, toch? Het is kunstmatig, is het niet? Door mensen gemaakt.

MAAT

De rivier is in een onnatuurlijke staat, bedoel je dat? Helemaal ingedamd?

JOCHIE

De rivier is geweld aangedaan, vind je niet? In principe is hij geweld aangedaan! In essentie geweld aangedaan! Wat is een rivier die niet meer stroomt? Hij wordt toch verondersteld te stromen? Hij moet toch zijn loop naar beneden volgen, door de dalen en over de vlaktes en terug naar de zee, zodat de grote cyclus voort kan gaan, zodat het water kan verdampen en naar beneden kan komen als regen...

MAAT

Een cyclus, inderdaad.

JOCHIE

Zwaartekracht!

MAAT

Ja, de zwaartekracht!

JOCHIE

Maar hoe kan hij zijn natuurlijke loop volgen? Toen wij verschenen hebben we immers muren gebouwd. Grote, onnatuur­ lijke muren, dwars door de natuurlijke verlangens van Gods eigen rivier heen.

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

MAAT

61

Weet je zeker dat we hier zitten te praten over veldbedden en rivieren, Jochie?

JOCHIE

We praten over het tegenhouden van de natuurlijke stroom, Maat. Dat kan niet goed zijn, toch? En het kan zeker niet altijd maar doorgaan. Net zoals deze gammele veld­ bedden al flink zijn opgeschoten in hun natuurlijke neiging om in elkaar te vallen en het te begeven, zo zal dat ook gebeuren met elke dam, elk gebouw, elk vliegtuig, en wat dan ook dat door de mens is gemaakt en de natuurlijke orde der dingen geweld aandoet. Alle dingen neigen naar verval. En wat gebeurt er nadat de boel in elkaar is geklapt?

MAAT

Dan krijgen we nieuwe veldbedden?

JOCHIE

(wijst omhoog naar het raam in het midden) Kijk uit het raam, Maat! Kijk naar waar we zijn, kijk wat er om ons heen gebeurt! Morgen rond deze tijd zijn jij en ik en deze arme kerel hier en onze veldbedden tot as gereduceerd. Heel deze daad is onverander­ lijk vastgelegd. We zijn in het eindstadium van de totale ineenstorting. Het is voorbij, en zo moet het ook gaan. Dit is het einde der dingen. Deze dagen waren te verwachten en nu is het zover.

SPEL ZONDER EINDE

MAAT

Toe nou Jochie. Die natuurlijke neiging waar jij het over hebt, die neiging tot verval, lijkt in de eerste plaats een neerwaartse neiging te zijn, dus zou het wel eens goed kunnen zijn om die geweld aan te doen. Natuurlijk hebben die aan de zwaartekracht onderhevige middelen zoals veldbedden, dammen, gebouwen en vliegtuigen, niet het eeuwige leven, maar ze bestaan toch wel een tijdje? Ze doen wat ze moeten doen, Jochie. Ze bestaan een bepaalde periode waarbinnen ze hun taak vervullen, net als wij. We hebben allemaal een taak te vervul­ len, veldbedden en dammen, jij en ik, deze pechvogel hier en de ondervrager. We zitten allemaal in een neerwaartse spiraal, dus wat is er dan op tegen om een beetje te vechten? Ons best te doen? Waarom niet? Wat is er zo verdomde prachtig aan de natuurlijke orde der dingen? Dat zou ik wel eens willen weten. Zou het niet kunnen dat het de natuurlijke opdracht van de mens is om de natuurlijke orde der dingen geweld aan te doen? En doe me nu een lol, Jochie, en geeft me de crackertjes eens aan.

JOCHIE

Ik heb ze allemaal opgegeten. (Verpleegster komt binnen door de deur links van het publiek en begint de gevangene aan een routineonderzoek te onderwerpen)

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

JOCHIE

Vertel eens, zuster, hoe gaat het met de oorlog?

VERPLEEGSTER

(met kwelende stem)

Schitterend! Schitterend! Zware verliezen aan beide kanten, en dankzij de magie van de moderne wapens zijn de verwondingen van een ronduit weerzinwekkend kaliber. Kogels zijn ontworpen om niet alleen maar keurige kleine gaatjes te maken, maar grote, smerige holtes. Er worden gassen ingezet die oogballen doen smelten en levende longen veranderen in een druipende gele blubber. De morfine is op, zodat de dokters moeten werken onder het oorverdovende gekerm van onze krijgshaftige jongens. De stapelledematen achter het hospitaal zorgt voor betere schaduw dan de bomen, alhoe­ wel het een nogal lugubere plek is voor een picknick als je het mij vraagt. Al met al zou ik zeggen dat de oorlog van een leien dakje gaat! Tenzij je natuurlijk zelf een van die ongelukkige gasten bent van wie lichaam en ziel uiteen zijn gereten. Voor hen is het natuurlijk minder leuk. MAAT

Vanzelfsprekend. Ik ben zo blij dat naar uw zin heeft.

u

het

SPEL ZONDER EINDE

VERPLEEGSTER

Nou ja, alle eer komt uiteraard onze jongens toe. Zij laten zich niet klein krijgen. Daar op dat slagveld marcheren ze hun ondergang tegemoet alsof ze achter de rattenvanger van Hameien aan lopen.

(terzijde, droogjes) Alhoewel ze zich aan de hoogste boom zouden hebben opgeknoopt als ze wisten wat hen te wachten stond.

(nu op een zangerig toontje) Ja ja, de oorlog verloopt voortreffelijk, maar helaas, hij kan niet eeuwig duren. We spelen onze rol, maar wie zullen we zijn als de donder ophoudt met rollen, de storm gaat liggen en de zon weer gaat schijnen? Als die helse oorlogsmachine staat te roesten in een aangenaam voorjaarsbuitje? Als licht en gelach weer terugkeren in de wereld en de verschrikkingen en dolgedraai­ de waanzin veilig opgeborgen zijn in boeken? Ja, de brandstof die de vuurzee gaande houdt kan elk moment op zijn. Het einde is nabij. En wie zullen wij zijn, wij die de oorlog kennen? Wie zullen wij zijn als de oorlog voorbij is?

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

(Verpleegster verlaat toneel) MAAT

(Maat springt op om de deur waar de verpleeg­ ster doorheen is gegaan op slot te doen en keert terug in paniek. Hij begint rond te rennen en inspecteert allerlei oninteressante dingen alsof ze hoogst fascinerend zijn: de vloer, een deken, zijn eigen hand.) Zie je wel! Ik wist het! Zie je wel! Kijk maar! Jezus, het is overal! Hoe kan ik het nooit eerder hebben gezien?

JOCHIE

Wat gezien? Waar heb je het over?

MAAT

(inspecteert jochie nauwkeurig) En jij! Jij bent geen haar beter, je bent net zo. Jij maakt er deel van uit. Altijd al.

JOCHIE

Kom op zeg, Maat, doe niet zo raar. Kalm nou maar en vertel me wat er in je omgaat.

MAAT

Ja, natuurlijk zeg je dat! En dan die toon waarop. Perfect. Helemaal raak. Precies zoals het moet. Perfect! Het is allemaal zo perfect!

JOCHIE

Oké, jij je zin.

66

MAAT

SPEL ZONDER EINDE

(gaat naar het voortoneel en knielt om de vloer te inspecteren) Kom hier, kom hier, kijk dit eens.

(jochie loopt naar maat toe. Maat trekt jochie naar beneden zodat hij tegenover hem geknield komt te zitten. Maat bakent een stukje vloer af met zijn handen.) MAAT

Zeg me wat je hier ziet, ja?

JOCHIE

Wat? De vloer? Is dat waar je je zo druk om maakt? Heb je nu opeens iets met die vloer?

MAAT

Doe niet zo achterlijk, Jochie. Hier, kijk dan!

(Maat bakent met zijn handen een ander stuk van de vloer af) En wat zie je nu? JOCHIE

Ja, mooi hoor, nog een stuk vloer, nog meer bakstenen. Waar ben je toch zo opgewonden over, Maat?

MAAT

Wat is het verschil tussen hier en daar? Tussen deze twee stukken vloer?

1WEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

JOCHIE

67

Verschil? Wat voor verschil? Ze zijn precies hetzelfde, alleen andere stenen.

MAAT

Dat is het! Dat is precies wat ik bedoel! Hetzelfde, maar andere stenen. En waarom is dat zo?

JOCHIE

Waarom is wat, Maat? Waarom is wat?

MAAT

Wat bedoel je, waarom is wat? Kop dicht en opletten, oké? Misschien kun je dan nog wat leren. Denk je dat dat mogelijk is? Dat jij nog iets kunt leren?

JOCHIE

Word nou niet boos, Maat. Oké, ga maar verder dan.

MAAT

We weten dat deze twee stukjes vloer die ik heb aangewezen verschillend zijn, ja? Daar zijn we het over eens. Ze liggen op verschillende plekken, ze zijn gemaakt van verschillende bakstenen, technisch gezien zijn ze niet identiek, oké?

JOCHIE

Ja, inderdaad, ze zijn niet identiek, technisch gezien.

MAAT

Maar wat is er dan hetzelfde? Waardoor komt het dat jij zegt dat deze verschillende stukjes vloer toch hetzelfde zijn?

68

JOCHIE

SPEL ZONDER EINDE

Wat bedoel je nou weer? Ze zijn hetzelfde omdat ze allebei vloer zijn, ze zijn allebei gemaakt van bakstenen, ze hebben allebei, uh, weet je wel, hetzelfde patroon.

MAAT

(springt op en wijst beschuldigend naar de vloer) Patroon! Ja, dat is het! Patroon! Dat is de sleutel! Dat is waar ik naartoe wil!

JOCHIE

(staat nu ook) Toe nou, Maat, je maakt de gevangene van streek.

(jochie leidt Maat naar het dichtstbijzijnde veldbed en probeert hem te kalmeren.) Kalm maar, ga effe zitten en beheers je een beetje zeg. Je bent helemaal over je toeren. Te lang rondgehangen bij de ondervrager, wil ik wedden. Soms denk ik wel eens dat die gasten die gemarteld worden beter af zijn omdat er bij hen tenminste een einde aan komt. MAAT

Je luistert niet, Jochie. Let nou eens even goed op. Een patroon! Zie jij dat dan niet? Overal, alles! Alles is een patroon. Alleen

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

maar een patroon. Alles, tot in het kleinste flutdetaiL JOCHIE

Natuurlijk Maat, allerlei soorten patronen, ik begrijp je. Hier heb je wat water, neem

een slok, je bent gewoon even de kluts kwijt. Maak je laarzen los, laat je bloed lekker stromen... MAAT

Luister nou eens naar me, Jochie! Ik probeer jou hier de ogen te openen. Ik geef je de zeldzame kans om werkelijk te zien, om dingen die onder de oppervlakte liggen te begrijpen en erachter te komen wat ze werkelijk zijn!

JOCHIE

Ik weet dat je dat doet, dank je wel, maar nu moet je even je voeten omhoog leggen en je hemd losknopen. Ontspan nu maar en haal een paar keer lekker diep adem.

MAAT

Dat was een openbaring, zeg ik je! Een openbaring.

JOCHIE

En wat is er nog leuker dan dat? Zit nou effe stil, dan kan ik wat koele lucht over je gezicht wapperen. En luister jij nu eens naar mij, Maat, we hebben hier een man die nodig een martelbeurt moet hebben, en ik denk dat jij hem een beetje op de zenuwen werkt met al je opgewonden

SPEL ZONDER E INDE

gedoe. Hoe staat het met wat

hij nodig

heeft? Zijn leven is op dit moment ook niet bepaald gemakkelijk, weet je. Hij gaat door een behoorlijk diep dal. MAAT

Maar zie je het dan niet? Er is geen werke­ lijk bestaande man. Er is geen werkelijk bestaande martelpraktijk. Er is zelfs geen werkelijk bestaande oorlog. Er is alleen...

JOCHIE

Een patroon? Ja, dat heb je al gezegd, er zijn alleen patronen.

MAAT

Waar het om gaat, Jochie, waar het bij zdn patroon om draait, wat het betekent om het patroon te zien en te begrijpen...

JOCHIE

Hebben wij het toch nog steeds over die patronen?

MAAT

(zit kaarsrecht, zich vastklemmend aan jochie's mouw) Niet patronen! Patroon! Dat is wat je leert als je kijkt. Het lijkt alsof er honderdduizen­ den, miljoenen, nee miljarden patronen in de wereld, in het universum zijn, maar wat je ontdekt, of wat ik daarnet voor het eerst zag, of eigenlijk nu net, is dat er maar één is. Er is maar één patroon! Ik weet dat het moeilijk te geloven is, maar je kunt het zien

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

71

als je alleen maar je ogen opendoet en kijkt. Het is er, iedereen kan het zien, maar je moet wel kijken! JOCHIE

En kijken zal ik, zodra we jou weer tot bedaren hebben gebracht.

MAAT

(leunt naar achteren) Let nou op, jochie! Als je eenmaal hebt geleerd het patroon te zien, als je eenmaal hebt geleerd het te bespeuren en te voelen hoe het rond en door jou heen beweegt, dan kom je tot het besef dat er in feite maar één besluit is dat je kunt nemen, zie je? Maar één besluit kun je voor de rest van je leven nemen, en dat is altijd hetzelfde, altijd hetzelfde besluit.

JOCHIE

Rustig nou maar, rustig, rustig! Maar één besluit, en altijd hetzelfde? Klinkt een beetje saa1.

MAAT

0 nee, helemaal niet, in tegendeel zelfs.

Niet saaier dan zien met je ogen en horen met je oren.

(Maat loopt heen en weer, staat af en toe stil, jochie zit aan de tafel)

SPEL ZONDER EINDE

Alles wat je ooit hoeft te besluiten, in elke situatie, groot of klein, vanaf nu tot aan het einde der tijden, is vóór of tegen. Dat is alles. Voor of tegen, Jochie, daar komt het op neer. Het enige wat je ooit hoeft te besluiten is voor of tegen. Dat is de enige werkelijke keuze in het leven. JOCHIE

Vóór of tegen, kruis of munt, voor of tegen. Is dat juist? Voor of tegen wat?

MAAT

Het patroon, jochie, het patroon. Als je dat eenmaal ziet, dan zie je dat er helemaal niets anders is, en als je eenmaal ziet dat er helemaal niets anders is, dan zie je ook dat je uiteindelijk maar twee keuzes hebt, en die twee keuzes zijn...

JOCHIE

Voor of tegen.

MAAT

Voor of tegen, ja, en als ik je een goede raad mag geven, gebaseerd op deze observatie, als ik je een goede raad mag geven, als ik je alleen maar ...

JOCHIE

Ga door, Maat, ga door.

MAAT

Dan zou mijn advies dit zijn. Hier, nu, in onze huidige omstandigheden...

JOCHIE

Hier en nu, bedoel je? Hier? Nu?

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

MAAT

73

Hier en nu, ja, hier en nu, in onze huidige omstandigheden, denk ik dat ik het beste en meest verstandige advies geef door te zeggen dat juist hier, juist nu, in onze huidige situatie, tégen een verschrikkelijke keus zou zijn, en vóór duidelijk de winnaar. Dat is zo duidelijk als wat. Zo helder als glas. Onbetwistbaar.

JOCHIE

De onbetwistbare winnaar.

MAAT

De onbetwistbare winnaar, zeker weten. Het is nu niet de tijd om tegen te zijn. In deze tijd kun je alleen maar vóór zijn!

JOCHIE

Je bedoelt dat ik moet ontspannen, meegaan met de situatie, de dingen niet erger maken dan ze zijn?

MAAT

Dit is niet de tijd om tegen te zijn. Er zijn tijden waarin je wel tegen moet zijn, die zijn er absoluut, maar niet nu, heel zeker niet nu. Nu is de tijd om vóór te zijn! Een tijd om je koest te houden, te doen wat je moet doen, je plicht te vervullen, en dat is het. Als je op dit moment iets anders zou doen dan wat je behoort te doen, of dat nu iets méér doen is of iets laten, of iets totaal afwijkends...

74

TOCHIE

SPEL ZONDER EINDE

En je had het gevoel dat ik die kant op dreig te gaan?

MAAT

(gaat op de stoel tegenoverjochie zitten) Ja, dat had ik, en nog! Dat gevoel heb ik altijd bij jou, Jochie. Op elk moment lijkt het alsof je uit die kleine, niet al te oncom­ fortabele kerker waarin wij zitten kunt losbreken en de hele boel in de lucht laat springen met je...

rocHIE

Oi! Nu komen we ter zake. Met mijn wat? Mijn rechtvaardigheidsgevoel? Mijn ver­ langen om het goede te zien zegevieren over het kwade? Zien dat gerechtigheid overwint? Een positieve bijdrage leveren aan de wereld, ook als is die nog zo bescheiden? Actie ondernemen, hoe bescheiden ook, waardoor ik mezelf in de spiegel aan kan kijken? De gevangene een stukje vlees uit blik geven?

MAAT

Ja, verdomme, ja! Dat is precies wat ik bedoel! Dat is precies waar ik het over heb. Dat gebrek aan wilskracht altijd en die naïeve blik in de ogen, dat is waardoor je voortdurend op de rand van de afgrond balanceert.

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

JOCHIE

75

Ik verpest jouw verdomde patroon, is het niet?

MAAT

Ja, je maakt er een rotzooi van, en zonder enige reden. Dat is waar ik je op wil wijzen. Kijk, observeer, en zie het. Probeer het patroon waar je deel van uitmaakt te onder­ scheiden, en voel hoe je er zelf in zit. Het is net een grandioos web, en als je hier aan één draad trekt, dan trilt dat na door de hele structuur.

JOCHIE

Misschien is het nu wel de tijd om die structuur eens goed op te schudden.

MAAT

(springt op) De structuur opschudden? Wil jij die godvergeten oorlogsstructuur opschudden? Dat is nu juist mijn punt, Jochie, dat is het precies! Met wat voor doel wil jij die struc­ tuur opschudden? Wat hoop je daarmee te bereiken? Je moet je ogen opendoen, jochie, je moet leren zien. Je denkt wel dat je ziet, maar daardoor kun je niet zien dat je juist niet ziet. Je ziet niet, maar dat kun je wel, begrijp je? Je ziet dat patroon niet, maar dat kun je wel, en als je het eenmaal ziet, dan word je ook gevoelig voor al die bewegin­ gen, al die kleine afWijkingen, die subtiele verstoringen. Denk maar aan de

SPEL ZONDER EINDE

ondervrager. Wat, denk je, maakt hem anders dan wij zijn? Nou, dat zal ik je vertellen: dat is zijn fijn afgestelde gevoelig­ heid voor deze nauwelijks waarneembare bewegingen in het patroon. Niemand kan tegen hem liegen, niemand kan hem iets wijsmaken, omdat hij die gevoeligheid heeft waar de meesten van ons zelfs geen weet van hebben. JOCHIE

(loopt weg van Maat) De ondervrager! Ja! Dat schiet me nu weer te binnen, we wachten op de ondervrager. Komt die dan nooit? Hoe lang moeten we nog wachten?

(jochie loopt naar het achterste veldbed en gaat liggen, met zijn rug naar Maat toe. Maat loopt terug naar zijn stoel en boek. Na een paar momenten wordt jochie wakker en praat vanaf zijn veldbed.) Komt hij dan verdomme nooit opdagen? Je zou denken dat wij het zijn die hij moet martelen, en niet die kerel hier. MAAT

Wie?

JOCHIE

Wie wat?

lWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

77

MAAT

Wie komt maar niet opdagen?

JOCHIE

Wie? Wie? Wat bedoel je met wie? Wie denk je? Die vervloekte ondervrager natuurlijk!

MAAT

Oh, de ondervrager. Waarom zei je dat niet meteen? Die was daarnet hier, maar jij lag te slapen.

JOCHIE

MAAT

Hij? Wie? Wie was hier? Hij? Hij, ja. De ondervrager. Je vroeg toch naar hem?

JOCHIE

(springt op) De ondervrager? Hier? Was die hier terwijl ik sliep? Waarom heb je me niet wakker gemaakt? Allejezus nog aan toe! Bedoel je dat, terwijl ik hier op dit veldbed lag te slapen, de ondervrager in deze kamer is geweest? Keek hij naar me? Heeft hij nog iets over mij gezegd? Dit is het toppunt!

MAAT

Hou je een beetje in, zeg. Ja, dat is gebeurd. Wat zou het?

JOCHIE

Wat zou het, vraagt-ie. Wat zou het! Iedere dag weer opnieuw proberen we deze gekwelde ziel hier te redden van een weerzinwekkende dood en ...

SPEL ZONDER EINDE

MAAT

Je overdrijft. Hij is langs gekomen, dat is alles.

JOCHIE

Maar hoe kan dat nou? Ik heb geen geschreeuw gehoord. Onze gast ziet er niet toegetakeld uit. Nergens rotzooi. De messen zijn schoon, de emmer is leeg. Wat heeft hij gezegd? Wat heeft hij gedaan?

MAAT

Het was een heel onopvallend bezoek. De ondervrager was hier maar kort. Hij heeft zelfs zijn hoed niet afgezet en zijn hand­ schoenen niet uitgetrokken.

(doet na wat hij beschrijft) Hij liep naar onze gast toe -langs jou heen, maar wierp nauwelijks een blik op je, als je dat geruststelt - en stond toen doodstil achter onze gast voor wat wel een eeuwig­ heid leek. Hij stond alleen maar. Onze gast leek zich bewust te zijn van de aanwezig­ heid van de ondervrager achter hem, maar zeker weten kun je dat natuurlijk nooit. JOCHIE

En toen? De ondervrager stond doodstil achter onze gast voor wat wel een eeuwig­ heid leek, ja, ja, en toen?

MAAT

En toen, nou, toen gebeurde er niet veel.

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

79

(gaat door met na te doen wat hij beschrijft) De ondervrager leunde iets naar voren om zich beter verstaanbaar te maken voor onze gast, en stelde hem toen één enkele vraag. Daarna ging hij net zo plotseling weg als hij was gekomen. Hij wachtte zelfs niet het antwoord of iets wat daarop leek af, hij ging gewoon weg,

poef!,

alsof hij nooit hier was

geweest. JOCHIE

Poef? Poefl? Ik geloof mijn oren niet! Terwijl ik lag te slapen komt de ondervrager hier binnen, gaat achter onze gast staan, stelt één vraag, en vertrekt dan,

poef!,

zonder het antwoord af te wachten? Hou je me voor de gek soms? MAAT

Nee, geen sprake van. Ik moet toegeven dat ik het allemaal ook wel een beetje raar vond.

JOCHIE

Een beetje raar? Een beetje raar? Een beetje raar is wel het minste, nee, het

allerminste

wat je hierover kunt zeggen, vind ik. Het zou wel eens het allerraarste kunnen zijn dat ik ooit heb gehoord in heel deze buitengewoon rare oorlog. En wat, als ik mag vragen, heeft de ondervrager aan onze gast gevraagd? Ik ga ervan uit dat die vraag heel dit geheim­ zinnige gedoe kan ophelderen. Nou?

8o

SPEL ZONDER EINDE

MAAT

Nou wat?

JOCHIE

Wat heeft de ondervrager aan onze gast gevraagd? Wat was die ene vraag die zo belangrijk was dat de ondervrager de moeite nam om helemaal hier naartoe te komen om hem te stellen, maar zo onbelangrijk dat hij het zelfs niet de moeite nam om het antwoord af te wachten? Wat - smeek ik je! Nee, bid ik je!- wat heeft de ondervrager aan onze gast gevraagd?

MAAT

Ah. Hij vroeg: "Waarom iets in plaats van niets?"

JOCHIE

(verstomt even) Wat? Nee. Wat? Herhaal die vraag. Zeg het nog eens.

MAAT

"Waarom iets in plaats van niets?"

JOCHIE

(jochie zakt in afschuw langzaam op de vloer en begint verwoed te fluisteren) Nee. Dat kan niet. Dat kan niet waar zijn. Zoiets kan de ondervrager niet gevraagd hebben. Dit is niet te geloven, niet te bevatten. Dit is van een groteske, waanzinnige, tragische absurditeit. Dit gaat het

1WEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

verstand te boven. De waanzin ten top! Wat kan het in godsnaam betekenen?

MAAT

Weet ik veeL Ik heb er niet over nagedacht.

JOCHIE

Spreekt onze gast wel dezelfde taal als wij?

MAAT

Dat weet ik niet. Hij heeft zijn mond niet opengedaan.

JOCHIE

Maar de ondervrager moet hebben gedacht dat hij de vraag begreep.

MAAT

Dat lijkt mij van wel.

JOCHIE

(gaat staan) Dus heeft onze gast elk woord van ons begrepen?

MAAT

Dat kan.

JOCHIE

Maar hoe kun jij zo kalm blijven? Waarom ben je niet in paniek? Waar is je rationele waanzin gebleven?

MAAT

Daar heb jij blijkbaar geen moeite mee.

JOCHIE

Heb ik het goed begrepen? "Waarom iets in plaats van niets?" Dat was de vraag toch?

SPEL ZONDER EINDE

MAAT

Inderdaad. Precies zo.

JOCHIE

Mijn God.

(ronddraaiend) Mijn hoofd tolt rond om zijn as, laag na laag val ik uit elkaar, ik bladder af in flarden.

(stopt met ronddraaien) En wat gaf onze gast ten antwoord? Bewoog hij? Maakte hij een gebaar waaruit je kon afleiden dat hij de vraag gehoord of begrepen had? MAAT

Nee, niets.

JOCHIE

En toen? Wat gebeurde er toen de onder­ vrager weg was? Heeft onze gast daarna nog iets laten merken?

MAAT

Nee, niks.

JOCHIE

Mijn hoofd staat op springen!

(stampt met zijn voeten op de grond) Spring-sprong-sprongen! Spring-sprong­ sprongen! Ik voel me alsof mijn hoofd de

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

ene kant opdraait en de aarde de andere. Wat een vraag! Wat een vraag zeg! Wat maak jij ervan? Wat betekent die vraag nou? MAAT

Tja, nu ik er zo over nadenk...

JOCHIE

Ja, allejezus nog aan toe? Zeg op.

MAAT

Ik weet het niet.

JOCHIE

(jochie valt op de grond, krabbelt naar zijn helm en zet die op. Hij kruipt naar het dichtst­ bijzijnde veldbed, legt dat op zijn kant en verstopt zich erachter. Even later verschijnen zijn hoofd en zijn handen als in een tekening van "Kilroy was here. ") We zijn in oorlog! Mannen sterven in golven van bloed! De aarde brandt, de hemel baadt in een verstikkende, zwarte walm. Moeders verliezen hun zonen, meisjes hun vriendjes en baby's hun pappa's. De wereld zakt weg in een poel van ellende. Kanonnengebulder en tromgeroffel doen de bergen trillen, nergens is er ook maar iets w�t glinstert of straalt, groen en blauw zijn weggevaagd en de natuur zelf is verbannen. Spoedig zullen de laatste woorden klinken, het licht van de toekomst hapert en dooft uit. En de ondervrager, degene op wie ons laatste sprankje hoop

SPEL ZONDER EINDE

was gevestigd, onze enige kleine kans om het bloedrode getij te doen keren en het paradijs terug te winnen, uitgerekend deze man komt eindelijk helemaal naar onze geheimzinnige gast toe en wat, ik mag doodvallen als het niet waar is, vraagt deze almachtige ondervrager? "Waarom iets in plaats van niets?" MAAT

Ja inderdaad, dat was het.

JOCHIE

(smijt het veldbed op de grond om zijn woorden kracht bij te zetten) Wat bedoel je, ja dat was het? Ja dat is wat? Dat is niet

het, dat is niets! Dat is geen

vraag! Daar klopt niets van! Het heeft toch niks met onze huidige omstandigheden te maken! Het past helemaal niet binnen de context waar we nu in zitten! Je moet het niet goed verstaan hebben! MAAT

Jawel, het was zo helder als glas. "Waarom iets in plaats van niets?" Het was eigenlijk meer een statement dan een vraag, of misschien het antwoord op een vraag die wij niet kennen.

(Jochie verdwijnt achter het veldbed en ver­ schijnt weer op de vloer aan het uiteinde van het veldbed, aan de kant van het voortoneel.

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

8s

Hij kruipt naar Maat toe en slaat zijn armen om diens laars, smekend.) JOCHIE

Het is niet waar, hè Maat? Geefhet nou maar toe. Je neemt me een beetje in de maling, beken het maar. Ik begrijp het, echt waar. Je vindt mij vervelend, met mijn stomme ideeën over vrede en menselijke waarden. Ik weet dat het allemaal zoetsap­ pig klinkt, ik weet dat ik een sul ben met mijn geklets over hoop en dromen en een leven na de oorlog, een leven met de jacht op geld, kinderen grootbrengen en licht­ zinnige lichtzinnigheid; groen gras en blauwe luchten, lachende baby's en donzig gedoe. Ik weet dat ik heel erg dom ben geweest, en daar bied ik je mijn excuses voor aan, dat meen ik heel oprecht, vanuit de grond van mijn hart. En wees nu alsje­ blieft, alsjeblieft, zo vriendelijk en geef nou maar toe. Je hebt je lol gehad, je grapje uitgehaald, en nog een goeie ook! Dat ontken ik niet! Ik lach erom, ik weet dat je het nauwelijks kunt zien, maar het is zo. Haha! Haha! Ik hou van een goeie grap, Maat, en deze was echt aan mij besteed.

MAAT

(gaat rechtop staan en spreekt op plechtige toon) Alles is ijdelheid en het najagen van wind.

86

JOCHIE

SPEL ZONDER EINDE

(met zijn armen rond Maats been) 0 ja? Ja, ik denk dat dit waar is, ijdelheid en

najagen van wind, inderdaad, dat zou heel goed kunnen. Maar, weet je, wat dondert het ook? Wat dondert het ook, dat is wat ik zeg. IJdelheid, wind, de pot op! Ik ben het helemaal met je eens, echt waar. Maar wees nou aardig, doe me een lol, en hou op met mij, nee, ons allemaal, zo voor de gek te houden. Geef nou maar toe dat het een grap was, Maat. MAAT

(stapt naar voren, jochie meesleurend die zich nog steeds aan zijn laars vastklampt) Je vraag is niet, lijkt mij, of ik je voor de gek hou, wat ik niet doe, zoals je zelf ook wel weet, maar: "Is het zoals het lijkt?" We zeggen: "Het is wat het is", maar is dat ook zo? Is het wat het is? En het antwoord op die vraag is dat niemand hem kan beant­ woorden. Niemand, de Almachtige God niet, noch Lucifer, zijn Gevallen Engel, noch Verena, Koningin van alle IJ sprinsessen, kan onmogelijk weten of dat wat lijkt te zijn ook werkelijk is wat het is. Alles is dus-als je deze simpele, onweer­ legbare observatie doorvoert naar haar, weliswaar teleurstellende, conclusie -ijdelheid.

TWEEDE BEDRIJF: PINKJE DRUKKEN

JOCHIE

En het najagen van wind?

MAAT

Ja, en het najagen van wind.

JOCHIE

(laat het been van Maat los, kruipt naar het midden van het voortoneel en knielt) Nou ja, dat is inderdaad een teleurstelling, maar in zekere zin ook wel troostend. Ik zou graag nog wat op je in willen praten, maar ik heb geen puf meer. Ik zou je graag dood willen slaan, maar ik ben nogal op je gesteld. Ik zou graag mijn hersenpan willen opblazen, maar ik wil weten wat er daarna komt. Ik zou graag zelf de gevangene willen ondervragen, maar ben bang voor wat hij gaat zeggen. Ik zou graag het slagveld op willen marcheren, maar ik wil niet verplet­ terd worden onder de laars van een vreemde. Ik zou graag een standpunt willen innemen, maar denk dat ik daar eerst nog wat meer over moet nadenken.

(vouwt smekend zijn handen, Maat komt dichterbij en blijft naast Jochie staan) Ik denk dat ik ergens een grove fout heb gemaakt, maar ik weet niet wat het is geweest of hoe die te herstellen. Ik moet een vreselijke zonde hebben begaan om hier te eindigen, een zonde zo groot dat ze

88

SPEL ZONDER EINDE

mij hier naartoe heeft gebracht, maar kun je zo'n grote zonde begaan zonder dat zelfs maar te weten? Kun je op een degelijke plek terecht komen zonder de weg te kennen die je daarvoor hebt afgelegd?

(Jochie neemt Maats handen in de zijne) Jij bent het, hè Maat? Jij bent de onder­ vrager, is het niet? Al die tijd al. Het is oké, Maat, ik begrijp het, we hebben allemaal onze taak te verrichten. Ben je het nou, Maat? Ben jij hem? MAAT

Dat is wat ik mezelf ook vaak heb afgevraagd.

JOCHIE

Nou ja, voor mij is het is allemaal te hoog gegrepen. Sorry dat ik alle crackers heb opgegeten. Wat zullen we nu eens gaan doen? Revanche? Zin om nog eens aan het Onbetwiste Wereldkampioenschap Pinkje Drukken mee te doen?

MAAT

Jazeker.

(Maat knielt tegenover jochie, met zijn profiel naar het publiek gekeerd, en ze beginnen weer te spelen.) Lichten doven

INTERMEZZO

11

MEISJE

Ja, ik ben het weer... ze doen een soort gimmick tussen de bedrijven, dus ik loop even weg om je te bellen...

(kijkt verrast naar het publiek, fluistert hoorbaar) Oh god, ik geloof dat die mensen ons afluisteren!

(draait zich om, is nog steeds hoorbaar) Nee, geen baby's meer, maar het wordt wel heel raar... ik weet het niet, ik denk dat het gewoon een paar sketches zijn die niks met elkaar te maken hebben, maar toch ook weer wel, zie je. Nou, waarom maken ze er geen verhaal van, zodat de mensen het kunnen begrijpen, ja toch? Inderdaad ja. Jeetje zeg, maak het me niet zo moeilijk. ..

SPEL ZONDER EINDE

JONGEN Zondag gaat nog steeds door? Geweldig.

Ik weet niet of ze van sport houdt, we hebben maar heel kort gepraat, we hebben eerst een paar appletini's gedronken, snap je... Ik geloof dat ze nu met haar huisgenote praat... Wat? Ja, het ging over een of andere griezelige oorlog, behoorlijk woest allemaal, maar het werd wel, wat zal ik zeggen, nogal filosofisch of psychologisch of zo... Weet ik niet, ik heb de kaartjes gratis gekregen... eh,

(beklopt zijn zakken) Spel zonder einde, geloof ik, nee, alleen

Spel zonder einde, misschien dat het intelligent moest klinken... MEISJE

Ja,

martelen, stel je voor! Daarnet ging het

over zelfmoord en nu over martelen... Denk je dat ik uit moet kijken voor die jongen? Ja, oké, denk ik ook. Ik vraag me af wat er nu weer gaat komen... JONGEN Ik weet nog niet of ik er wat aan vind ...

eigenlijk wil ik het liefst gewoon achterover leunen en me lekker ontspannen, maar dit is toch iets waarbij je moet nadenken of zo... ja ... er is bijvoorbeeld een kerel bij die helemaal emotioneel wordt over patronen en misschien is hij ook de vent op wie ze zitten te wachten, maar dat is niet zeker.

INTERMEZZO II

En die andere gast is jonger en die maakt zich weer zorgen om dammen en vlieg­ tuigen en zo, en er komen ook crackertjes in voor, eigenlijk moet je het zelf zien... en dan was er nog een verpleegster die heel goed was... MEISfE

Nee, ze lieten niet zien dat er gemarteld werd, maar ik was wel bezorgd om die ene kerel, je kon zien dat die ervan langs zou krijgen... heb jij wel eens gehoord van pinkje drukken? Een spelletje?

(lacht) Oh, dat mag je niet zeggen, de regering luistert mee... Zeg, heb jij je wel eens afgevraagd, waarom er, eh, iets is in plaats van niets? Is dat niet vreemd? Dat is een vreemde vraag, toch? Precies, maar toch, zie je, is het wel wat... oh,

weet ik, de volgende

keer kies ik wat we gaan doen. Ja, als er een... ja, ja, we zullen wel zien...

(muziek begint) JONGEN Oké, ze beginnen weer... de volgende gaat

over een optocht of zo ... ja, echt... zolang het maar niet gaat over een paar ouwe zakken die naar een optocht kijken, hè? Ja nou... oké, tot later...

DERDE BEDRIJF:

De optocht

Overgangsmuziek, achter elkaar gezongen door kinderen: Dit is het lied dat nooit eindigt, gezongen in koor, want, vrienden, het gaat altijd maar door en door. Sommige mensen begonnen het te zingen, niet wetende wat het was, En ze zuUen voor eeuwig blijven zingen, alleen maar omdat... dit het lied is dat nooit eindigt, gezongen in koor, want vrienden, het gaat altijd maar door en door ...

94

SPEL ZONDER EINDE

ENSCENERING Langs de route van een optocht in een klein stadje. Geluiden die horen bij een optocht: tromgeroffel, mar­ cherende mensen, fanfaremuziek, het gejuich van andere toeschouwers enzovoorts.

PERSONAGES MAN & vRouw: ze zien er bijna hetzelfde uit: bleek, mollig, in de zeventig. Grote strooien zonnehoeden, opklapbare zonnebrillen, witte zonnebrandcrème op hun neus, loshangende Hawaii-overhemden, kaki shorts tot op de knieën, sokken, sandalen. Ze zitten in goedkope aluminium klapstoelen. Ze hebben allebei een vlagge­ tje waarmee ze af en toe wapperen of gesticuleren. Hij heeft een opgevouwen krant bij zich, zij een handtas en haar breiwerk. Ze richten zich rechtstreeks tot elkaar en zijwaarts tot de mensen in de zaal.

DERDE BEDRIJF: DE OPTOCHT

95

Er klinkt Sousa-achtige marsmuziek terwijl Man met zijn vlaggetje wappert en Vrouw luidruchtig en enthousiast applaudisseert. Ze kijken duidelijk naar een optocht. Man legt zijn hand op de onderarm van Vrouw om haar geklap wat te temperen. De muziek sterft weg.

MAN

Hou daarmee op, lieverd.

VROUW

Wat? Ik klap alleen maar. Dat is nu eenmaal wat je behoort de doen bij een optocht, lieverd.

MAN

Bewaar nog iets voor de clowns.

vRouw

Gekke ouwe sul!

(geeft een speels klopje op de onderarm van Man) Mijnheertje Dood-in-de-pot. Gunt een meisje nooit een pretje. MAN

Het is hond-in-de pot, lieverd, niet dood-in -de-pot.

VROUW

Maakt niet uit.

MAN

Jawel, dat is iets heel anders.

SPEL ZONDER EINDE

VROUW

Oh, ik ben toch zo gek op optochten! Het is zo opwindend! Oeioeioei, ik krijg er helemaal de kriebels van.

(tikt op zijn onderarm) Hoor je me, lieverd? Ik krijg er de lcriebels van! MAN

Ja, lieverd, ik heb je gehoord.

(terzijde) Het probleem is dat ze het woord kriebels gebruikt in twee verschillende fysiologische betekenissen, twee heel verschillende fysiologische betekenissen, en u mag raden welke ze bedoelt. VROUW

(terzijde) Je zou het niet zeggen als je hem zo ziet, maar het is geen slechte man. Goede echtgenoot, goede kostwinner, goede vader en grootvader, wat kun je nog meer verlangen?

MAN

VROUW

Wat zei je, lieverd? Ik zei dat dit een leuke plek is, vind je ook niet, lieverd?

DERDE BEDRIJF: DE OPTOCHT

MAN

Oh ja, een heel leuke plek, schat.

VROUW

Geniet je van dit moment, lieverd?

MAN

(buigt zich naar haar toe)

97

Wat is er, lieverd? VROUW

Of je geniet van dit moment, lieverd. Ik vroeg of je van dit moment geniet.

MAN

Nou nee, schat, nu niet echt, nee.

VROUW

Als dat niet nu is, wanneer dan wel? En als het niet hier is, waar dan wel? Probeer er even moeite voor te doen, lieverd, dit is belangrijk.

MAN

Ja, lieverd.

VROUW

(terzijde) Ik moet hem er steeds aan herinneren dat hij moet genieten, anders blijft hij maar mopperen. Ik vind het veel leuker om te genieten dan om te mopperen.

VROUW

Denk je dat er olifanten bij zijn, lieverd?

SPEL ZONDER EINDE

MAN

Die waren er de afgelopen tweeënvijftig jaar niet bij, lieverd, dus vandaag waarschijnlijk ook niet.

VROUW

Tweeënvijftig jaar, tjonge jonge. Naar hoeveel optochten zijn wij wel niet geweest, denk je?

MAN

Jij en ik?

VROUW

Ja lieverd, jij en ik.

MAN

Ooit?

VROUW

Ja, ooit.

MAN

Dat weet ik niet, lieverd.

(telt op zijn vingers) Memorial Day, Veteranen dag, Homecoming, T hanksgiving, Pasen, Sint Patrick, iets meer dan vijftig jaar, vierhonderd optochten schat ik. VROUW

(terzijde) Of, zoals hij u zo meteen zal vertellen, vierhonderd keer naar één optocht.

DERDE BEDRIJF: DE OPTOCHT

MAN

99

(terzijde) In werkelijkheid zijn we vierhonderd keer naar één optocht geweest, deze hier, altijd dezelfde. Mijn vrouw en ik zijn vierhonderd keer naar precies dezelfde optocht geweest.

VROUW

(terzijde) Hij denkt dat ik niet weet wat hij denkt, maar mopperpotten denken moppergedachten. Hij vindt van zichzelf dat hij een man is met veel diepe, filosofische inzichten, maar hij heeft ze allemaal van T-shirts en bumperstickers.

MAN

(terzijde) Ze denkt dat ik haar goeie lieve man ben. Ze heeft er geen idee van dat ik mijn eigen gedachten heb, gedachten die ik met niemand deel. Kijk, deze krant bijvoorbeeld. Ik heb deze zelfde krant twintigduizend keer gelezen. Elke dag van mijn volwassen leven heb ik precies dezelfde krant gelezen. Er is niets nieuws ...

(fanfaremuziek onderbreekt hem) VROUW

0 kijk, lieverd! Daar komt de schoolband!

IOO

MAN

SPEL ZONDER EINDE

Ja, lieverd.

(ze bedekken allebei hun oren en vertrekken hun gezichten terwijl de muziek steeds harder klinkt en daarna wegsteift.) VROUW

Was dat niet leuk?

MAN

(knipt met zijn vingers langs zijn oren) Heel leuk, lieverd.

VROUW

(rommelt in haar tas) Wil je een lekker stukje drop? Ik heb heel lekkere drop gekocht.

MAN

Heb je misschien ook wat crack bij je, lieverd? Ik heb erover nagedacht om dat eens te proberen. Heb er veel goeds over gehoord. Ofmisschien wat mooie angel dust? Dat is helemaal in.

VROUW

Angel dust? 0 jee, dat klinkt niet bepaald hemels.

(in haar tas rommelend) Uh, nee, nee, ik geloofniet dat ik angel dust bij me heb, maar wel ergens lekkere drop.

DERDE BEDRITF: DE OPTOCHT

VROUW

IOI

(terziJde) Onze kleinkinderen krijgen binnenkort ook weer kinderen. Kunt u zich dat voorstellen? Ik en mijnheer Zuurpruim daar worden overgrootjes i Hij doet net alsofhet hem koud laat, maar ik weet dat dit niet zo is.

MAN

(terzijde) Het probleem met het leven is dat het zo verdomde lang is. Wat moet je met al die tijd? Zesendertig, veertig jaar, dat is een mooie levensduur. Erin, trouwen, een paar kinderen grootbrengen, eruit. Dat heeft zin. Nog eens tientallen jaren moeten rondhangen, dat slaat nergens op. Er komt niets nieuws meer. Er is niets nieuws onder de ...

VROUW

0 lieverd, daar komen de majorettes, kijk, ze zwaaien met hun stokken!

VROUW

(terzijde) En nu komt het verhaal uit 1962...

MAN

Bukken maar! Weet je nog dat in r962 zo'n stok recht op mij afkwam gevlogen? Rakelings langs mijn oor! Het had mijn dood kunnen zijn. En dat meisje met die beugel dat naar ons toe kwam gerend om

SPEL ZONDER EINDE

102

hem op te rapen, en nog geen sorry zei voor het feit dat ze bijna mijn hoofd eraf had geslagen... VROUW

(terzijde) (breit, man spreekt door op de achtergrond) Je zou denken dat er een moment komt waarop ik de haardroger in zijn bad gooi zodat hij eindelijk zijn bek houdt, maar eigenlijk vind ik het heel prettig zo. Het lijkt alsof hij geen geheugen heeft in de normale zin van het woord, dus telkens als hij iets zegt, denkt hij dat hij iets nieuws en interessants zegt. Ik heb het allemaal al een miljoen keer gehoord, dus ik weet precies wanneer ik moet knikken of grinniken of "jeetje" zeggen, zonder dat ik hoef te luisteren, en zo komt het dat we na al die jaren nog steeds met elkaar overweg kunnen.

MAN

(stem klinkt weer harder, vrouw veinst interesse) ... boft dat ik geen proces heb aangespannen. Ze zouden mensen helmen moeten geven als ze kleine meisjes dodelijke wapens in het publiek laten gooien.

DERDE BEDRIJF: DE OPTOCHT

MAN

103

(terzijde) Heb ik dit al eerder verteld? Ja natuurlijk heb ik dat. Ik ken dit. Is het ook echt gebeurd? Maakt niet uit. Mijn hoofd zit vol verhalen, vol meningen en gevatte antwoor­ den die allemaal wachten tot de juiste knop wordt ingedrukt. Meer is niet nodig. Een of ander woord of gebeurtenis drukt op een knop in mijn hoofd en de juiste reactie rolt eruit - ongedwongen, bedreven, zonder de minste hapering- een acteur die een rol speelt. Wacht even.

MAN

(geeft een. paar tikjes met zijn krant op de knie van vrouw en. wijst naar links van. het publiek) Kijk lieverd, daar komen de zakenlui op driewielers.

vRouw

Oh, daar komen de kriebels weer! Misschien gooien ze wel snoep naar ons.

MAN

(terzijde) Niemand droomt van een dergelijk leven, op een dag word je wakker en merk je dat je er middenin zit. Je bent geen honkbalspeler of een politieagent ofhuurmoordenaar, en dat zal je ook nooit worden. Het begint voordat je er erg in hebt. Het begint zodra

SPEL ZONDER EINDE

je op het juiste pad zit. Zodra je op het juiste pad zit, is het voorbij. Als ik nu terug zou kunnen gaan en een gesprek zou kunnen voeren met mezelf als jonge man, dan zou dit mijn advies zijn: ga

niet op het niet het

juiste pad zitten. Het juiste pad is

juiste pad, het is een valkuil, en als je daar eenmaal in valt, kom je er nooit meer uit. En nu gaat ze vragen of ik wat zonnebrand­ crème wil voor op mijn neus. VROUW

Wil je wat zonnebrandcrème voor op je neus, lieverd?

MAN

Nee, dank je lieverd, er zit nog wat op.

MAN

(terzijde) Ergens is er een beslissend moment vroeg in je leven, maar dat wordt niet duidelijk aangegeven, en als je even niet oplet, dan schiet je er zo voorbij. En dan is het weg, zonder dat je weet dat je het hebt gemist, totdat je vijftig jaar later met je vlaggetje staat te wapperen en naar een voorbijtrek­ kende optocht kijkt.

VROUW

(terzijde) De arme man kan geen plezier vinden in kleine dingen. Geniet toch, zeg ik altijd

DERDE BEDRIJF: DE OPTOCHT

105

tegen hem, geniet! Deze optocht zou wel eens je laatste kunnen zijn. MAN

(terzijde) Is het vandaag de dag dat ik eindelijk mijn kleren van mijn lijf ruk, mezelf insmeer met uitwerpselen en zo de optocht in loop, mijn eigen stok ronddraaiend? Dat zou nog eens de aandacht trekken. Dan zouden ze opkijken. Het maakt niet uit dat ik mijn sporen heb verdiend in de oorlog of dat ik vijf decennia lang mijn werk heb gedaan of dat ik altijd de kost heb verdiend voor mijn gezin zonder ooit te klagen. Dat is niet meer genoeg. Als je tegenwoordig je stempel op iets wilt drukken, een stempel dat niet zal verdwijnen op de dag dat ze je in de grond stoppen, dan moet je van het juiste pad afgaan en rotzooi trappen. Naakt en ingesmeerd met poep meemarcheren in de grote optocht mag dan niet erg heldhaf­ tig zijn, maar je zou wel je stempel drukken!

VROUW

(terzijde) Ik weet dat hij het moeilijk heeft met zijn lot in het leven - hij had iemand kunnen zijn! Iemand met ballen! Hij begrijpt het verschil niet tussen een rol spelen en een

ro6

SPEL ZONDER EINDE

functie vervullen. Iedereen wil de ster van de show zijn, iedereen wil de held uithan­ gen, maar wat als we allemaal helden zijn? Wie staat dan op de stoep te klappen? Het is heel natuurlijk om te dromen dat je op het toneel de draak verslaat en de prinses redt, maar wat is er nou nog leuker dan vanuit het publiek toe te kijken? Laat anderen maar de kastanjes uit het vuur halen, en ga dan terug naar je eigen leuke hokje en geniet gewoon. MAN

(terzijde) (Staat op en oreert) Wat winnen de mensen met al hun gezwoeg? Generaties komen en generaties gaan, de zon komt op en de zon gaat onder, de wind blaast en rivieren stromen in de zee. Is er iets waar men naar kan wijzen

(wijst met een theatraal gebaar) en zeggen: "Kijk! Dit is iets nieuws?" Wat is, is geweest en zal weer zijn. Wat gedaan is, is gedaan en zal weer gedaan worden. Ik heb veel wijsheid en kennis gezien, maar ook waanzin en dwaasheid, en ik heb geleerd dat ook dit het najagen

DERDE BEDRIJF: DE OPTOCHT

van wind is. Er is niets nieuws... er is niets nieuws

...

onder de zon!

(gaat zitten) VROUW

(terzijde) (zangerig toontje) Veel praten leidt tot gebazel, en God heeft geen lust aan zotten.

MAN

(tikt met krant op de knie van vrouw) Weet je wat ik wel eens denk, schat?

vRouw

(zwaait met haar vlaggetje) Dat je niet je stempel hebt weten te drukken, lieverd? Dat je het beslissende moment hebt gemist? Dat je leven op de een of andere manier aan je voorbij is gegaan?

MAN

Nou, uh...

VROUW

Dat, als je het nog eens over zou mogen doen, je het heel anders zou doen? Dat de jeugd verspild is aan de jongeren en dat je in je lange leven een paar dingen hebt geleerd?

ro8

SPEl ZONDER EINDE

MAN

Ik bedoel, nou, uh, ja ...

vRouw

(gaat staan, met gezicht naar het publiek, slaat hoogdravende toon aan) Dat het nu te laat is? Dat je prachtige symfonie voor altijd ongeschreven zal blijven? Dat je geen enkel teken zult achter­ laten dat aan je bestaan zal herinneren?

(praat nu doodserieus, als een predikant, wijzend met haar vlaggetje) Dat je de hoefsmid hoort bij zijn aambeeld en de timmerman bij zijn planken, terwijl je op des kleermakers podium staat? Sta op! Kom omhoog! MAN

Wat?

VROUW

Sta op!

MAN

(staat op, kijkt vrouw bedremmeld aan) Nou, oké dan maar ...

vRouw

(alsofze bezeten is) En de kleermaker des heren vraagt u: "Welke kant draagt mijnheer?"

DERDE BEDRIJF: DE OPTOCHT

MAN

Hè? Wat krijgen we nou?

vRouw

"Welke kant?" vraagt de kleermaker. "Draagt mijnheer links of rechts?"

MAN

Links of? Oh, uh ...

(draait weg van vrouw, kijkt naar beneden om te controleren) ... uh, links, geloof ik. Links ja. vRouw

En denkt mijnheer dat mijnheer

rechts kan

dragen, simpelweg omdat mijnheer op het idee komt om het eens zo te doen? MAN

Uh, nou nee, ik kan niet gewoon...

(zwaaiende beweging van links naar rechts) vRouw

Nee, inderdaad! Mijnheer draagt links en dat is nu eenmaal zo. Men kan niet zomaar van links naar rechts of van rechts naar links ...

(wijzend met vlaggetje) ... zwaaaiii-en, is het niet? Men is geschapen zoals men geschapen is, nietwaar? Wat zou de wereld zijn als alle heren anders zouden dragen dan ze geschapen zijn?

IIO

MAN

vRouw

SPEL ZONDER EINDE

Als wie wat deed? Als alle heren anders zouden dragen dan ze geschapen zijn, dan zou de natuurlijke orde geweld worden aangedaan. In principe geweld aangedaan! In essentie geweld aangedaan! Er klinkt een valse noot. De wereld staat in vuur en vlam. De verkeerde richting van mijnheer kondigt de verkeerde richting van de kosmos aan. Gekreukelde stof. Onooglijke bobbels. Branderige plekken. Het einde der tijden.

MAN

Het einde der tijden? Alleen maar omdat ik mijn .. .?

vRouw

Het

patroon zou ontwricht worden!

En weet

mijnheer wat- dit in de allereerste plaats! - weet mijnheer wat er nooit zou kunnen gebeuren? Wat nooit, maar dan ook nooit, kán ge beuren? MAN

Uh, nee, wat dan?

vRouw

(gaat zitten en wordt weer zichzelf) Het patroon kan niet ontwricht worden, lieverd. Onmogelijk. Het patroon kan nooit en te nimmer worden ontwricht. Dan kan gewoon niet.

DERDE BEDRIJF: DE OPTOCHT

111

(geeft klopje op zijn stoel, hij gaat zitten, met stomheid geslagen) De ontwrichting

wordt gewoon het patroon,

zie je. Is dat niet slim? En wees nu eens lief, neem een lekker dropje en geniet van dit moment.

(geeft hem een dropje) Hier heb je een schone. Laat het je smaken. Goed zo brave jongen. Smaakt het?

MAN

Ja lieverd, lekker.

(tikt met krant op been van vrouw en wijst naar links van het publiek). Kijk, lieverd, daar komen de clowns. vRouw

Oeioeioei, daar komen de kriebels weer! Misschien gooien ze wel snoep naar ons!

Lichten doven

INTERMEZZO

lil

JONGEN Goeie genade! Het ging inderdaad over een

stel ouwe zakken dat naar een optocht zat te kijken! Het lijkt wel alsof ik helderziend ben, hè?... Zeg, als een kleermaker jou vraagt of je links of rechts draagt... ja, oké, oké, dat mag je niet zeggen, de regering luistert mee ... inderdaad, dat dacht ik al... nee, er kwam geen kleermaker in voor... nou ja, die oude vrouw was zo'n beetje in bezit genomen door een kleermaker geloof ik... nee, nee, weet ik niet... MEISJE

Goeie genade! Waarom heeft hij me hier naartoe genomen? Ja, toch? Denk je dat hij indruk wil maken, dat ik moet denken dat hij slim is of zo? Toen hij een toneelstuk zei dacht ik meer aan een heleboel, je weet wel, 'zijn of niet zijn' of zo, maar dit is meer.... 'zeg, ik doe mijn kleren uit en smeer mezelf in met poep en ga met mijn stok zwaaien'

SPEL ZONDER EINDE

en zo... inderdaad, een

ouwe kerel, ja. Nee,

hij deed het niet echt... JONGEN Ja, ik geloof dat ze het wel leuk vindt...

(ze zwaaien even naar elkaar) Het is een beetje pijnlijk omdat je niet altijd zeker weet wanneer je wel of niet moet lachen ... bijvoorbeeld bij dat ouwe mens dat de kriebels krijgt...is dat nou grappig bedoeld of grof? Ja, de volgende keer neem ik haar gewoon mee naar een sportwed­ strijd, dan weet je tenminste wanneer je moet

juichen of boe roepen, weg met al die

culturele nonsens ...

MEISJE

Hij legde zijn hand op mijn hand, en dat was zo pijnlijk, alsof we nog op school zaten ... precies ja. Je wilt hem ook niet meteen terugtrekken, maar waar gaat zo'n hand naartoe? Ja inderdaad, wees dan een echte vent, makker, doe niet zo... ja, weet ik, weet ik... Hij zit nu te bellen, waarschijnlijk vertelt hij zijn vrienden dat hij vanavond gaat scoren. Ja, geen kans ... Niet voordat dit stuk mij echt grijpt ... Ooh, ik maakte een woordspeling! Ik wist niet dat

Die moet ik onthouden ...

ik dat kon.

INTERMEZZO III

JONGEN

II5

Ik weet het nog niet... Ze houdt van

appletini's, inderdaad, elf dollar per glas, ja, dus dat gaan we waarschijnlijk doen en dan zien we wel... ja, ik moet morgen vroeg op... zeg, denk jij wel eens aan patronen? Nee, nou ja, dat alles misschien deel uit maakt van iets veel groters, alsof er één groot...

(de muziek begint) 0, wacht effe, ze gaan weer beginnen. Ze beginnen elk bedrijf met een kinderliedje, ik vraag me af hoeveel we nog voor de boeg hebben... weet ik niet, iets met een debat.

VIERDE BEDRIJF:

Debat

Overgangsmuziek gezongen door kinderen: Humpty Dumpty zat op een tak, Humpty Dumpty maakte een smak. En alle paarden van de koning noch zijn lakeien, konden Humpty Dumpty weer in elkaar krijgen. Herhaal

n8

SPEL ZONDER EINDE

PERSONAGES

GESPREKSLEIDSTER: wETENSCHAP: GODSDIENST: FILOSOFIE:

een vrOUW Van in de dertig

statige man in een laborantenjas statige man in priesterkleding

een vijftienjarig meisje

ENSCENERING

Opent op een podium waar een debat gaat plaatsvinden. Een met de hand in elkaar gezet bord op een ezel waarop staat "T hema van vanavond: De aard van de werkelijkheid." Drie lessenaars met microfoons, flesjes water enzovoorts. links en rechts

FILOSOFIE

GODSDIENST

in het midden,

en WETENSCHAP.

Terzijde zit de GESPREKSLEmSTER aan een bureau met een microfoon, water en een klembord.

GESPREKSLEIDSTER

Welkom bij het debat van vanavond over de aard van de werkelijkheid. Standpunten die vanavond worden vertegenwoordigd zijn Godsdienst, Filosofie en Wetenschap. Ik zal snel iedereen even voorstellen zodat we meteen aan de slag kunnen.

(raadpleegt klembord)

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

Godsdienst wordt vertegenwoordigd door Zijne Eminentie Bisschop Anthony Dellacroce, doctor in de theologie en decaan van de faculteit godsdienstwetenschappen van de universiteit.

(hartelijk applaus van de mensen in de zaal) De wetenschappelijke zienswijze wordt vertegenwoordigd door Dr. Lionel Gelding, astrofysicus, quanturnfysicus en decaan van de faculteit toegepaste wetenschappen.

(hartelijk applaus van de mensen in de zaal) En filosofie zal vanavond vertegenwoordigd worden door Dr. Stanislav Paradovsky, drager van meerdere doctorstitels in verschillende filosofische richtingen en emeritus hoogleraar... FILOSOFIE

Oh, hallo? Wat zei u? GESPREKSLEIDSTER

Een ogenblikje, mijnheer. Dr. Paradovsky is ook een toegewijd echtgenoot, vader van vier kinderen en grootvader van zeven kleinkinderen. Dr. Paradovsky, wilde u nog iets zeggen?

I20

SPEL ZONDER EINDE

FILOSOFIE

Eh, ja eh, ik ben hem niet. GESPREKSLEIDSTER

U bent, eh, niet wie, Dr. Paradovsky?

FILOSOFIE

fa. GESPREKSLEIDSTER

fa wat? FILOSOFIE

Ik ben niet Dr. Paradovsky GESPREKSLEIDSTER

Ah. En waarom niet? FILOSOFIE

Dr. Paradovsky gaf me zijn uitnodiging en zei dat ik... GESPREKSLEIDSTER

Ik begrijp dit niet. Bent u verbonden aan de filosofische faculteit? FILOSOFIE

Nee, eigenlijk niet. Ik zit op de middelbare school, ik had een paar vragen over, eh, nou ja, wat dingen, dus ben ik naar Dr. Paradovsky gegaan en hij ...

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

121

GESPREKSLEIDSTER

Zit je in de tweede fase? FILOSOFIE

(pittige intonatie, jeugdig accent) Nou, ja, eh... ik las iets van Plato, die filosoof, weet u wel, en die zegt zoiets als, hoe kunnen we weten of we hier nu echt staan te praten, of in werkelijkheid in slaap zijn en de heleboel bij elkaar dromen, dus dat zette mij aan het denken, en hoe meer ik erover nadacht, hoe onzekerder ik werd. Toen heb ik een paar, naar mijn idee, nogal simpele vragen aan mijn klasselerares voor­ gelegd, maar die noemde mij een wijsneus en zei dat ik met mijn vragen maar naar de universiteit moest gaan. Dat heb ik dus gedaan! Ik ben naar de filosofische faculteit gegaan en ben Dr. Paradovsky overal achterna gelopen met mijn vragen, maar ik kreeg de indruk dat-ie niet met me wilde praten. En toen herinnerde zijn secretaresse hem eraan dat dit debat in zijn agenda stond, waarop hij mij zijn uitnodiging gaf en zei dat ik daar maar naartoe moest. Hij zei ook dat ik een heel vervelend kind was en dat dit de juiste plek voor me zou zijn. Ik dacht dat ik gewoon in de zaal moest gaan zitten, maar toen ze mijn uitnodiging zagen hebben ze me hier neergezet.

SPEL ZONDER EINDE

122

GESPREKSLEIDSTER

Nou, dit is hoogst ongebruikelijk, maar eh, hoe heet je? FILOSOFIE

Penny DeWitt. GESPREKSLEIDSTER

(kijkt of iem and in de coulissen een aanwijzing kan geven, haalt dan haar schouders op) Nou, oké dan. Als de aangewezen vertegen­ woordigster van Professor Paradovsky: Penny DeWitt.

(slap applausje) WETENSCHAP

Pardon? Gaat u een schoolmeisje mee laten doen aan een officieel debat met decanen van gerenommeerde instellingen? GESPREKSLEIDSTER

Dat is juist. GODSDIENST

Maar dat is absurd! Paradovsky kan niet zomaar iemand sturen die hem vertegen­ woordigt, alleen maar omdat hij haar vervelend vindt.

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

123

GESPREKSLEIDSTER

Zo gaat dat nu eenmaal bij een debat, heren. Als u haar argumenten kunt weerleggen is er geen probleem. FILOSOFIE

Uh? Hallo? Hee zeg, ik heb helemaal geen argumenten. GESPREKSLEIDSTER

Ziet u wel? Een kind kan de was doen. We gaan verder. Voor alle duidelijkheid worden onze drie deelnemers aangeduid met hun respectievelijke disciplines: Godsdienst, Filosofie en Wetenschap. Zijn er nog vragen? Oké, laten we beginnen. Godsdienst, kunt u in één korte zin uw mening over whiffle hall samenvatten? GODSDIENST

WhifflebaU? GESPRIKSLEIDSTER

(kijkt op haar klembord) De werkelijkheid. GODSDIENST

De werkelijkheid is dat God de ongeschapen schepper van het universum is en wij zijn kinderen zijn.

124

SPEL ZONDER

EINDE

GESPREKSLEIDSTER

Wetenschap, zelfde vraag. WETENSCHAP

De werkelijkheid betekent dat het universum geregeerd wordt door onveranderlijke wetten, en door observatie en de toepassing van wetenschappelijke methodes kunnen we leren begrijpen wat die wetten zijn. GESPREKSLEIDSTER

Dank u . Filosofie? FILOSOFIE

Wat? GESPREKSLEIDSTER

Hoe zou u uw verklaring willen samen­ vatten? Wat voor kijk op de werkelijkheid wilt u vanavond verdedigen? FILOSOFIE

Oh, die heb ik niet. Dat is de reden dat ik Dr. Paradovsky overal achterna ben gelopen. Ik wilde alleen maar een paar vragen stellen en toen noemde hij me een snotaap en heeft hij me hier naartoe gestuurd. GESPREKSLEIDSTER

Weet u zeker dat u hiermee door wilt gaan?

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

125

FILOSOFIE

Ja, toch wel. Zoals ik al zei, ik zat met een paar vragen, zoals uh, waarom is er iets in plaats van niets? Ik bedoel, dat lijkt mij een nogal voor de hand liggende vraag, maar... GESPREKSLEIDSTER

Oké, Godsdienst, waarom is er iets in plaats van niets? GODSDIENST

Vanwege God.

(terzijde) Duh! GESPREKSLEIDSTER

Wetenschap? Waarom is er iets in plaats van niets? WETENSCHAP

Hoe zou er nou niets kunnen zijn? Dit slaat nergens op. De werkelijkheid is niet niets, het is iets.

(terzijde) Duh!

SPEL

ZONDER EINDE

FILOSOFIE

Ja, maar bestaat de werkelijkheid echt? GESPREKSLEIDSTER

Oké, Wetenschap, bestaat de werkelijkheid echt? WETENSCHAP

Voor mij lijkt ze behoorlijk echt. GESPREKSLEIDSTER

Godsdienst, bestaat de werkelijkheid echt? GODSDIENST

Ik begrijp de vraag niet. Hoe zou het anders kunnen? GESPREKSLEIDSTER

Oké. Filosofie? FILOSOFIE

Maar hoe weten we dat dan? Hoe weet ik zelfs of ik wakker ben? Hoe weten we überhaupt ook maar iets? GESPREKSLEIDSTER

Okidoki. Godsdienst, hoe weten we über­ haupt iets?

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

127

GODSDIENST

Omdat de Heilige Geest ons inspireert en een goddelijke vonk ons verlicht. FILOSOFIE

Ja, maar wacht even... GESPREKSLEIDSTER

U moet uw beurt afWachten. Wetenschap?

Hoe weten we überhaupt iets? WETENSCHAP

Wij komen tot kennis door zorgvuldige observatie, door meten en testen, door studies en reproduceerbare proeven, en door het proces van publicatie en collegiale toetsing. FILOSOFIE

Eh, pardon? Ik denk dat u de vraag niet hebt begrepen ... Ik bedoel niet waarom we geloven, ik bedoel, hoe weten we dat? GODSDIENST

Als je je hart opent voor de liefde van Christus... WETENSCHAP

Oh, ja Christus nog aan toe! Proeven doen, meten, toetsen. Zo kunnen we weten.

128

SPEL ZONDER EINDE

GESPREKSLEIDSTER

Filosofie, dezelfde vraag. Hoe kunnen we überhaupt iets weten? FILOSOFIE

Dat weet ik niet, daarom vraag ik het ook. Ik weet dat ik besta omdat ik me daar niet in kan vergissen, maar voor wat de rest betreft toch wel? GODSDIENST

(vermoeid) Jongedame, er is helemaal niets nieuws of opwindends aan uw solipsistische benadering. WETENSCHAP

(neerbuigend) We zijn allemaal bekend met het Cartesiaanse idee dat het bestaan van het universum niet gekend kan worden, en ik verzeker u dat we deze raadselachtige kwestie al heel lang geleden achter ons hebben gelaten. FILOSOFIE

Indrukwekkend! Dat is geweldig, daarom ben ik hier! Hoe dan? Hoe hebben jullie dit voor elkaar gekregen?

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

129

WETENSCHAP

Oh, nou, we eh, zijn er gewoon langs gevlogen. GODSDIENST

Hebben er zorgvuldig omheen gedanst. WETENSCHAP

Ons er verre van gehouden. GODSDIENST

Er met een hele grote boog omheen gegaan. WETENSCHAP

De ogen ervoor gesloten. GODSDIENST

De oren dichtgehouden. WETENSCHAP

Gewoon achter ons gelaten. GODSDIENST

En nooit meer achterom gekeken. FILOSOFIE

Oh! Misschien begrijp ik het niet. Als jullie me alleen maar kunnen laten weten hoe jullie erachter zijn gekomen dat we er zeker van kunnen zijn dat alles echt is, dan kan ik

I30

SPEL ZONDER EINDE

naar huis. Dat is echt alles waarvoor ik ben gekomen. WETENSCHAP

Ik kan u verzekeren, jongedame- en als ik Glit zeg, dan spreek ik namens de hele wetenschappelijke gemeenschap- dat alles precies is zoals het lijkt. GODSDIENST

Ja, jongedame. Wetenschap en godsdienst mogen het dan over veel dingen niet eens zijn, maar over dit punt zijn we het in elk geval wél eens. Hoe de dingen lijken is hoe ze zijn. Om kort te gaan: het is wat het is. FILOSOFIE

0 ja? WETENSCHAP

Ja inderdaad, en je nu hebt gekregen waarvoor je bent gekomen, kun je vertrekken. GODSDIENST

Wegwezen. Opgehoepeld] FILOSOFIE

Oké, dank jullie wel, dan ga ik maar. Maar... excuseer, wat was het ook alweer?

VIERDE BEDRITF: DEBAT

I3I

Sorry, ik had het moeten opschrijven. Hoe weten we überhaupt iets? Hoe weet ik dat ik niet alleen maar aan het dromen ben of in een computersimulatie leef? Hoe weet ik dat wat ik de werkelijkheid noem, niet een multi-sensorische projectie is in het theater van mijn geest? WETENSCHAP

Ik maak bezwaar! GESPREKLEIDSTER

Dit is geen proces. Wat is uw bezwaar? WETENSCHAP

De vraag is al beantwoord] GODSDIENST

Daar is geen uitsluitsel over] WETENSCHAP

Regelrechte intimidatiel GODSDIENST

Haar opmerkingen mogen niet worden opgenomen in het verslag. GESPREKSLEIDSTER

Er is geen verslag en geen proces. Geef aan wat precies uw bezwaar is.

132

SPEL ZOND E R

EINDE

WETENSCHAP

Nou, om maar iets te zeggen, het is gewoon stom. Hoe klinkt dat? GESPREKSLEIDSTER

Niet erg goed. GODSDIENST

Ze heeft nog geeneens een basiscursus filosofie gevolgd, dus kan ze niet weten hoe deze kwestie opgelost is. GESPREKSLEIDSTER

En nu vraagt ze ernaar. Ze heeft het aan haar leraren gevraagd, en die wilden geen antwoord geven. Daarna ging ze naar de universiteit, en ook daar kreeg ze geen antwoord. En nu is ze hier. Wilt u haar dus antwoorden? Hoe is het probleem: het feit dat objectieve kennis onmogelijk is opgelost? GODSDIENST

Tja, dat is nu eenmaal nog niet gebeurd... WETENSCHAP

Ja, er dwarrelt blijkbaar nog een formeel puntje...

VIERDE BEDRifF: DEBAT

133

GESPREKSLEIDSTER

Wel, dan is de vraag dus of wetenschap wel of niet gebaseerd is op objectieve feiten. WETENSCHAP

Wat! Bent u gek geworden? Ze is een en al feit! Dat is wat wetenschap is, objectieve feiten! Hier,

(slaat met zijn hand op spreekstoel) deze lezenaar is een objectief feit!

(houdt zijn hand omhoog) Deze hand is een objectief feit! De lucht hier, de ogen waarmee we zien, de oren waarmee we horen, allemaal objectieve feiten! GODSDIENST

Feiten moeten bewezen worden. Hebt u enig bewijs? WETENSCHAP

Christus nog aan toe, aan wiens kant staat u eigenlijk? GODSDIENST

Die van Christus.

134

SPEL ZONDER EINDE

GESPREKSLEIDSTER

Wetenschap? Uw antwoord? WETENSCHAP

Waarop? GESPREKSLEIDSTER

U lijkt te zeggen dat alles precies is zoals het lijkt. Kunt u dat bewijzen? Kunt u, kortom, überhaupt iets bewijzen? WETENSCHAP

Hoezo, bewijzen? Het spreekt toch vanzelf! GESPREKSLEIDSTER

Eigenlijk is dat helemaal niet zo vanzelf­ sprekend. Kan een van u beiden alstublieft mevrouw DeWitts vraag beantwoorden? Het is een heel redelijke vraag en de vragen­ stelster is erg beleefd. U, mijne heren, bent deskundig op uw gebied, dus moet u toch wel wat kennis hebben die u kunt delen. Godsdienst, u eerst, hoe weet u dat u niet alles maar droomt? GODSDIENST

De mens heeft een goddelijke vonk in zich, en aangezien dat wat van God komt in ons zit, zit ook het alwetende in ons.

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

135

FILOSOFIE

Maar hoe weet u dat God niet alles droomt? GODSDIENST

Omdat hij dan niet God zou zijn, maar geschift. GESPREKSLEIDSTER

Dus de vraag is: bezit God kennis? GODSDIENST

Natuurlijk bezit God kennis! Hij is God, Jezus nog aan toe! Hij weet alles! FILOSOFIE

Maar hoe weet u dat Hij weet? GODSDIENST

Omdat de Bijbel mij dat vertelt. FILOSOFIE

Maar hoe weet u dat de Bijbel gelijk heeft? GODSDIENST

(woedend) Omdat die het woord van God is!

SPEL ZONDER EINDE

WETENSCHAP

Oh mijn God, wilt u alstublieft die arme man met rust laten? Ziet u dan niet dat zijn positie zo solide is als snot? GESPREKSLEIDSTER

Oké, nu u, Wetenschap: zou u alstublieft de vraag van de jongedame willen beantwoor­ den zodat we weer verder kunnen? WETENSCHAP

Natuurlijk. Als we dit debat maar weer op het juiste spoor krijgen. Wat was de vraag ook alweer? GESPREKSLEIDSTER

Filosofie, wilt u uw vraag nog eens herhalen? FILOSOFIE

Je kunt wat dan ook geloven, maar om iets te

weten moet het waar zijn.

Je kunt niet iets

weten wat niet waar is, dus kan alleen de waarheid gekend worden.

(wijst om zich heen) Dit kan allemaal een droom zijn, of een computersimulatie of wat dan ook, dus is mijn vraag: Hoe kan ik iets zeker weten? Bijvoorbeeld: ik zie deze lessenaar en ik zie

137

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

de mensen daar in de zaal die blijkbaar deze lessenaar zien, dus ik geloofdat deze lessenaar bestaat, maar kan ik ooit

weten dat

hij inderdaad bestaat? WETENSCHAP

Natuurlijk kun je weten dat deze lessenaar bestaat! FILOSOFIE

Geweldig! Hoe dan? WETENSCHAP

Dat ligt toch voor de hand? Hij staat er toch? Hoe kun je nou beweren dat dit niet zo is? Je kijkt er naar! Je hebt je handen erop liggen. Je ziet hem, je voelt hem, je kunt hem ruiken, je kunt erop kloppen en dat horen. Je kunt je tongetje uitsteken en... GESPREKSLEIDSTER

Oké, Filosofie, wat is uw reactie? FILOSOFIE

Waarop? GESPREKSLEIDSTER

Het antwoord van Wetenschap.

SPEL ZONDER EINDE

FILOSOFIE

Maar hij zei niet hoe ik dat weet, hij zei waarom ik dat moet geloven. Ik weet dat verschijnselen heel overtuigend overkomen, maar mijn zintuigen kunnen mij bedriegen. Wat ik wil weten is hoe ik weet. Hoe weet ik dat alles hier echt is? WETENSCHAP

fongedame, als u inderdaad een filosofe zou zijn, dan zou u weten dat er niet zoiets bestaat als objectief ware kennis, maar alleen gerechtvaardigd subjectief geloof. GODSDIENST

Gerechtvaardigd subjectief geloof? Punt van orde! Als wetenschap niets kan bewijzen, dan is het een geloofssysteem. WETENSCHAP

Wetenschap is geen geloofssysteem! Wetenschap is... wetenschap! GODSDIENST

Wat is er verkeerd aan een geloofssysteem? Na al ons gekissebis... Omhels mij, broeder! WETENSCHAP

Getver!

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

139

GODSDIENST

In het verslag moet staan dat Wetenschap zojuist heeft toegegeven dat het inderdaad een geloofssysteem is. WETENSCHAP

Een gerechtvaardigd geloofssysteem. GODSDIENST

Het is alleen maar gerechtvaardigd omdat daar een consensus over bestaat. Andere mensen gaan met u akkoord, maar wie gaat akkoord met hen?

WETENSCHAP

Wilt u soms beweren dat de mensen in de zaal niet bestaan? GODSDIENST

Kunt u bewijzen dat ze wel bestaan? Kunt u bewijzen dat

u

bestaat?

WETENSCHAP

Wilt u soms beweren... wacht, wat wilt u nou beweren? GODSDIENST

Ik zeg dat ik geloofdat de mensen in de zaal bestaan.

SPEL ZONDER EINDE

WETENSCHAP

Wel, ik geloof niet in geloof. GODSDIENST

Er is alleen kennis en geloof. Het moet een van de twee zijn, dus wat gelooft u nou? WETENSCHAP

Ik geloof in feiten! GODSDIENST

Dat is een geloof. WETENSCHAP

Feiten zijn feiten, geen geloof. GODSDIENST

Dat gelooft u alleen maar. WETENSCHAP

Feiten zijn geen geloofl GODSDIENST

Dat gelooft u alleen maar. WETENSCHAP

Feiten vereisen geen geloof! GODSDIENST

Dat gelooft u dus.

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

WETENSCHAP

Dat wéét ik! GODSDIENST

Dit geloven betekent nog niet dat het waar is. WETENSCHAP

En dat moet uitgerekend u zeggen! Zodra de wetenschap het probleem van de dood heeft opgelost, worden al jullie kerken omgebouwd tot hamburgertenten. GODSDIENST

En zodra de Zoon Gods terugkeert, worden

al jullie laboratoria omgebouwd tot openbare toiletten. WETENSCHAP

Het kromme kan niet recht gemaakt worden! GODSDIENST

Hetgeen ontbreekt, kan niet geteld worden! GESPREKSLEIDSTER

(hamert met hand op bureau) Kalm aan! Kalm aan, dit is een vriendschap­ pelijk debat! Alstublieft, heren, stop dit zinloze gekibbel.

SPEL ZONDER EINDE

GODSDIENST

Maar dat is wat we nu eenmaal doen! WETENSCHAP

Ja, het is zo'n beetje ons ding. GODSDIENST

En daarom mogen we altijd wel weer ergens opdraven. WETENSCHAP

Ook al worden er nooit knopen doorgehakt. GODSDIENST

Omdat er nooit knopen worden doorgehakt. WETENSCHAP

En daarom nodigen we Filosofie ook niet graag uit op onze debatten. Die verpesten het altijd met hun logica en rede. GODSDIENST

Ja, kijk maar wat voor zooi dit meisje heeft aangericht met één simpele vraag!

(loopt naar Filosofie en gaat aan de ene kant van haar spreekstoel staan) Kijk, meisje, we hebben iets moois hier, oké? Kijk maar,

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

I43

(wijst naar de mensen in de zaal) zie je iemand die jou heeft gevraagd om vanavond hier naartoe te komen en de knuppel in het hoenderhok te gooien? WETENSCHAP

(loopt naar Filosofie en gaat aan de andere kant van haar spreekstoel staan) Waarom de knuppel in het hoenderhok gooien? Wij hebben een twee partijenstelsel en daar is iedereen gelukkig mee. Het brein heeft twee helften, zie je? Er is geen derde helft, dat begrijpt een kind. GODSDIENST

Ja, dat begrijpt een kind. De kerk is duizenden jaren oud. Ze heeft miljoenen toegewijde aanhangers, prachtige gebouwen, schitterende gewaden. En wat ben jij? Een doodgewoon grietje. WETENSCHAP

Een doodgewoon grietje. Denk je nu echt dat je het kunt maken om hier in debat te gaan met de gelijken van Newton, Einstein en Hawking?

144

SPEL ZONDER EINDE

GODSDIENST

God heeft jou lief, kindje. Wil je hem dan ook niet liefhebben? WETENSCHAP

Wetenschap draait alleen maar om feiten, meiske. fe houdt immers van feiten, is het niet? GODSDIENST

Je wilt toch ooit naar de hemel? WETENSCHAP

Of de ruimte in? GODSDIENST

Je wilt toch niet naar de hel? WETENSCHAP

Of doodgaan aan kanker? GODSDIENST

Filosofie kan geen wonderen bewerkstelligen. WETENSCHAP

Of vaccins maken. GODSDIENST

Of iemand heilig verklaren.

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

145

WETENSCHAP

Of de wereld voeden. GODSDIENST

Of je zonden vergeven. WETENSCHAP

Of de leuke veiliger maken. GODSDIENST

In hotelkamers leggen ze toch ook geen filosofieboeken neer? WETENSCHAP

Filosofie zal ook nooit gevraagd worden een atoom te splitsen. GODSDIENST

Je vraagt toch geen filosoof om je huwelijk te voltrekken? WETENSCHAP

Of je baby te dopen? GODSDIENST

Of je ouders te begraven? WETENSCHAP

Heeft filosofie ooit een man op de maan gezet?

SPEl ZONDER EINDE

GODSDIENST

Grootse kathedralen gebouwd? WETENSCHAP

Ziektes genezen? GODSDIENST

Oorlogen veroorzaakt? WETENSCHAP

Oorlogen

gewonnen?

GODSDIENST

(met een hoog, spottend stemmetje) 0 hoi! Ik ben filosofie! Ik denk, dus ik ben!

WETENSCHAP

(met een hoog, spottend stemmetje) Ja! Ik draag graag sandalen en doe niets liever dan de hele dag nadenken! ALLEBEI

La-li-la-li-la-li-la...

GESPREKSLEIDSTER

Heren...!! WETENSCHAP

Kan filosofie dit doen?

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

14 7

(trekt een grappig gezicht) GODSDIENST

Of dit?

(doet een grappig dansje) WETENSCHAP

Nee! Filosofie zit alleen maar op haar kont. GODSDIENST

Als een zoutzak. WETENSCHAP

Een vervelend zoutzakje. GESPREKSLEIDSTER

(hamert met hand op bureau) Heren! Orde alstublieft! Ga terug naar uw plaatsen!

(ze nemen hun plaats weer in) GESPHEKSLEIDSTER

Als er een verslag komt, dan wordt die laatste gedachtewisseling verwijderd. Als er een beoordelingscommissie is, dan krijgt die de opdracht haar te negeren. Mag ik iedereen eraan herinneren dat Filosofie één simpele vraag heeft gesteld: hoe kunnen wij

SPEL ZONDER EINDE

iets weten? Dat lijkt een heel redelijke vraag, maar tot nu toe heeft ze nog geen antwoord gekregen. GODSDIENST

(dept zijn voorhoofd) Eenvoudige vragen zijn de moeilijkste. Ik weet dat God in ieder leven een levende aanwezigheid is, maar ik kan het zeker niet bewijzen. WETENSCHAP

ifatsoeneert zijn haar) We kunnen pi uitrekenen tot miljoenen cijfers achter de komma, maar we kunnen niet

bewijzen dat een cirkel bestaat.

We

kunnen het ontstaan van de schepping terugvoeren naar de oerknal, maar niet

bewijzen dat het universum bestaat. GODSDIENST

Ziet u wat Filosofie allemaal overhoop haalt? WETENSCHAP

Filosofie is dood. GODSDIENST

Ja, Filosofie is dood!

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

I49

WETENSCHAP

De moderne filosofie stelt nauwelijks meer voor dan een tot mislukken gedoemde poging van de begeleiders van eerstejaars­ studenten hen te behoeden voor intellectuele ijdelheid. GODSDIENST

Alles is ijdelheid! WETENSCHAP

En het najagen van... FILOSOFIE

Wacht even! Ik ben geen filosoof! Ik stel alleen maar een vraag. GODSDIENST

Volgens jou ben jij de enige in het hele universum, en zijn alle anderen slechts personages in jouw droom! FILOSOFIE

Maar dat heb ik helemaal niet gezegd! Alleen omdat ik weet wat

niet waar is, wil nog niet zeggend dat ik weet wat is, en niet wetende wat wél waar is, betekent niet dat ik niet weet wat het

niet is.

GODSDIENST

Ah, en dat uit de mond van een kind.

SPEL ZONDER EINDE

FILOSOFIE

Oh, nou, bedankt zeg. GESPREKSLEIDSTER

Filosofie, wat zei u ook alweer? FILOSOFIE

Nou, ik zeg niet dat jullie allemaal personages zijn in mijn droom, ik vraag alleen hoe ik dat zeker zou kunnen weten. Ik bedoel, dat is toch duidelijk? Ik weet dat iedereen gelooft dat alles precies zo is als het

lijkt,

maar bij waarheid gaat het er niet om welke het beste bij iedereen past. En in antwoord op de opmerking van Wetenschap: ik geloof dat ik het daar wel mee eens kan zijn. WETENSCHAP

Wat? Nee, wacht eens... wat? Ik protesteer! Ik wil helemaal niet dat men het met mij eens is. Dit is een debat zeg, is het toege­ staan dat ze het met me eens is? GESPREKSLEIDSTER

Ik sta het toe. Filosofie, waar bent u het precies mee eens? FILOSOFIE

Dat de filosofie dood is.

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

GODSDIENST

Goed, dan is dan geregeld. Dit debat zou beperkt moeten worden tussen wetenschap en godsdienst. Ze geeft toe dat fllosofie dood is, wat doet ze hier dan nog?

GESPREKSLEIDSTER

Filosofie was uitgenodigd, net als u. GODSDIENST

Maar ze zei daarnet dat filosofie dood is!

FILOSOFIE

Mag ik iets zeggen? GESPREKSLEIDSTER

Ga je gang, lie�e. FILOSOFIE

De reden waarom ik het ermee eens ben dat de filosofie dood is, is omdat ze geen solide basis heeft, en aangezien godsdienst en wetenschap allebei steunen op dezelfde onware basis als filosofie...

WETENSCHAP

Ik protesteer! GODSDIENST

Aanvaard!

SPEL ZONDER EINDE

GESPREKSLEIDSTER

Het is geen proces. FILOSOFIE

Nou, misschien zou het wel een proces moeten zijn! Laten we de werkelijkheid een proces aanspannen. Godsdienst heeft haar versie, wetenschap de hare, en mijn eigen versie is: hoe weet ik dat ik niet droom? Of in een computer geplugd ben? Of iets anders? Hoe weet ik dat dit alles echt is? Hoe weet ik zelfs dat er een universum is? Hoe weet ik wat dan ook? GODSDIENST

Ik protesteer! WETENSCHAP

Aanvaard! GESPREKSLEIDSTER

Geen proces. GODSDIENST

Waarom is ze eigenlijk hier? Ze is nog een kind! WETENSCHAP

Geen wonder dat Paradovsky haar de bons gaf

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

153

GESPREKSLEIDSTER

Orde, alstublieft! Filosofie, zou u nog verder in willen gaan op de punten die Wetenschap naar voren heeft gebracht? FILOSOFIE

Wetenschap en godsdienst zijn gebaseerd op de theorie dat alles is zoals het lijkt, maar is dat ook zo? Dat is toch een redelijke vraag? Wij zeggen nu wel "het is wat het is," maar is dat ook zo? GODSDIENST

Is wat zoals het is? WETENSCHAP

Is wat wat? FILOSOFIE

Is het wat het is? Is het zoals het lijkt? WETENSCHAP

Dat is boven elke discussie verheven. FILOSOFIE

Maar we discussiëren er nu net over. GODSDIENST

Het is toch vanzelfsprekend!

154

SPEL ZONDER EINDE

FILOSOFIE

Alleen het zelf is vanzelfsprekend. WETENSCHAP

Ik protesteer] GESPREKSLEIDSTER

Dit is geen... nou ja, oké dan. Op welke gronden? WETENSCHAP

Respectabele mensen intimideren] GODSDIENST

De geestelijkheid intimideren] GESPRIKSLEIDSTER

Afgewezen. WETENSCHAP

Ik verklaar dit proces nietig! GESPREKSLEIDSTER

Droomt u rustig verder. FILOSFIE

Jullie tweeën zijn niet hier om te debatteren, jullie zijn alleen maar hier om te kibbelen. Jullie zijn net een oud, getrouwd stel, de man gericht op zijn rechter hersenhelft en zijn vrouw op haar linker. Daarom hebben

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

155

jullie liever niet dat Filosofie deelneemt aan jullie debatten. Filosofie steunt op logica en op de rede, en dat is levensgevaarlijk voor jullie soort. WETENSCHAP

Jij probeert de consensus-realiteit te verdedigen alsof ze echt is. GODSDIENST

Doodvermoeiend. FILOSOFIE

Wat is consensus-realiteit? GESPREKSLEIDSTER

Dat betekent dat de werkelijkheid is zoals we allemaal zijn overeengekomen dat ze is, in plaats van dat we weten wat ze is. FILOSOFIE

Dan is wetenschap dus consensus-wetenschap? WETENSCHAP

Nee! GODSDIENST

Wel degelijk.

SPEL ZONDER EINDE

FILOSOFIE

En is godsdienst consensus-godsdienst? GODSDIENST

Nee! WETENSCHAP

Wel degelijk. GODSDIENST

De consensus-realiteit is als papieren geld. Ze heeft geen waarde, behalve dat iedereen erin gelooft. Ze heeft geen echte waarde, behalve de waarde die is afgesproken, en dat is prima, zolang iedereen maar blijft doen alsof. WETENSCHAP

En nu worden we geconfronteerd met een jong meisje dat niet wil doen alsof, dat naar de keizer in zijn nieuwe kleren heeft gewezen en heeft verklaard dat hij naakt is. GODSDIENST

Als de wereld een leugen is, dan is twijfel ketterij. WETENSCHAP

En degene die twijfel zaait, een ketter.

VIERDE BEDRifF: DEBAT

157

FILOSOFIE

Wat is een ketter? WETENSCHAP

Een olifant in een porseleinkast. FILOSOFIE

Maar ik stel alleen maar vragen. GODSDIENST

Dat is alles wat ervoor nodig is. FILOSOFIE

Ik kwam hier vanavond helemaal opgewonden naartoe en dacht: "Tjonge! Nu gaan de échte deskundigen mijn vragen beantwoorden!" Maar er bestaan geen echte deskundigen, is het niet? WETENSCHAP

Ik protesteer! Daar is geen uitsluitsel over. FILOSOFIE

Het is een debat! GODSDIENST

Niet duidelijk! FILOSOFIE

Het is zwart-wit.

SPEL ZONDER EINDE

WETENSCHAP

Dit nodigt uit tot speculatie! FILOSOFIE

Dit nodigt uit tot een antwoord. GODSDIENST

Dit nodigt uit tot een conclusie! FILOSOFIE

Ja! Precies! En wat is daar verkeerd aan? WETENSCHAP

Ik protesteer! GESPREKSLEIDSTER

Op wat voor gronden? WETENSCHAP

Niet de juiste kwalificaties! GODSDIENST

Gebrek aan decorum! WETENSCHAP

Ontwrichtende invloed! GODSDIENST

Schending van het protocol!

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

159

WETENSCHAP

Buitengewoon vervelend! FILOSOFIE

Ik teken bezwaar aan tegen jullie, wat vinden jullie daarvan? Tegen jullie allebei! Gebrek aan een deugdelijke basis, dat is een goeie, hè? Gaat het gezichtsveld van de getuige te boven, hoe klinkt die? Gaat uit van niet bewezen feiten, wat zeggen jullie daarvan? (Wetenschap en Godsdienst houden hun ogen dicht, hebben hun vingers in hun oren gestopt en maken brabbelende geluiden zodat ze niets kunnen horen) En Filosofie is geen haar beter, in mijn ervanng. (Wetenschap en Godsdienst stoppen met lawaai maken en luisteren weer.) Filosofie is dood, en ik denk dat dit, bij nader inzien, komt omdat er in feite niets is om over na te denken. Ik denk dat ik ben, dus weet ik dat ik ben, en de rest is een slag in de ruimte. Objectieve kennis is onmoge· lijk. Hè! Het is er eindelijk uit. Wat is daar zo moeilijk aan? Waar is iedereen toch zo bang voor?

I6o

SPEL ZONDER EINDE

WETENSCHAP

En jij matigt je aan ons te vertellen wat waar is? FILOSOFIE

Ik matig mij aan vragen te stellen. GODSDIENST

Wel, we zijn niet hier naartoe gekomen om antwoorden te geven. WETENSCHAP

We zijn hier naartoe gekomen om in debat te gaan! GODSDIENST

Ik geef het op. WETENSCHAP

Zaak gesloten. GESPREKSLEIDSTER

(staat op en leunt tegen de voorkant van het bureau) Wel, Penny DeWitt, het ziet ernaar uit dat uw antwoord geen antwoord is. Er is niet zoiets als objectieve kennis. Waarheid en kennis kunnen we wel verkondigen, maar nooit bezitten, dus leven we in een wereld

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

van doen alsof, en doen dan net alsof dat niet zo is. Bent u hier tevreden mee? FILOSOFIE

Ja, want het is waar. GESPREKSLEIDSTER

Nog een woord ter afsluiting, Wetenschap? WETENSCHAP

Het is waar dat waarheid niet de standaard is waar wetenschap aan gehouden kan worden. Ja, ik geef het toe: ook al sta ik hier in het licht, ik kan niet bewijzen dat licht bestaat, of tijd of ruimte, of zelfs maar materie. Maar waarheid is niet het werk­ terrein van wetenschap. De taak van de wetenschap is aanpakken wat we maar kunnen aanpakken en dat zo goed mogelijk, en ons allemaal op basis daarvan naar de toekomst leiden. (verlaat het toneel) GESPREKSLEIDSTER

Nog iets ter afsluiting, Godsdienst? GODSDIENST

Niets van wat hier vandaag is gezegd, verandert ook maar in het minst mijn zienswijzen. Integendeel, ik ben nog

SPEL ZONDER EINDE

vaster overtuigd geraakt van Gods liefde en goedheid. Religie is de diepgevoelde, innerlijke gave van het geloof, en geen wetenschappelijke uitspraak of filosofische scherpzinnigheid kan ooit dat wat mijn innerlijke wezen verlicht, uitdoven. Godsdienst is het licht dat leiding geeft aan miljoenen levens, en hoe donkerder het leven wordt, hoe feller het geloof gaat branden. Dank u voor uw aanwezigheid hier, mevrouw DeWitt. Ik hoop dat u, mocht u geen antwoorden vinden, in elk geval vrede zult vinden.

(verlaat het toneel) GESPREKSLEIDSTER

Nog een woord ter afsluiting, Filosofie? FILOSOFIE

Het is wat het is, zeggen ze, maar is dat ook zo? Bestaan de dingen wel echt? Is er überhaupt iets? Bestaat er niets? Is nul een getal? Ben ik een vlinder die droomt dat ik een meisje ben dat in een konijnenhol valt? Dat zal ik nooit weten, maar nu weet ik dát ik het nooit zal weten. En misschien is dat toch al iets, dat ik weet dat ik niets weet.

(verlaat het toneel)

VIERDE BEDRIJF: DEBAT

GESPREKSLEIDSTER

(slaat met haar hand op het bureau) Debat gesloten.

Lichten doven

INTERMEZZO

IV

MEISJE

Ik kan niet lang praten, ik moet naar de plee... is oké, de regering zal heus wel weten dat mensen naar de plee moeten... nee, nee, tja, het was iets met een debat, ik vraag me af of er nog meer komen... Die ouwe kerels zaten dat meisje af te kammen, en zij schopte ze om zo te zeggen onder hun kont, maar het eindigt wel mooi... het was wel leuk, een heleboel heen en weer geklets. Weet ik niet, ze stelden van die grote levensvragen... zeg dat wel, wie heeft daar nou tijd voor, hè?

JONGEN

Man, dat was wel bizar hoor... er was een meisje dat per ongeluk in een debat terecht was gekomen. En ze had allemaal van die doodsimpele vragen, ik bedoel, van die voor de hand liggende dingen weet je wel, en die ouwe geleerde kerels, een priester of zo en eentje van de wetenschap, die wisten daar

166

SPEL ZONDER EINDE

geen raad mee, snap je? En dat kind, dat meisje, dat was helemaal niet zo bijzonder slim of zo, maar ... je kent de nieuwe kleren van de keizer? .... Ja, zoiets was het, dat kind doorzag gewoon al hun opgeklopte bullsh ... wat? Ja, ik weet er ook niets van, misschien dat ik later nog eens het een en ander na ga googelen, of een boek lezen ... MEISJE

Ja, wie weet? Hij heeft de kaartjes waar­ schijnlijk voor niks gekregen of zo .. weet je dat je hier zelfs geen hapjes kunt krijgen? Wat een oplichterstent hè? Alleen maar zitten en kijken ... Ik zat te knikkebollen, maar ze sloegen steeds met hun hand op hun bureau, dus ik schrok keer op keer wakker. Zeg, de wetenschap doet een heleboel toffe dingen, dat is toch zo? Ik bedoel, je kunt toch niet zomaar de draak steken met wetenschap? Ze weten wat ze doen, toch? ... Ja, toch. Maar heb jij je ooit afgevraagd ... nee, stom van me ... nee, laat maar ...

(muziek begint) Ik moet er vandoor. Ja, nee, nee, weet ik nog niet... weet ik niet, zeg ik toch ... ik hang wel een sok aan de deur ... ja, oké... tot straks...

VIJFDE BEDRIJF:

Anatta

Overgangsmuziek, gezongen door kinderen

Terwijl de maan aan de hemel staat, de hele nacht door, en over de vermoeide wereld waakt, trekt ze zachljes een glinsterend spoor, de hele nacht door. Ze openbaart ons allen een verrukkelijk visioen, verspreidt een puur en heilig gevoel, de hele nacht door.

168

SPEL ZONDER EINDE

ENSCENERING Semi-rustiek interieur in een blokhut, rommelig, bewoond. De ruimte wordt zacht verlicht door kaarsen en lampen. Links van het publiek is een toegangsdeur en een gemetselde open haard waarin een vuurtje brandt. Naast de open haard staat een schommelstoel, ertegenover een bank. Rechts onzichtbaar voor het publiek zijn een keukentje, hal en badkamer. Vlakbij een telefoontafeltje met daarop een oud zwart draai­ toestel en een spiegel aan de muur. Vóór op het toneel, rechts van het publiek, staat een kleine eettafel die dienst doet als rommelig bureau, bezaaid met vellen en proppen papier, flesjes water, koffiekopjes enzo­ voorts, met aan het uiteinde een laptop en een printer op een stoel. Een bureaulamp verlicht de laptop en nog meer rommel. Daarnaast een prullenbak boordevol proppen papier die er ook omheen slingeren.

PERSONAGE JULIE: jonge vrouw van in de dertig. Uitgeput, gekweld, mogelijk geestelijk gestoord. Mager. Draagt een ruime spijkerbroek en een slobbertrui; onverzorgd, geen make-up, blote voeten. Lange slonzige haren.

VIJFDE BEDRIJF: ANATIA

Terwijl het licht aangaat horen we gekreun en gekokhals. julie komt op uit de badkamer, draait het licht en een ventilator uit. Veegt haar mond af met een handdoek. Ze ziet er gekweld uit, gooit de handdoek op de vloer en verdwijnt in het keukentje. We horen de koelkast open en dicht gaan, het openen van een fles, gorgelen en spuwen. Ze komt weer op met een plastic waterfles. Ze neemt een paar slokken en zet hem dan ergens tussen de andere rondslingerende flessen. Ze pakt een schrijfblok en een pen van de tafel, ijsbeert op het voortoneel en begint heftig te krabbelen alvorens ze de pagina afscheurt en terzijde gooit.

JULIE

Nee, nee, nee! Kom op, verdomme! Hou op, hou op! Hou op met die onzin uit te kramen. Draai er niet meer omheen! Zég het nou gewoon! Hou op met proberen eronderuit te komen alsof je...

(ze stopt met ijsberen, schrijft als een waan­ zinnige, scheurt het blaadje los en gooit het op de grond. Begint opnieuw) Nee, nee, wat heb je toch? Jézus! Idioot! Lafaard! Leugenaar!

(schrijft, stopt, gaat zitten aan het uiteinde van de eettafel en schrijft verder)

!70

SPEL ZONDER EINDE

Toe nou, verdomme, kijk dan! Je moet gewoon kijken! Je zit er middenin. Je hebt dit gekozen. Dit is precies wat je wilde. Je hebt erom gevraagd. Ervoor gekozen... Ik, ja.

(denkt even na, gaat dan wat rustiger verder) Nee, toch niet. Hier heb ik nooit voor gekozen, niet dit. Er was nooit een keuze. Het kwam gewoon uit de lucht vallen, het verpletterde me als een ...

(slaat op de tafel) BAM!

(veegt met een heftig gebaar papier en rommel van de tafel en bergt haar hoofd in haar armen. Even later heft ze haar hoofd op, gaat staan, haalt kalm adem, glimlacht, fatsoeneert haar haar en gaat weer ijsberen in kleine rondjes) Oké Julie, kalm aan, denk even na. Hier heb je het, dit is precies waar je wilt zijn. Dit is waar het uiteindelijk allemaal op neerkomt. Hoe dan ook, daar zit je dan, je ben nu hier. Hier. Nu. Dit gebeurt nu en je hebt niets te kiezen. Je zit in een vrije val, onontkoom­ baar. Je kunt niet stoppen, niet teruggaan,

VIJFDE BEDRIJF: ANATIA

I7I

je zelfs niet omdraaien... als een kogel, een trein... op ijzeren rails...

(gaat weer zitten) Maar het is niet te doen. Dat kan niemand, en zeker ik niet. Nee, niemand. Ja, ja, hij wel, maar wat weet ik nou van hem af? Hij lijkt soms zelfs niet echt... alleen maar iemand die ik heb gedroomd...

(schreeuwt naar boven) Of niet soms?

(gaat weer staan, spreekt zichzelfkrachtig toe) Het is wél te doen. Het is anderen wél gelukt. Jij kunt het ook. Je

moet wel!

Je kunt

onmogelijk... het is net zo gemakkelijk als naar beneden vallen... net zo gemakkelijk als sterven...

(ijsberend) Nee, nee, nee... hou op met liegen tegen jezelf... het was idioot van me om te denken dat het te doen was... dat ik het kon... Het is onmogelijk gewoon... ik kan het niet, ik kan geen stap meer zetten. Ik hak nog liever mijn kop eraf dan dat ik verder ga met deze

172

SPEL ZONDER EINDE

barbaarse... emotionele... slachtpartij... Nee! Hou op! Ga zitten. Schrijf op! Denk na!

(gaat zitten, frunnikt aan haar haar) Kleine stapjes, heeft hij gezegd. Een stap tegelijk, zei hij. Ja, dat is de enige manier... Zo heb ik het tot hier gebracht en zo ga ik verder. Verder, ja, verder is het allerbelang­ rijkst, het enige wat telt. Eén stap, een klein stapje, nooit verder kijken dan dat, je alleen druk maken om dat ene stapje... Hou op met je geklaag en focussen, goddomme!

(pakt haar schrijfblok en pen, gaat zitten en schrijft, in gedachten verzonken, rustiger nu) Ja, ja, dat is het, zo zit het, dit klopt, ga door, je kunt het... Is het dat? Klopt dit?

(staat op, ijsbeert met haar schrijfblok en leest wat ze net heift geschreven, schrijfblok in de ene hand en haar gedachten leidend met de pen in haar andere hand, rustig uitsprekend wat ze leest, totaal geabsorbeerd... ) Nee, nee, nee, dat is fout, dat is gewoon, ik ben gewoon ... is dat zo? Moet haast wel, maar dat kan toch niet? Jawel... maar hoe dan? Als dit juist is, en dat is het, dan, oh, alsjeblieft zeg, nee, nee! Hou op. Hou op.

VIJFDE BEDRIJF: ANATIA

1 73

Het enige wat je moet doen is kijken, alleen maar kijken!

(stopt, buigt voorover, haalt diep adem) Haal adem, zegt hij steeds... alsof ik zou vergeten te ademen... Hij zei dat ik zelfs niet wist hoe ik moet ademen...

(strekt haar rug, let op haar ademhaling, kalmeert) Ha! Laat me niet lachen! Hoe kan iemand nou niet weten hoe je moet ademen? Jezus, geen schijn van kans. Er is één persoon die me kan helpen, en wat zegt-ie? Haal adem, doe dutjes, drink veel water, verzet je niet...

(schreeuwt naar boven) Hartstikke bedankt hoor!

(een aha-moment) Dat is waar... verzet je niet... zei hij... verzet je niet. Verzet ik me? Ik denk van niet, althans dat probeer ik... Ja, ik verzet me.

Natuurlijk verzet ik me. Ik ben stukje voor stukje mijn eigen huid aan het afstropen, en dat is ondraaglijk, hoe zou ik me dan niet kunnen verzetten? Kleine stapjes, zo

174

SPEL ZONDER EINDE

kom ik er. Eén stap tegelijk... niet verder kijken, geen zorgen maken of het wel gaat lukken, je alleen druk maken om het volgende kleine stapje... dat alleen al vergt het uiterste van je.

(loopt naar de tafel, zoekt in papieren naast de laptop) Waar is het, waar heb ik het ook al weer gelaten... ? Hier, hebbes.

(leest) "De pijn komt omdat je je verzet. Je kunt je niet

niet verzetten, je kunt je wel minder

verzetten, maar verzet je niet tegen de drang om je te verzetten."

(ze stopt even om daar over na te denken, gaat dan verder met lezen) "Geef je over en sta het toe, dat is de sleutel. Geef je over, en sta het proc�s toe zich te ontvouwen. Als het erg is, dan ben je aan het vechten. Stop met vechten en laat het gebeuren. Het is geen kwestie van iets doen, maar van toestaan." Oké, ja, dat zie ik, maar dat wil nog niet zeggen dat ik het ook kan.

VIJFDE BEDRIJF: ANATIA

175

(kijkt weer naar de pagina's, leest verder) "Ja, jij kunt het ook... het is voor iedereen hetzelfde... kleine stapjes, stapje voor stapje... " ja, ja, "soms, als het loslaat, laat het los in lagen."

(gooit pagina's opzij, blijer nu) 0 mijn god, dat klopt, het laat los in lagen. Dat betekent dit dus. Pak gewoon een stukje beet, trek eraan en dan gaat van alles... woesj! Gewoon weg!

(verrukt) Haha! Lachen! Dingen waarvan ik dacht dat ze nooit zouden weggaan... gewoon weg. En het valt je nog geeneens op. totdat je er opeens naar kijkt. Je kijkt ernaar en dan zeg je o mijn hemel, ik was altijd zo godvergeten hard bezig met mijn... wat dan ook. .. mijn carrière, mijn uiterlijk, mijn vriend, geld, de toekomst, en nu weet ik zelfs niet meer waarom. Heb ik daar werkelijk ook maar ene mallemoer om gegeven?

SPEL ZONDER EINDE

(gaat verbaasd verder) En het is niet pijnlijk of hartverscheurend, je kijkt gewoon terug en ziet dat al die shit gewoon weg is. Al die dingen die als loden gewichten aan me hingen, al die bagage, al dat afval. Waar is het allemaal gebleven? Wat maakt het uit? Weg is weg! Wat vreemd. Ik dacht dat ik me door ieder stukje troep heen moest bijten en krabben, maar soms... spoelt het gewoon weg... Voorbij, gewoon voorbij.

(grijpt naar haar hoofd) Jezus nog aan toe, mijn hoofd gaat maar tekeer. Ik moet me ontspannen...

(pakt een sprei van de grond en kijkt om zich heen. Ze laat de sprei weer vallen en duwt de bank weg van de open haard zodat de ruimte daar vrij komt. Legt de sprei op de grond voor de open haard. Ze probeert zich te concentreren, haalt een paar keer diep adem, neemt een yogahouding aan in een poging haar evenwicht terug te vinden en haar adem onder controle te houden. Valt dan op de vloer, kokhalzend en smekend) 0 God nog aan toe! 0 God nog aan toe!

Wat heb ik gedaan? Mamma! Mammie!

177

VIJFDE BEDRIJF: ANATIA

Mammie! Oh nee nee nee... Mammie alsjeblie-ief-ieft... ik wil naar huis..

(rolt zich op in een foetushouding op de vloer, schommelt snikkend heen en weer, keelklanken uitstotend en de sprei wiegend alsof het een pop is. Komt dan omhoog, zit voorovergebogen, doodmoe, aan het eind van haar latijn) En dat duurt nu al maanden, maanden... en waarvoor? Nog zó ver te gaan, geen uitweg meer, alleen maar vallen, eindeloos vallen... Hoe ver nog? Dit kan zo niet doorgaan. Ik kan niet meer.

(snuift, lacht spottend) Stomkop! Niet vooruitkijken... Ha!

(gaat op haar knieën zitten, krijgt weer wat kracht) Hem is het gelukt.

Hij weL

Maar hij is een

zonderling... een abnormaal mens... Hij had een of ander pluspunt, iets wat anderen niet hebben, maar dat had hij, niet ik... Wat is mijn pluspunt? Dat heb ik niet, ik ga dood, dat kan niet anders. Misschien is

dat mijn

pluspunt, de zekerheid dat het mij niet gaat lukken, dat dit onvermijdelijk is. Ja, dat geeft een zekere vrijheid... die zekerheid.

SPEL ZONDER EINDE

Dat is prima. Ook goed. Ik kan niet terug naar huis rennen, naar mammie... er is geen weg terug ... Verbrand alle bruggen achter je, zei hij; doe dat bewust, met opzet, met voorbedachten rade. Ja, dat zei hij. Verbrand alles.

(gaat staan, houdt de sprei vast, hoofd naar beneden, denkt na, is van alles aan het verwerken) Teruggaan? Ha! Van z'n leven niet. Terug? Terug naar wat? Terug naar die primitieve toestand die ik leven noemde? Dat zal niet gebeuren, geen sprake van. Mensen kunnen niet terug naar het apenstadium en ik kan niet terug naar menszijn.

(gooit de sprei op de bank, ijsbeert, spreekt nadenkend, verstandig) Ik ga nog liever dood dan dat ik terugga. Ja, dat klinkt gemakkelijk, maar het is nog waar ook, en daar gaat het om. Dat is de waarheid. Ik ga liever dood aan waar ik hier mee bezig ben dan verder leven zoals ik vroeger was. Ik heb liever dat dit hier mislukt dan dat ik ergens anders in slaag. Dat is de waarheid, dat is mijn kracht, mijn pluspunt. Dat moet bij hem ook zo zijn geweest. Wat voor pluspunt zou je anders

VIJFDE BEDRIJF: ANATIA

179

kunnen hebben? Bestemming? Het lot? Karma? Hou toch op! Wat is er nog meer? Mislukken is mijn pluspunt. De dood is mijn pluspunt.

(beseft iets) Oh shit! Dit is overgave! Dat is wat hij heeft gezegd. Overgave. Vrij zijn van hoop, vrij zijn van verlangen, van verwachtingen. Ik kan niet sterven als ik al dood ben.

(ze wikkelt de sprei om zich heen en nestelt zich op de bank) Rust, ik moet rust nemen. Wanneer heb ik geslapen? Weet ik veel. Dag, nacht, dag, nacht... is er nog een wereld daarbuiten? Is die er trouwens ooit geweest? Hoe kon ik me zo vergissen? Wat een idioot was ik, maar nu niet meer. Ik ga hiermee verder, of sterf terwijl ik het probeer. Simpel en duidelijk. Mijn leven ligt volledig in duigen, het is totaal naar de klote, maar het is voor het eerst dat het allemaal klopt.

(zakt weg) De dood of de gladiolen. Het kan me niet schelen welk van de twee, maar niet meer wat het geweest is. Dat is voor altijd voorbij.

r8o

SPEL ZONDER EINDE

(bijna in slaap) Het enige wat ik wil is mezelf losscheuren uit dat ingewikkelde netwerk vol...

(gaat plotseling rechtop zitten, alert) Eten! Ik moet eten! Daar moet ik aan denken. Powerrepen en fatsoenlijk water, heeft hij gezegd ...

(ze pakt een aangebroken powerreep van de vloer, scheurt hem verder open, neemt een stukje, vouwt hem weer dicht en gooit hem terug) Kijk maar, ik heb gegeten. Tevreden? 0 ja, dat is waar ook, een paar dagen geleden ben ik een paar uur helemaal plat gegaan. Dat was lekker. Ik heb een douche genomen, wat soep gegeten, ik voelde me bijna weer normaal... en toen begon het weer. Was dat maar een paar dagen geleden? Een week misschien. Het lijkt wel eeuwen geleden ... alsof ik een ander mens was... Niet achter­ om kijken. Waarom zou ik ook? "Vertrouw het proces," zegt hij, "er zijn hogere machten aan het werk. Observeer het patroon." Ja, dat begrijp ik, maar daar heb ik niets aan als ik me zo ziek voel, wanneer mijn darmen beginnen op te spelen, mijn

VIJFDE BEDRIJF: ANATIA

r8r

hoofd begint te bonken en mijn lichaam veel te veel energie krijgt...

(staat op, loopt naar de laptop en spreekt terwijl ze typt) E-mail eenennegentig of is het tweeën­ negentig? Hee, ben je daar? Ik weet dat dat niet zo is, maar doe net alsof. Ik heb giste­ ren met Cathy gesproken, ze belde me om te horen of haar kleine zusje nog wel oké is. Ze vroeg me of ik dacht dat ik aan het instorten was en ik was zo moe dat ik per ongeluk de waarheid zei. Ik zei: "Wat kan het mij ook verdommen?" Ik vermoed dat ik dit de laatste tijd veel vaker heb gezegd, want ze werd enorm pissig en vroeg of dit mijn antwoord was op alles. Het was retorisch bedoeld, maar toch dacht ik er even over na en besefte toen dat het, inder­ daad, mijn antwoord op alles is. Het was een van die geweldige, glasheldere momen­ ten waarin het licht valt in een donker hoekje waarvan je dacht dat het nooit schoon te krijgen was. Wat kan mij het ook verdommen?

Ahhh! Alsof je een hoognodig

bad neemt waarin je lagen en lagen rotzooi, samengeklonterd tot één dikke korst, van je afspoelt en je er weer helemaal roze en fris en tien pond lichter uit stapt. maar niet

In de wereld van de wereld, zoals je zei. Dat is

SPEL ZONDER EINDE

wat ik nu ben. Ik ben niet gemeen of boosaardig of slecht, ik ben gewoon niet meer van deze wereld, ik sta er los van. Wat een bevrijdend inzicht! Wat heerlijk om al die gore troep van je af te laten glijden en zo schoon te worden. Dank je wel, zusje. Je weet maar nooit waar het vandaan komt. Verzenden!

(begint vellen papier van de tafel en de vloer op te rapen, bekijkt sommige vluchtig, houdt er een paar apart, slentert naar de open haard en leest langzaam en aandachtig van een bladzijde) "Als uw rechteroog u hindert, ruk het uit, als uw rechterhand u hindert, hak hem af en werp hem van u weg, want het is beter één oog te bezitten..." ja, ja... "want het is beter dat lichaamsdelen verdwijnen dan dat het hele lichaam in het hellevuur wordt geworpen...

"

(propt de bladzijde in elkaar en gooit hem in de haard) Zo kan ie wel weer. Hak het lichaamsdeel weg dat je hindert, om je... ja wat te redden? Wat valt er te redden als alle lichaamsdelen je hinderen? Niets. Niets wordt gered, niets wordt gerepareerd, niets beter gemaakt.

VIJFDE BEDRIJF: ANA'ITA

Maar wat is dan het punt? Er is geen punt, dat wist ik al zodra dit hele gedoe begon.... Ik ben al gestorven. Ik blijf maar denken dat ik iets moet worden, maar ik word helemaal niets... het lijkt me wel érg veel waar je doorheen moet alleen maar om niets te worden.

(loopt terug naar de laptop, gaat zitten en begint te schrijven terwijl ze doorpraat) E-mail drie..uh.. ennegentig. Ben ik gek aan het worden, vraag ik me af. Ik weet dat ik niet gek ben, maar dat betekent nog niet dat ik het niet ben. Het is oké als ik gek ben, het kan me niet schelen... het is eigenlijk best wel een troostend idee. Me lekker in de waanzin wikkelen alsof het een warme deken is. In elk geval praat ik heel veel tegen mezelf, maar dat lijkt mij helemaal niet gek. Het lijkt mij juist heel natuurlijk en noodzakelijk, alsof ik uit elkaar zou ploffen als ik

niet zou praten...

Misschien is

dat hoe krankzinnigen het zien... misschien zien zij dingen op een manier die niemand anders zo ziet, dus willen ze er met iemand over praten, maar ze hebben alleen zichzelf om mee te praten. Alleen zij kunnen zichzelf begrijpen... Slaat dat ook op mij? Ik zie wel degelijk dingen...

totaal anders

dan iedereen, behalve jij dan, en jou heb

SPEL ZONDER EINDE

ik me misschien alleen maar verbeeld... dus ja, dat klinkt inderdaad behoorlijk idioot. Als iemand me nu zou kunnen zien, dan zouden ze zeker denken dat ik dat was - en wat zou ik dan zijn? Schizofreen? Manisch depressief? Een bipolaire stoornis? Zeg nou zelf, het ene moment ben ik aan het schreeuwen en aan het huilen, het volgende zit ik rustig te schrijven, dan weer moet ik kotsen, vervolgens ben ik weer kalm en normaal, en dan begint het weer, en weer, en weer, dag in dag uit, en dat al maandenlang! En het einde is nog niet in zicht. Als dát niet krankzinnig is... en dan komt hier het absolute toppunt, de klap op de vuurpijl, de ultieme kers op de taart: ik geloof absoluut, voor de volle honderd procent, dat ik normaal ben en de rest abnormaal. Dat is iets waar ik niet omheen kan. Het valt gewoon niet te ontkennen. Het zou best wel leuk zijn als het niet zo godvergeten onleuk was. Verzenden!

(ze staat even naar haar laptop te staren, pakt dan een slordige stapel papieren op en loopt langzaam naar de open haard) Wat als ik

inderdaad gek ben?

(spreekt in korte, heftige zinnen, terwijl ze haar ogen over de bladzijden laat glijden)

VIJFDE BEDRIJF: ANATIA

Gek zijn is oké. Helemaal niet zo erg. Goeie kanten, slechte kanten. Krankzinnig leven. Ikzelf krankzinnig. En dan? Op straat leven. Dat doen mensen. Met mijn eigen bood­ schappenkarretje. Lukt best hoor. Verslaafd raken, de hoer uithangen, of allebei, wat dan ook. Wat maakt het uit. Alleen

dit

maakt iets uit. Iets anders is er niet. Er is alleen dit. Hoe dan ook. Ik kan altijd door gaan. Hoe dan ook.

(gooit een paar bladzijden in de haard) Ik zeg nu wel dat ik altijd kan doorgaan, maar dat is gewoon gelul, de peppraat van een cheerleader.

(vol vuur) Hoera, hoera! Rennen meid, rennen!

(weer normaal) Ik probeer een pokergezicht op te zetten, mezelf ervan te overtuigen dat het best zal lukken wanneer ik niet kijk, maar zodra ik

wel kijk weet ik dat het niet gaat lukken. En toch moet ik ermee doorgaan... niet stoppen, niet omkijken, niet hopen er levend uit te komen... helemaal niet meer hopen. Wat een leven... pas geleden was ik

186

SPEL ZONDER EINDE

nog een meisje, een persoon, een dochter, zus, burger. Ik had mijn eigen leven, vrienden, een carrière... allemaal weg... plannen, trouwen, liefde, moeder worden... allemaal weg. Mis ik het?

(pauzeert om erover na te denken) Nee. Er is geen ik meer om wat dan ook te missen. Dat stuk is voorbij.

(ze loopt terug naar het bureau; bovenop de printer ligt een pak papier dat uitziet als een manuscript van ongeveer drie centimeter dik. Ze bladert er doorheen, pauzeert hier en daar, vol afkeer haar hoofd schuddend) Mijn manifest. Je kunt niet gek zijn zonder een klinkend manifest waarin wordt uitge­ legd waarom de hele wereld gek is en jij de enige bent die ze allemaal op een rijtje heeft.

(slentert lezend terug naar de open haard, gooit af en toe een paar bladzijden in het vuur) Was dit de, hoeveelste, de zevende klad­ versie? Of de tiende? Ik weet het niet meer... Wat zou het ook? Voor wie is het bedoeld? Voor mij? Voor hem? Ik ben de

VIJFDE BEDRIJF: ANATIA

enige die nog over is. Ik ben de enige, en ik ben allang vertrokken.

(gooit nog meer bladzijden in de haard) Misschien de volgende versie.

(gooit de rest van het manuscript in het vuur, schreeuwt tegen een onzichtbaar iemand ergens boven haar) Kun je me horen?! Ik heb gisteravond de zelfmoordhulplijn gebeld, alleen maar om even te kunnen praten... Kreeg een antwoordapparaat. Haha! Lachen hoor. Bezuinigingen. Je hebt gezegd dat je me niet zou toestaan om me aan je vast te klampen... dat het niet jouw taak was om mij te redden, maar om me te laten verzmpen.

(rustig) Niemand kan mij redden... er valt niets te redden...

(doet de sprei om haar schouders en begint te ijsberen, nu in een zachtere, bijna romantische stemming)

r88

SPEL ZONDER EINDE

Misschien ga ik vanavond weer buiten zitten, in de schommelstoel op de veranda, met een deken om me heen, naar de sterren kijken terwijl ik aan de dood denk. Niet gewoon de dood...

mijn dood.

Mijn enige

ware vriend. Niets van dit hier zou mogelijk zijn zonder de gedachte aan de dood. Als ik niet zou weten dat de dood altijd dicht in de buurt was, zo nabij ...

(legt haar rechterhand op haar linkerschouder, alsofze hem op de altijd aanwezige hand van de dood legt. Ze zit nu in de schommelstoel voor de haard, en wiegt zachtjes heen en weer) Daar vertellen ze je niet over. Ze vertellen je er niet over omdat ze geen idee hebben. Maar waarom is dat zo? Het is toch over­ duidelijk? Wat kan er nog duidelijker zijn dan dit? Het is letterlijk het meest voor de hand liggende wat er is. Hoe kan uitgere­ kend dit een mysterie zijn? Waarom leren ze je daar niets over op school?

(staat op, nog steeds in de sprei gewikkeld, en begint een woeste tirade af te steken, de zinnen snel achter elkaar uitsprekend, ondertussen in kleine kringetjes rondlopend) Geschiedenis, wiskunde, natuurkunde, waar hebben ze het over? Goeie genade!

VIJFDE BEDRIJF: ANATrA

Wie kan nou ook maar iets geven om dat gezeur? Hoe kunnen ze zo... zo geesteloos zijn? Zo onbewust? Is het misschien een grap? Een complot? Een complot waar­ tegen? Wat bereik je daarmee? Wat is het uiteindelijke resultaat? Wie profiteert ervan? Wie? De hele mensheid zit vast in een... gestolde wanhoop, in een stompzinnige onwetendheid, in een opgeblazen torpiditeit. ..

(stopt opeens) Torpiditeit? Waar komt dat woord nou opeens vandaan? Ik geloof niet dat ik het ooit eerder heb gebruikt...

(pakt het woordenboek van de schoorsteen­ mantel, vindt het woord en leest voor) "Torpiditeit: traag, lethargisch, in slaap, als een dier dat overwintert." Inderdaad, en of dat het goede woord is! Maar waar kwam het nou vandaan? Ik heb het nog nooit eerder gebruikt.

(zet het woordenboek terug, begint weer op en neer te lopen, langzaam, in gepeins verzonken) Er is hier veel meer aan het werk, heeft hij gezegd. Veel meer dan ik alleen, iets wat

190

SPEL ZONDER EINDE

alles overstraalt. Ik zie dat nu ook. Ik heb het vroeger wel vaker gezien, soms hier, dan daar, zo af en toe, maar nu lijkt het wel alsof ik het overal zie, de hele tijd. Het heeft niets te maken met iets doen, maar met toelaten, zegt hij, en dat klopt, want telkens wanneer ik het toelaat, ontvouwt het zich perfect... elke keer weer... beter dan ik het ooit zou kunnen. Ja, er is hier meer aan de hand ... Geklets! Ik hou nu gewoon de boot af, met woorden op te zoeken, met te proberen een stap terug te doen en te observeren ... verstandig te zijn, de storm af te houden ...

(waanzin neemt weer toe) Dit hier, nu, op dit moment,

dit is de stilte.

Haha! Laat me niet lachen. Dit is de stilte, maar de storm raast door. Hij komt eraan, hij komt eraan, ik voel het, mijn maag draait zich nu al om in mijn lijf. Ik weet niet hoe ik het de laatste keer heb overleefd, en nu... nu komt er weer een... Het is echt teveel, veel teveel, ik red het niet..... Waarom kan het niet gewoon voorbij zijn? Het gaat nooit over...

(rent naar de laptop) Ga hem weer schrijven... dat mocht van hem... zoveel als nodig was ... hoort bij het proces...

VIJFDE BEDRIJF: ANATIA

(laat de deken vallen, slaat haar handen af om het teveel aan energie weg te laten stromen, gaat tegenover de laptop zitten en praat terwijl ze typt) Ben je daar? Besta je wel? Dit is mijn, even kijken, vierennegentigste e-mail aan jou. Lees je ze wel? Weet je überhaupt dat ik ze verstuur? Ben je werkelijk ergens? Maak je deel uit van mijn droomwereld waar ik uit wakker ben geworden, of ben jij het enige wat echt is? Ik moet blijven denken dat je echt bent, ook al weten we allebei dat het niet waar is... Misschien word je wel mijn dood. Haha! Dat is een hartverwarmende gedachte. Je bent nu bij me, met je hand op mijn schouder. Dat troost me, maar het is wel gewoon sentimentele flauwekul! Ik kan niet meer zwelgen in wat voor sentimentele flauwekul dan ook. Zodra ik het ook maar éven voel, sla ik al helemaal op tilt. Op dit moment bevind ik me tussen twee stormen. Ik dacht dat ik weer stevige grond onder mijn voeten had gekregen, maar ik voel hem alweer wegglijden. Ik probeer me staande te houden, maar het komt eraan. Ik probeer niet te kijken.

(leest over wat ze net heeft geschreven, de woorden met haar lippen vormend, ze rustig en snel uitsprekend)

SPEL ZONDER EINDE

Braaksel. Emotionele kots. Inslikken en uitspugen. Spirituele boulimie. Weg ermee. Niet lezen, niet verbeteren, gewoon ver­ sturen. Verzenden!

(gaat staan, kijkt vermoeid om zich heen, gaat zitten en weer schrijven, spreekt terwijl ze typt) Shit. Vijfennegentig. Ik slinger langzaam heen en weer tussen dodelijke uitputting en gillende gekte. Die pijnlijke vermoeidheid... mijn lichaam kan het niet meer aan. Ik ben zdn vijftien kilo kwijtgeraakt, drie maten afgevallen, misschien wel vier. Mijn gezicht ziet er uitgemergeld uit, mijn kleren passen me niet meer. Ik weet dat ik moet eten, gaan wandelen, wat rust nemen... maar dat vind ik zo irrelevant. Haha! Belachelijk. Hoezo irrelevant? Er is niets meer over om relevant te zijn. Ik ben verdoemd. Verdoemd omdat ik kijk, omdat ik twijfel, verdoemd omdat ik "waarom" vraag. Verzenden.

(ze staat op en loopt naar de spiegel aan de muur, spreekt tegen haar spiegelbeeld met de stem van een oud dametje, bestraffend met haar vinger zwaaiend) "Je leek me altijd zdn verstandig meisje. En moet je nu zien. Hoe speelt iemand het

VIJFDE BEDRIJF: ANATIA

193

toch klaar om van de aarde af te vallen, lieverd?"

(draait weg van de spiegel) Ik zie er verschrikkelijk uit... maar wat zou het. Het maakt helemaal niet uit hoe ik er uitzie, nu niet en in de toekomst niet. Mijn tijd onder de mensen is voorbij...

(tilt een fles whisky van een plank) Misschien dat dit hier het wat gemakkelijker maakt.

(zet de fles weer terug) Ik wil niet dat het gemakkelijk wordt, ik wil juist dat het moeilijker wordt. Ik wil het niet bij stukjes en beetjes...

(trommelt heroïsch op haar borst) Ik wil alles! En wel nu! Met volle kracht vooruit! Laat het maar mijn dood zijn! Dit is het! Dit is alles, het enige wat er is, hier en nu, het wacht om door mij gevonden te worden... maar ik weet dat ik het niet zal vinden... ik weet dat er niets te vinden valt... ik wist dat al vanaf het allereerste begin toen... toen...

194

SPEL ZONDER EINDE

(kijkt naar boven) toen ik nog bij jou was.

(stopt, denkt na, gaat zitten en spreekt terwijl ze typt) Zesennegentig. Je hebt me gezegd wat ik moest doen. De enige manier om te winnen was om

niet te vechten. De enige kracht die

dit heeft, is de kracht die ik het geef, heb je gezegd... oké dus! Ik leg mijn wapentuig neer. Ik laat mijn zwaard vallen en loop naakt de vlammen in. (teest de

laatste zin met zachte stem over)

Getverdegetver! Sorry voor deze poëtische bullshit, maar ik heb beloofd dat ik mezelf niet zou redigeren, dus ik laat het staan. Identificeer je niet met je personage, zei je, scheidt de acteur van het personage, maar wat is een acteur zonder een rol om te spelen? Niets, nul, zero, de afwezigheid van aanwezigheid.

(stopt even, denkt na, gaat verder met typen) Je had gelijk, het heeft niets te maken met moed, is het niet? Ook niet met lafheid ... Er is alleen angst en een langzame dood.

VIJFDE BEDRIJF: ANATTA

195

Alleen maar een langzaam wegzinken in een warm zuurbad... Dat wat aan het licht komt zal wegbranden, en álles zal aan het licht komen. Niets blijft verborgen, niets wordt achtergehouden... Geen keus ...

(verzinkt in gepeins, typt verder) Was er ooit wel een keus? Ik herinner me niet dat ik op enig moment heb gekozen. Ik heb

dit niet gekozen. Niemand kiest hier­

voor. Maar hier zit ik dan. Wees voorzichtig met wat je wenst. Verzenden.

(staat op, geagiteerd, drinkt uit een fles water, gaat weer zitten en typt verder terwijl ze praat) Negenenzeventig. Jij, vriend, mijn enige vriend, het moment nadert waarop ik ook jou in de vlammen moet gooien. Ik weet het. Ik weet al van begin af aan wat het einde zal zijn. Hier in een wereld waar kindergelach klinkt, ga ik verder met mijn krankzinnige afdaling naar geestelijke gezondheid. Dat is oké. Het is voorbij, precies zoals het moet zijn. Het is het einde der dingen. Deze dagen moesten ooit komen, en dit zijn de dagen. Het moest zo zijn, en nu is het zover. Ik ben degene die eet en degene die gegeten wordt, maar wat

SPEL ZONDER EINDE

zal er overblijven als deze verschrikkelijke maaltijd over is?

(rustig, naar boven kijkend) En wie zullen wij zijn, wij die de oorlog kennen? Wie zullen wij zijn als de oorlog voorbij is?

(stûte) Wat zou het ook? Niets mee te maken. Ik heb een taak te verrichten en de rest zijn allemaal smoesjes. Ik los op in mijn eigen zuren. Ik verteer mezelf. Verzenden.

(staat op, ijsbeert, gaat weer zitten, typt terwijl ze praat) Shit. Achtennegentig. Nog één ding, nu ik toch bezig ben... Mijn vergissing is dat ik denk dat ik het op de een of ander manier wel zal overleven, of dat ik het zelfs maar zou willen. Dit kun je niet overleven. Dit was het dan, dit is het einde. Ik val mijn dood tegemoet en kan niets anders doen dan vallen. De uitkomst lag al vast sinds het vallen begon, sinds ik bij jou was. Verzenden.

(staat op, loopt naar de bank, ploft neer)

VIfFDE BEDRifF: ANATIA

197

Zet je schrap voor de impact, zei hij nog. Betweter! De impact is in een fractie van een seconde voorbij, dat is niets vergeleken bij dit eindeloze vallen. Ik wil niet meer, ik wil niet meer. Ik ben er klaar mee. Dat is wat

dit hier is, het einde ... het einde van iets

wat nooit heeft bestaan. Het is belachelijk maar waar, ik ben een zombie, een levend, maar onbewoond lichaam.

(ogen gesloten, praat als in gebed verzonken) Ook dit gaat voorbij... Ook dit gaat voorbij... Ook dit gaat voorbij...

(raspend geluid van een ouderwetse telefoonbel, ze schiet omhoog) Jezus!

(telefoon rinkelt weer, ze schraapt haar keel en probeert een heldere, opgewekte stem op te zetten) Een, twee, een, twee, drie.

(telefoon rinkelt, ze doet alsof ze de telefoon aan haar oor houdt) Hoi!

SPEL ZONDER EINDE

(schor, hoest even) Hoi mam!

(hoest) Hoi mam, ja, goed hoor! Ja, alles gaat...

(telefoon rinkelt weer) geweldig!

(stopt met proberen) Shit, ik klink zoals ik er uitzie.

(fatsoeneert haar haren, de telefoon rinkelt kort en stopt dan plotseling. Staat op en loopt heen en weer) Ik moet weer eens met haar praten... haar ervan overtuigen dat ik oké ben. Ik kan niet hebben dat iemand langskomt om te kijken hoe het met me gaat... me in een zieken­ huis laat opnemen... met elke dag een psychiatrisch consult... Ha! Dat zou best fijn zijn... een vakantie op medicijnen.

(houdt denkbeeldige telefoon tegen haar oor, probeert haar stem uit)

VIJFDE BEDRIJF: ANATIA

199

Hoi mam[ Ja, het gaat geweldig[

(schraapt keel) Hoi[ Mam! Ja, ja, het gaat echt geweldig!

(schraapt keel, drinkt een slok water) Hoi mam! Ja, alles gaat goed hier, precies wat ik nodig heb!

(masseert haar keel in een poging haar normale, opgewekte stem terug te krijgen) Het boek? 0, hartstikke goed! Het begint lekker op te schieten... ik ben echt goed op dreef. Oh, minstens nog een paar maanden...

(façade begint te scheuren) Geweldig, geweldig, alles gaat geweldig gewoon! Zo verdomd geweldig, mam! Nee mam, er is geen boek, dat heb ik je alleen maar wijsgemaakt om het huisje te krijgen. Nee, mam, mijn carrière is voorbij, mijn droom om schrijfster te worden is ook voorbij... Nee, mam, ik denk niet dat ik binnenkort een man ga vinden en me ga settelen. Nee, mam, ik denk dat baby's krijgen ook van de baan is, het spijt me,

200

SPEL ZONDER EINDE

het spijt me heel erg...dat ik je teleurstel. Ja, mam, er is iets geks gebeurd... ik ga even door een kleinigheidje heen, haha!... nee, nee, gewoon even een kleine ineen­ storting ... nee, sorry, niet het soort dat je wel overleeft....nee, sorry mam, geen terugkeer mogelijk, sorry dat ik je teleur­ stel... je dochter is terecht gekomen in heel bizarre zombieshit, iets met vampiers en nepdooien en nu is ze weg weg weg... Je treft me op een slecht moment... ik was net bezig je te vermoorden, mammie, je uit mijn hart te snijden als een tumor ... Ja, mamma! Ik weet hoe dat klinkt. Ik weet

precies hoe het klinkt. Het klinkt totaal bezopen fokking crazy, want dat is precies wat ik ben!

(zachter) Tot ziens mammie.

(hangt denkbeeldige telefoon op) Ik moet meer oefenen.

(loopt naar de keuken, komt naar buiten met een fles water zoals de andere die in de kamer rondslingeren, opent hem en zet hem gedachte­ loos ergens neer)

VIJFDE BEDRIJF: ANATIA

201

Een douche nemen zou helpen om me wat beter te voelen, een douche, een dutje en een wandeling in het bos. Dat is wat hij zou zeggen; ga wandelen, haal goed adem, zorg dat je rust krijgt. Ja, daarna zal ik me zeker beter voelen, helemaal schoon en fris, maar ik wil niet schoon en fris zijn. Ik wil onder de modder en het bloed zitten, me kwets­ baar voelen. Ik wil steeds eraan herinnerd worden waar ik ben. Ik wil mij niet ergens gezellig laten oplappen. Dit kan niet wachten. Ik wil niet ergens een latte gaan drinken of naar de film, ik wil niet weten wat er in de wereld gebeurt, ik wil niet weten hoe iedereen het maakt... Ha! Hoe kun je nou naar een film kijken of naar een toneelstuk of lachen of naar het werk gaan of wat dan ook ondernemen met zo'n enorme, zwarte bal vol kankerachtige shit die je ziel besmeurt? Ik wil aan niemand denken, noch dat iemand anders aan mij denkt, ik wil nog geen minuut iets anders doen dat dit.

(stopt, kijkt achterdochtig om zich heen) Het is nu rustig, maar dat is gewoon een truc. De stilte voor de storm. Er is altijd een patroon, een patroon dat stroomt en zich plooit, zich ontvouwt en weer verandert. Zodra je denkt dat je oké bent en je probeert

202

SPEL ZONDER EINDE

te ontspannen, komt die eerste tinteling, dat eerste waarschuwinkje dat het weer gaat beginnen, dat eerste steekje ...

(de telefoon gaat over, ze veert op, stomverbaasd) Ja, dit dus.

(telefoon rinkelt) Jezus, wat willen ze van me? Weten ze het dan niet, die mensen? Voelen ze het niet aan?

(telefoon rinkelt) Hebben ze niet door dat ik weg ben? Kunnen ze niet aanvoelen dat de ruimte waarin ik vroeger was, nu leeg is?

(telefoon rinkelt) Dat zijn nou demonen, kleine zuigende kwelgeesten...

(telefoon rinkelt) ... stemmen uit het verleden die naar mij klauwen...

VIJFDE BEDRIJF: ANAITA

203

(nog een halve beltoon) ... en die proberen mij terug naar beneden te trekken. Ik hoor hoe ze me bellen, onophoudelijk bellen- RINGG! RINGG! RINGG!- en dan voel ik zo'n drang om op te nemen, om te reageren, om terug te gaan, weer de duisternis in en met hen de confrontatie aan te gaan, maar dat kan ik niet. Ik moet naar het licht toe, niet terug­ krabbelen, terug dat smerige riool in...

(ze staat op en raakt buiten zichzelf, duwt zich af van de muren, schudt met haar annen, haar energie neemt toe maar ze kan hem niet kwijt) Ik zou graag gaan wandelen, maar we mogen 's nachts niet naar buiten zonder de hond, en die wil tegenwoordig alleen nog maar in haar mand liggen.

(met een kinderstemmetje dat ouders nadoet) 's Nachts in de buurt blijven, kinderen. 's Nachts lopen buiten beren rond en die eten graag kleine meisjes op.

(weer met een nonnale stem)

204

SPEL ZONDER EINDE

Is dat zo? Eten beren kleine meisjes op? Dat zou helemaal niet zo slecht zijn. Opgegeten worden door een beer... opgegeten door een beer.... Hmmm. Ik vraag me af of zo'n beest je meteen doodmaakt of alleen je gezicht aan flarden scheurt? Een aan flarden gescheurd gezicht zal mij zeker niet erg flatteus staan. Getroffen door de bliksem is misschien beter... hoe erg kan dat zijn? Dat is zó gepiept...

(knipt met haar vingersJ ... en het klinkt best wel cool. Er blijft niets van je over, behalve rokende schoenen. Opgegeten door een beer... getroffen door de bliksem ... beer, bliksem, hmm, klinkt allebei wel goed. Wat is er nog meer? Hondsdolheid door een eekhoornbeet? Jakkes. Een rot gezicht, als lijk, maar welk lijk is dat niet? Meegesleurd in een rivier tijdens een overstroming, lichaam niet teruggevonden. Hal Niet teruggevonden klinkt beter dan aan flarden gescheurd of verbrand! Viel van een ladder tijdens het plukken van fruit? Te poëtisch, te zoetsap­ pig. Door zichzelf verteerd dan? Zonder een spoor achter te laten... ja, dat is hem. Ze heeft zichzelf simpelweg opgesoupeerd. Dood door eerlijkheid. Poef! Weg alsof ze nooit heeft bestaan.

VIJFDE BEDRIJF: ANAITA

205

(stopt drukke bewegingen, probeert te bedaren, schudt energie van zich af, wat niet lukt, klapt voorover, slaat met vuist op een been) Krijg de klere jij, idioot die je bent met je gejammer. Lafaard, zielige slappeling die je bent. Hoe smeriger het lijk, hoe beter. Een rottend, stinkend, opgeblazen lijk vol maden en...

(buigt voorover, houdt handen op de knieën) ... donder op, al die mooie gedachten...

(op de rand van hyperventileren) ... de pot op met die klerezooi in mezelf ... de pot op met hoe het er kwam... fuck dat deel van mij dat het wil beschermen... fuck al die godvergeten stinkende pestzooi...

(komt weer langzaam en stijf omhoog) Wat vind je nu van je prinsesje, pappie? En jij, mammie, wat vind je nu van je kleine ballerina? Probeer geen negativiteit te koesteren, zeggen ze altijd. Ha! Ik kan niet

genoeg negativiteit koesteren! Ik ben een vuur vretende draak geworden die alleen maar negativiteit uitspuwt. Er is niets wat ik niet zal verbranden, niets wat ik niet zal

206

SPEL ZONDER EINDE

vernietigen. Met voorbedachten rade, verdomme nog aan toe. Dit valt niet meer te stoppen. Er is niet aan te ontkomen, niet aan dit, nooit aan dit hier. ..

(begint weer diep te ademen, kalmeert, spreekt bedachtzaam) Ik zei tegen mezelf: kijk! Ik heb veel wijs­ heid en kennis ondervonden, maar ook dwaasheid en krankzinnigheid, en ik heb geleerd dat ook dit het najagen van wind is.

(loopt geagiteerd heen en weer) Haal adem, ontspan, het komt eraan, ik voel het en ik weet wat het is. Het is precies dat wat ik niet wil. Dat wat ik niet wil is precies wat het is. Ik probeer niet te kijken ... Te snel... teveel... het mag niet gebeuren ... het kan niet gestopt worden ... Dus dit is hoe het uiteindelijk afloopt...

(loopt naar het raam, kijkt naar buiten) Stel je voor dat je bang bent voor de dood.... Haha! Was ik dat? Ja, dat was ik, maar dat was niet ik, dat was zij. Ik ben niet bang voor het donker, ik ben bang voor het licht, voor dat verschrikkelijke, koude licht waarin

VIfFDE BEDRIJF: ANATIA

alles volledig zichtbaar is en je je nergens kunt verbergen...

(loopt weg van het raam) Ja, daar komt het...

(loopt naar de spiegel, praat met krachteloze stem) Het enige wat ik ooit heb gedaan ... het enige wat ik deed was vragen waarom.

(inspecteert haar spiegelbeeld, spreekt nu met krachtige stem) Laat je niet in de luren leggen door hoe de dingen eruit zien. Je bent geen klein meisje meer dat haar kleine meisjesdromen uitleeft...

(loopt weg van de spiegel, verandert zichtbaar) Een soldaat ben ik nu, een echte krijger! Ik heb maar één doel... en daar ben ik als een laserstraal op gefixeerd. Overleven is van geen belang. Ik zal deze kanker in mij vinden en hem vernietigen ... alle kankers, waar ze ook maar groeien, hoe ze er ook uitzien ... familie, toekomst, dromen, geloofsovertuigingen, angsten, zelfs mijn

208

SPEL ZONDER EINDE

eigen hart... Ja, als mijn hart mij hindert, zal ik het uitrukken en van me afwerpen. Allemaal het vuur in! Wat ik heb gewaagd, heb ik gewild, en wat ik heb gewild zal ik ook doen! Hoe kan een gevangene ontsnap­ pen behalve door dwars door de muur heen te breken?

(ze slaat op een paar lichtknoppen in de muur en dimt het licht, loopt dan met krachtige tred naar het midden van het voortoneel) Kapitein, naar de brug! Alle hens aan dek! Code rood!

(neemt de houding aan van een bevelhebber) Dit is geen oefening, mensen. Dit is het echte werk, bek dicht en doen wat ik zeg. Daar gaat ie!

(lacht hysterisch en schudt armen en handen om het teveel aan energie kwijt te raken) Hal Daar gaat ie, nou en of, verdomme! Dit was het dan, mensen, alles is voorbij! Het was een genoegen u van dienst te zijn. Bukken maar voor de impact! Daar gaan we dan. Rock 'n roll!

VIJFDE BEDRIJF: ANATIA

209

(gaat weer heen en weer lopen, handen op de heupen, spreekt met krachtige stem) Dit klopt, dit klopt helemaal! Ik ben de kapitein van het schip, en dit is de enige, echte oorlog, wij hebben niets meer te verliezen. Geen druppel, geen grammetje, geen reserves, niets achterhoudend... Op ramkoers!

(stopt, draait zich naar voren, werpt haar armen naar achteren, borstbeen vooruit gestoken, alsof ze het presenteert aan een onzichtbaar zwaard) Hier ben ik. Ik laat mijn schild zakken, ik toon mijn hart. Ik geef mij bloot. Ik geef niet toe. Ik ga nog geen centimeter opzij. Sla me maar dood!

(laat houding los, trekt haar haren strak naar achteren en bindt het vast) Aha! Dit is het dus, dit is oorlog, dit is het speL Er is alleen maar dit, er is nooit iets anders geweest dan...

dit. Nu weet ik het.

Er is niets wat ik niet zou doen, niets wat ik niet in de fik zou steken, niemand die ik niet in de vlammen zou gooien.

SPEL ZONDER EINDE

210

(naar boven gericht) Zelfs jij. Als de tijd rijp is, zelfs jij.

(loopt weer op en neer) Op het pad dat naar mijn onontkoombaar doel loopt liggen rails, waar mijn ziel, daarvoor passend gegroefd, overheen snelt. En of dat verdomme waar is!

(spreekt bedachtzaam, met opeengeklemde kaken) Op het pad dat naar mijn onontkoombaar doel loopt... liggen rails... waar mijn ziel... daarvoor passend gegroefd... overheen snelt.

(lacht lichtelijk hysterisch, trekt haar trui uit, nog steeds ijsberend, nu in een grijze sportbeha en jeans, het haar strak naar achteren getrokken) Over het pad dat naar mijn onontkoombaar doel loopt liggen ijzeren rails. Ja, dat is zo. En over die ijzeren rails snelt mijn ziel, daarvoor passend gegroefd. Ondanks alles, ondanks de pijn, het verlies, de zekere uitkomst, ben ik nog nooit zo gelukkig geweest, zo gelukkig als maar kan.

VIJFDE BEDRIJF: ANATIA

211

(doet haar spijkerbroek uit, en gooit die aan de kant. In bij elkaar passend grijs ondergoed kijkt ze naar voren, naar het lot, en tUt langzaam haar handen op, als een kind dat, nog een beetje wiebelend, voor het eerst haar fietsstuur loslaat) Dit is wat er wordt bedoeld met controle hebben. Ik heb niets onder controle, en toch heb ik alles perfect onder controle. Ik weet niets, maar toch is alles bekend. Mijn overgave is totaal, en mijn overwin­ ning verzekerd. Kom op, jullie rotzakken, jullie voorbije liefdes en geliefden, jullie prachtige dromen en dromen over de liefde, ik laat jullie allemaal ten onder gaan! De vlammen zullen alles tot as verbranden! Er is alleen maar dit, en ook al breekt het mijn hart en scheurt het mijn ziel aan stukken, er is geen plek waar ik liever zou willen zijn. Haha! Lachen!

(gooit haar armen in triomf in de lucht) Ik heb al gewonnen!

Lichten doven.

INTERMEZZO

V

JONGEN Ja, ik ben het. Jezus, wow, wat was dat

gestoord zeg! Ik heb geen idee wat ik daarnet heb gezien. Luister, tussen haakjes, ik uh, ik heb toch geen enorme, zwarte bal vol shit die mijn ziel besmeurt alsof het kanker is, hè? Ik bedoel, nee, laat zitten, stomme vraag, weet ik ook wel. Toneel, hè? Ja, zeg dat wel. Heb jij je wel eens afge­ vraagd of niet alles toneel is en wij allemaal alleen maar... wat? Nee, die afspraak voor het weekend staat gewoon...

(jongen en Mei�e lopen dicht naast elkaar) Wacht even, ik kan je niet verstaan, hoe­ heetzeookalweer blijft maar doorkleppen aan de telefoon zodra er een pauze is ...

214

SPEL ZONDER EINDE

kan nog geen minuut met haar gedachten alleen zijn... ja, echt niet normaaL MEISJE

(geïrriteerd door jongen, zwaait stug, draait zich om en loopt weg) feetje zeg, die vent werkt me echt op de zenuwen. Het stuk? Ik weet het niet, het eerste was wel lollig, met die baby's en zo, het volgende ging over oorlog en martelen met nog iets filosofisch erachteraan, toen kwam er iets leuks met een optocht of zo en daarna een raar debat, maar dat laatste was totaal.... wat zal ik zeggen ... het wordt mij een beetje te... ik weet niet of ik wel van toneel hou. Ik hoop dat het volgende...

(muziek begint) Shit, ik moet ervandoor...

ZESDE AKTE:

Fedallah

Overgangsmuziek gezongen door kinderen:

Oh! wat is de storm lekker fris, met die joker van een walvis. Als ie zo prachtig zwiept met zijn staart, raken we allemaal van de kaart! Wat een kanjer, wat een leukerd, wat een lolbroek van een vis, ja, hij is de grootste grapjas die er maar te vinden is, oh! Als de zwarte stormwolken aan komen zeilen en de bliksemflitsen door de hemel ijlen, dan begint hij van plezier te kwijlen! Wat een kanjer, wat een leukerd, wat een lolbroek van een v�s. ja, hij is de grootste grapjas die er maar te vinden is, oh! Als de bliksemflitsen naar beneden zakken,

216

SPEL ZONDER EINDE

en de schepen versplinteren tot wrakken, dan zieje die vis geweldig met zijn lippen smakken! Wat een kanjer, wat een leukerd, wat een lolbroek van een vis, Ja, hij is de grootste grapjas die er maar te vinden is, oh!

ENSCENERING

Officiersdek van de Pequod. Het is nog dag. Een wazige, maar duidelijk waarneembare zon gaat onder achter rode en zwarte wolken.

PERSONAGES

ACHAB:

Kapitein. Uitgeput, vaal, opgebrand, grijs,

asgrauw. Mist een been dat vervangen is door het bot van een walvis. STARBUCK:

Eerste Stuurman. Jong, knap, moedig,

fatsoenlijk. FEDALLAH:

een vaag figuur, boosaardig starend vanuit

een donkere hoek, houdt een harpoen vast. Breed gezicht, groot hoofd, zwart, hoog opgevlochten haar, duister en exotisch, demonische rode ogen. Alleen te zien als hij wordt geroepen.

ZESDE AKTE: FEDALIAH

217

Achab loopt heen en weer op het officiersdek, stap-BONK, stap-BONK met de laars en het been van het walvisbot, stopt om over de reling te leunen en naar de zon te kijken, in de richting van het publiek.

ACHAB

Waar ligt de laatste haven, vanwaar we nooit meer het anker zullen lichten? In wat voor verrukkelijke lucht zeilt de wereld, die zelfs de meest vermoeiden nooit zal vermoeien? Veertig, veertig jaar geleden! Veertig jaar van ononderbroken walvisvaart! Veertig jaar van ontberingen, gevaar en stormen! Veertig jaar lang op die meedogenloze zee. Veertig jaar lang heeft Achab het vreedzame land verzaakt om ten strijde te trekken tegen de verschrikkingen van de zee. Wat is het toch? Wat voor naamloos, ondoorgrondelijk en onaards iets is het toch? Welke verborgen heer en meester beveelt mij, zodat ik tegen alle natuurlijke gevoelens van liefde en verlangens in, mezelf maar blijf opjagen en roekeloos wordt aangezet om dingen te doen die ik vanuit mijn eigen hart nooit zou durven doen?

2r8

SPEL ZONDER EINDE

(slaat met zijn hand op de reling) Grote God! We draaien maar rond en rond in deze wereld, zoals die windas daar, met het Lot als handspaak. Is Achab Achab? Ben ik het, of is het God die deze arm optilt? Als zelfs de grandioze zon niet uit zichzelf beweegt, maar slechts een loop­ jongen aan de hemel is, hoe kan dit kleine hart dan kloppen, dit nietige brein denken, behalve door een God die dit hart laat kloppen, het brein laat denken? En als het God niet is, wie dan wel?

(draait zich om naar Fedallah te kijken, rode ogen in een donker gezicht dat zwijgend naar hem terug staart) Veertig jaar! Ai! En toen die krankzinnig­ heid, die razernij, het kokende bloed en het dampende voorhoofd waarmee de oude Achab duizenden keren achter zijn prooi aanging, meer een duivel dan een mens! Ai, ai, wat een dwaas is deze oude Achab veertig jaar lang geweest! Waar komt die bezetenheid met de jacht toch vandaan? Waarom de armen vermoeien aan de riemen en met de lans? Hoe rijker of beter is Achab daarvan geworden? Maar stil nu! Daar komt de Eerste Stuurman.

ZESDE AKTE: FEDALLAH

219

STARBUCK

(Starbuck, op de trap naar het officiersdek waar Achab is, in zichzelf pratend) Ik kom meedelen dat de wind gunstig is, maar gunstig waarvoor? Gunstig voor de jacht op Moby Dick, gunstig voor dood en verderf. Ai, voor deze jacht zal Achab met plezier zijn hele bemanning opofferen, maar moet

ik dan maar toezien hoe die

ouwe gek het hele gezelschap op dit schip in de ondergang zal sleuren? Als dit schip met man en muis vergaat, dan is hij de moordenaar van dertig mannen, en dát het zal vergaan, staat als een paal boven water, als Achab zijn zin krijgt. Hij zal ons alle­ maal laten verzwelgen, boot en bemanning, in zijn krankzinnige jacht op de witte walvis.

(haalt een klein pistool tevoorschijn, duidelijk met de bedoeling Achab te doden, aarzelt, en praat verder tegen zichzelf) Hart gesmeed uit staal, kun je nu niet flinker klinken? Goeie genade! Is dit het einde van mijn reis? Het verleden wordt steeds vager. Mary. Mary! Je verdwijnt in bleke glorie. Jongen, mijn zoon! Ik zie je ogen, van een schitterend blauw nu.

220

SPEL ZONDER EINDE

(krachtiger) Voel je hart, Starbuck. Verman je! Vooruit! Waar is de oude man nu? Zie je Achab? Hoor je zijn ivoren voet op het dek?

(Starbuck stapt het officiersdek op en nadert Achabs rug, het pistool recht vooruit gestoken, totdat het vlak bij diens hoofd is) God is tegen u, oude baas! Hou ermee op! Het is nog niet te laat, zelfs nu nog, om te stoppen. Het is een slechte reis, slecht begonnen en slecht vervolgd. Laat mij de ra's vierkant brassen nu het nog kan, en teruggaan met een gunstige wind in de zeilen, laat ons een reis aanvaarden die heel wat beter zal zijn deze. ACHAB

(alsof hij het niet heeft gehoord) Oh, Starbuck! Is het niet bitter dat, bij die zware last die ik moest dragen, ook nog eens dat armzalige been onder mij vandaan is weggerukt. Hier, strijk dit ouwe haar eens opzij. Het hangt voor mijn ogen, zo lijkt het alsof ik huil. Lokken zo grijs kunnen alleen maar uit as zijn gegroeid!

ZESDE AKTE: FEDALLAH

22I

(Starbuck bindt in, laat het pistool zakken en stopt het weg in zijn broekriem. Achab draait zich om en kijkt hem aan) Maar zie ik er dan zo werkelijk zo vreselijk oud uit, Starbuck? Ik voel me dodelijk vermoeid, gebogen en gebocheld alsof ik Adam ben, wankelend onder de opeenge­ hoopte eeuwen die zijn verstreken sinds het Paradijs. God! Breek mijn hart! Sla mijn hersens in!

(Achab grijpt Starbucks schouders en trekt hem naar zich toe) Dichterbij, kom dichterbij me staan, Starbuck, en laat me kijken in een menselijk oog. Dat is beter dan naar God op te kijken. Man, dit is een kristallen bol! Ik zie mijn vrouw in jouw oog. Ik zie mijn kind, mijn jongen. Zijn moeder vertelt hem nu over mij, dat ik ver weg ben op zee, maar ook zal terugkomen om met hem te spelen. STARBUCK

(opgelucht en blij pakt hij Achab bij zijn schouder) Oh kapitein, mijn kapitein! Nobele ziel! Groot van hart bent u, ondanks alles. Waarom zouden we nog doorgaan met jacht

SPEL ZONDER EINDE

222

te maken op die gehate vis? Laten we weggaan! Laten we wegvluchten uit deze dodelijke wateren! Weg hier! Laat mij nu meteen van koers veranderen! Hoe blij, hoe vrolijk, o kapitein, zullen we wegvaren, terug naar het goede oude Nantucket! ACHAB

(duistere blik, verstart, duwt Starbucks hand weg) Nee, Starbuck, nee.

(duwt Starbuck weg. Starbuck probeert opnieuw contact te maken) Ik zeg je, nee, het kan niet. Als je nog langer zo op me inpraat, zal Achabs vaste voornemen nog in hem wegebben. Er is iets in jou, Starbuck, waarvan ik voel dat het mijn ziekte te zeer zou verzachten, maar bij deze jacht verandert mijn ziekte in een gezondheid die ik mij niet beter kan wensen. Dood aan Moby Dick! God zal jacht maken op ons allemaal als wij niet Moby Dick de dood injagen! STARBUCK

(stapt achteruit, aangeslagen) Moby Dick is niet op u uit, kapitein! U bent het die als een waanzinnige achter hem

ZESDE AKTE: FEDALLAH

223

aanzit. U zult ons nog allemaal de dood injagen met uw krankzinnige wraakzucht op een dom dier dat u vanuit een blind instinct heeft getroffen! Het is krankzinnig! ACHAB

(stap-bonkt naar Fedallah, grijpt diens harpoen, keert terug en richt hem dreigend op Starbuck) Luister goed, Nantucketer! Hier in deze hand houd ik de dood van de witte walvis vast! Gehard door de bliksem! Gedoopt in de gesmolten beenderen van moordenaars!

(loopt weg, in zichzelfpratend) Hij denkt dat ik gek ben, Starbuck, maar ik ben de krankzinnig geworden krank­ zinnigheid! Een woeste waanzin die alleen kalm is als hij zichzelf wil begrijpen. Die mannen denken dat ouwe Achab een vis zou willen doden uit wraak, maar ze zijn als tandraderen in het grote wiel dat onher­ roepelijk de ondergang tegemoet draait. Ja, uiteindelijk de ondergang tegemoet, allen zijn tot de ondergang gedoemd! Ai, maar wie moet dit oordeel vellen, als de rechter zelf voor de rechtbank wordt gesleept?

224

SPEL ZONDER EINDE

(keert terug naar Starbuck) Luister nog eens goed, Starbuck, kijk naar wat hier achter zit. Alle zichtbare dingen zijn net bordkartonnen vermommingen. Als de mens wil toeslaan, moet hij door de vermomming heenslaan! Hoe kan een gevangene ontsnappen behalve door zich een weg te banen dwars door de muur heen? Voor mij is de witte walvis die muur!

(terzijde) Soms denk ik dat daarachter niets is... maar dat is voldoende. STARBUCK

Goeie genade! Zullen we die moordzuchtige vis maar blijven achtervolgen totdat hij de laatste man heeft verzwolgen? Moeten we dan werkelijk door hem naar de bodem van de zee worden gesleurd? Naar de helse wereld gesleept? Oh, hoe goddeloos, wat een blasfemie, om nog langer op hem te jagen! ACHAB

Man, hou op over blasfemie. Ik zou de zon nog slaan als ze me zou beledigen! Wie staat er boven mij? De waarheid wordt door niets begrensd.

ZESDE AKTE: FEDALIAH

(zachter) Je bent te goed voor deze wereld, Starbuck, maar Achab zal altijd Achab blijven. Heel deze daad is onveranderlijk vastgelegd. Miljoenen jaren geleden al is het door jou en mij zo afgesproken, nog voordat de zee begon te zieden. STARBUCK

Kapitein, ik smeek u... ACHAB

Idioot! Ik treed op namens de schikgodin­ nen. Ik handel op bevel!

(wijst naar het pistool dat aan Starbucks zij hangt) Moet ik soms voor jou uitkijken, Starbuck? STARBUCK

(beweegt achteruit) Achab hoeft niet uit te kijken voor Starbuck, maar Achab moet uitkijken voor Achab. Kijk uit voor uzelf, kapitein!

( Starbuck gaat af) ACH AB

(de lucht wordt donker, de donder begint te rommelen, bliksemschichten flitsen aan de

SPEL ZONDER EINDE

hemel. Achab houdt de harpoen naar boven, alsofhij hem naar God richt) Ik ken u nu, gij zuivere geest, en ik weet nu ook dat u uitdagen de juiste manier is om u te aanbidden. Noch liefde, noch eerbied vermogen u welwillend te stemmen. Zelfs haat kunt u alleen maar vergelden door te doden, en iedereen wordt gedood. Uw bliksemschichten flitsen door mijn hersenpan, mijn hersens worden verschroeid, mijn oogballen steken. U ben het licht dat uit de duisternis schiet, maar ik ben de duisternis die uit het licht schiet! Van uw vuur hebt gij mij gemaakt, en als een waar kind van het vuur blaas ik het weer terug naar u!

(tegen Fedallah) Wat ik heb gewaagd, heb ik gewild, en wat ik heb gewild, zal ik ook doen. Over het pad dat naar mijn onontkoombaar doel loopt liggen ijzeren rails, waar mijn ziel, daarvoor passend gegroefd, overheen snelt. Langs peilloos diepe ravijnen, dwars door uitgesle­ ten bergkloven en onder stroomversnellin­ gen door snel ik feilloos voort. Niets vormt een obstakel, niets is een beletsel op deze ijzeren weg!

ZESDE AKTE: FEDALLAH

(loopt terug naar reling, kijkt uit over de zee en het publiek) Veertig jaar lang heeft Achab het vreedzame land verzaakt, om veertig jaar lang ten strijde te trekken tegen de verschrikkingen van de zee. Let op, al jullie gekken en krankzinnigen, want Achab is ook krank­ zinnig! Luister, jullie zullen nog vaak mijn ivoren voet op het dek horen, en weten dat ik er nog steeds ben.

(smijt de harpoen op het dek) En nu verlaat ik u!

(lichten doven)

INTERMEZZO

VI

JONGEN

Hoi, hoegaatie? Nou, gaat wel... dit laatste stuk was een heel bizar ratjetoe over Moby Dick... nee, niet Moby, Wat? Nee, Moby

Dick.

Moby Dick.

Dick Dick DICK!

(ziet Meisje achterdochtig naar hem kijken, wijst schaapachtig naar zijn telefoon) Ja, dat boek over die walvis, heb je het nooit gelezen? Nou, ik heb het wel gelezen, maar dit hier was anders, maar ook weer niet, snap je? Ik bedoel, tja, wat zal ik zeggen, misschien heb ik het niet goed begrepen... MEISJE

Jeetje zeg, ik wilde gewoon een leuke avond hebben, beetje gaan stappen, snap je? Een paar drankjes, misschien nog wat... ja, oké, maar nu heb ik zoiets van, schiet eens op zeg! Dat laatste ging over Kapitein Achab, godsamme! Nee, niet Star Trek, het boek,

230

SPEL ZONDER EINDE

weet je wel, over die vent die achter die walvis aanzit. Nee, nee, hoe kom je nou bij Free Willy, de orka?

Moby Dick, dat boek

over die walvis, nee niet hij, Dick! DICK!

(jongen kijkt naar haar, ze wijst schaapachtig naar haar teltfoon) TONGEN Ik geloof dat ze op me valt.

MEISTE

Geweldig, nou denkt-ie dat ik op hem val.

TONGEN Alsjeblieft niet zeg, ik ga echt niet nog eens

Moby Dick lezen. De eerste keer heb ik het nauwelijks overleefd, en toen heb ik zelfs het meeste nog overgeslagen. Het kwam me wel allemaal bekend voor, het was blijkbaar echt uit dat boek, maar er was wel mee gerotzooid, in een ander volgorde gezet of zo... Nee, nee, het kan me niet echt schelen, maar misschien is het toch wel interessant, misschien zit er toch meer achter of zo ... MEISTE

Nee, ik denk niet dat er meer achter zit. Wat dan bijvoorbeeld? Een of ander groots idee? Het zijn gewoon wat bij elkaar geveegde stukken die helemaal niet bij elkaar passen ... De schrijver? Weet ik veel, een of andere new age gast ... heeft een paar boeken geschreven, nee, nooit van hem gehoord, misschien was hij het zat om boeken te

INTERMEZZO VI

schrijven over meditatie of horoscopen en dergelijke en nu heeft ie dan zdn stom stuk geschreven waar geen touw aan vast te knopen is ... TONGEN Wat? In geen geval, ben je gek zeg?

Niemand wil na zo'n avond nog neuken, ze gaan allemaal naar huis, zich afVragend of het nou een stuk was waar niks van klopte of dat ze te stom zijn om het te snappen. We hadden gewoon ergens moeten gaan dansen... haar dronken voeren... ik had nu al in mijn bed kunnen liggen...

(muziek begint) ALLEBEI Oh shit, er komt nog meer.

ZEVENDE BEDRIJF:

Delphi

Overgangsmuziek, achter elkaar gezongen door kinderen: Roei, roei, roei je boot, rustig door de stroom, vrolijk en blij, vrolijk en blij, het leven is maar een droom.

234

SPEL ZONDER EINDE

PERSONAGES

MAN:

gekleed in een wit ziekenhuispak, blootsvoets.

Klaarwakker. ORAKEL:

gehuld in sluiers. Leunt koninklijk op een

hoge, troonachtige chaise-longue van geslepen stenen.

ENSCENERING

Ruïne uit de oudheid. Desolaat, kleurloos. Op een vervallen triomfboog staat de inscriptie KEN UZELF. Hier en daar hangen aan flarden gescheurde sluiers, sommige alleen, andere met twee of drie bij elkaar. Een zacht windje laat ze lichtjes heen en weer bewegen. Achtergrond: links van het publiek: een villa op een heuvel, geprojecteerd op een aan flarden gescheurd doek. Rechts van het publiek: een deur waarop UITGANG staat, geprojecteerd op een heel doek.

MAN

(loopt druk heen en weer, kijkt panisch in het rond) Waar ben ik? Hoe ben ik hier terecht gekomen? Droom ik? Is dit een droom?

oRAKEL

Heel moeilijk te zeggen.

ZEVENDE BEDRIJF: DELPHI

MAN

235

(Man verstijft, zoekt naar waar de stem vandaan komt; hij spreekt in alle richtingen, niet rechtstreeks tot Orakel) Waar bent u?

Wie bent u?

ORAKEL

Wie benjij?

MAN

Ik. .. ik weet het niet zeker.

ORAKEL

Man? Vrouw? Jong? Oud?

MAN

Ik. .. ik weet het niet.

ORAKEL

Je weet niet wie je bent?

MAN

Ik herinner me wel dat ik iemand was, dat ik ooit heb bestaan, of misschien was het een droom. Hoe kan ik dat zeker weten?

ORAKEL

Hoe kun je wat dan ook zeker weten?

MAN

Dat weet ik niet! Waar bent u?

ORAKEL

(spreekt met zangerige stem, alsof ze dingen herhaalt die ze al heel vaak heeft gezegd, of tegen een kind spreekt) Hier. Bij jou. Altijd bij jou.

MAN

Wat is dit voor plek hier?

236

SPEL ZONDER EINDE

ORAKEL

Wat het lijkt te zijn.

MAN

Dat is geen antwoord. Wie bent u?

ORAKEL

Ik ben degene die je hoort.

MAN

Maar niet echt goed in gewoon antwoord geven, h ' e.�

ORAKEL

Stel dan een gewone vraag.

MAN

Hou op met dat raadselachtige gedoe.

ORAKEL

Alle raadsels heb je zelfbedacht.

MAN

Oké dan, wat was dit voor plek voordat ik hier arriveerde?

ORAKEL

Hoe kan er nu

MAN

Alweer een raadsel! Oké, gearriveerd van

dit zijn zonder jou?

waar? Waar kom ik dan vandaan? Hoe ben ik hier terecht gekomen?

(wijst naar de villa) Kom ik uit dat huis daar? Ben ik weggelopen van het feest? Of slaap ik? Droom ik dit alleen maar? ORAKEL

Stel je nu een vraag?

237

ZEVENDE BEDRIJF: DELPHI

MAN

Kent u het antwoord?

ORAKEL

Ken jij de vraag? Nog meer raadsels! Hoe kom ik hier weg?

MAN

Een simpele vraag. ORAKEL

(onverschillig) Als je denkt dat je in slaap bent, probeer dan wakker te worden. Als je denkt dat je weggelopen bent, probeer dan terug te keren.

(wijst naar het doek waarop

MAN

UITGANG

staat)

Hoe zit het met die deur daar? Waar leidt hij naartoe? ORAKEL

Dat gaat mij te boven.

MAN

Dat gaat u te boven? Wat bedoelt u? Wat is er aan de andere kant van die deur?

ORAKEL .

Die deur heeft maar één kant.

(Man loopt naar de deur, strekt zijn hand uit, aarzelt, keert terug) MAN

Wie zijn er nog meer hier? Waar zijn de mensen?

SPEl ZONDER EINDE

ORAKEL

Zoals je ziet.

MAN

Maar de mensen? Waar zijn de mensen?

ORAKEL

Daar weet ik niets van.

(Man loopt onderzoekend rond, ziet de triomf boog met inscriptie) MAN

En dit! Wat is dit dan?

ORAKEL

Wat denk je dat het is?

MAN

Het lijkt afkomstig van de Tempel in Delphi.

ORAKEL

Dan is het dat.

MAN

Bent u soms het orakel?

ORAKEL

Hoe zou ik dat weten?

MAN

Er staat Ken U zelf.

ORAKEL

Ironisch.

MAN

Maar hij is helemaal gebarsten, beschadigd, vervallen.

ORAKEL

Des te ironischer.

ZEVENDE BEDRIJF: DElPHI

MAN

239

Maar wat betekent dit? Hoe komt hij zo vervallen?

ORAKEL

Misschien was hij niet erg stevig.

MAN

Niet stevig gebouwd? Of niet stevig als ontologisch imperatief?

oRAKEL

Ja, misschien.

MAN

U bent niet erg behulpzaam.

ORAKEL

Het is niet mijn rol om behulpzaam te zijn.

MAN

Aha! Wat is uw rol dan wel?

ORAKEL

Mijn rol is wat ik doe.

MAN

Niets anders dan raadsels.

(beweegt zich in de richting van de villa) Wat is dat voor een huis? Kom ik daar vandaan? Het lijkt alsof er een feest aan de gang is, of is het de weerschijn van het licht?

(beweegt opzij) Van hieruit lijkt het alsof het een huis is bij avond.

240

SPEL ZONDER EINDE

(beweegt naar de andere kant) En van hieruit lijkt het ... alsof er camaval wordt gevierd! Geef antwoord. Wat is het?

ORAKEL

Het is wat het lijkt. Wat anders?

MAN

Ik vraag niet wat het lijkt, ik vraag wat het is!

ORAKEL

Er is geen is, er is alleen wat het lijkt.

MAN

Nee, daar is wel degelijk een echt huis.

(wijst) Kijk maar, daar staat het! Hoe kunt u nou zeggen dat het er niet is? ORAKEL

Hoe kun je zeggen dat het er is?

MAN

Ik zie het toch!

ORAKEL

Je ziet een beeld geprojecteerd op een aan flarden gescheurd doek.

MAN

Maar mijn herinneringen...

ORAKEL

Beelden op aan flarden gescheurde doeken.

MAN

Als u iets weet, zeg het me dan! Zeg me wat u weet!

ZEVENDE BEDRIJF: DELPHI

241

ORAKEL

Ik weet niets, maar dat is al veel.

MAN

Maar u bent hier, op deze plek. U bestaat. Dat weet u toch wel zeker?

ORAKEL

MAN

Nee, dat doe ik zeker niet. Wat doet u zeker niet? Weten dat u bestaat? Wat belachelijk om zoiets te zeggen. Hoe kunt u nou zeggen dat u niet weet of u bestaat?

ORAKEL

Hoe kun jij zeggen dat je

wel bestaat?

MAN

Ik weet dat ik denk, dus ik weet dat ik ben. Simpelweg omdat ik denk, weet ik dat ik moet bestaan, dat ik niet

niet kan bestaan.

Ik kan me in alles vergissen, behalve hierin. Als je denkt, moet je bestaan, op zijn minst als dat wat bewust is van zichzelf. ORAKEL

Je denkt dat je denkt, dus weet je dat je bestaat?

MAN

ORAKEL

Ja natuurlijk! En je denkt dat

ik denk, dus weet je dat ik

besta? MAN

Ja! Wacht... wat? Nee, dat is niet wat ik zei.

242

SPEL ZONDER EINDE

ORAKEL

Nee?

MAN

Ik zei dat u denkt, dus u bent.

ORAKEL

Maar dat doe ik niet.

MAN

Wat doet u niet?

ORAKEL

Denken. Ik denk niet. Ik denk niet, dus besta ik niet. Geen cogito, ergo, geen sum.

MAN

Weer zo'n absurde uitspraak! Wat heeft het voor zin om met u te praten?

ORAKEL

Wat is de zin van wat dan ook?

MAN

Dat begin ik me nu ook afte vragen. Zal ik ooit wakker worden?

ORAKEL

Is dat wat je wilt?

MAN

Ja, dat is wat ik wil! Hoe maak ik mezelf wakker dan?

ORAKEL

Probeer het eens met wat koud water over je heen te gooien.

MAN

Ja!

(kijkt om zich heen)

ZEVENDE BEDRIJF: DELPHI

243

Er is geen water. ORAKEL

Knijp jezelf eens.

MAN

Ja!

(knijpt zichzelf) Au! Au! Au! Dat werkt niet. ORAKEL

Probeer het eens met jezelfte slaan.

MAN

Ja!

(slaat zichzelf) Au! Au! Au! Dat werkt ook niet. ORAKEL

Laat die steen daar op je voet vallen.

MAN

Ja! Hè? Wat? Nee! U houdt me voor de gek. Ik vraag u om hulp.

ORAKEL

(vermoeid) Goed dan, hoe ben je hier terecht gekomen? Op eigen kracht ofmet de wind van het lot? Door eigen verdienste ofpuur geluk? Door er moeite voor te doen of door toedoen van iets anders? Ben je de kapitein afhoor je bij de bemanning?

244

SPEL ZONDER EINDE

MAN

U praat over deze plek alsof hij echt bestaat.

ORAKEL

Lijkt hij dan niet echt?

MAN

Nee! Ik weet zeker dat ik niet hier ben, en dat deze plek niet echt is, dus maakt het ook nauwelijks uit hoe ik hier ben gekomen.

ORAKEL

Denk dan na, aangezien je denkt dat je dat kunt. Droom je?

MAN

Hoe kan ik dat weten?

ORAKEL

Misschien ben je hier al heel erg lang.

MAN

Nee, nee, ik ben hier net wakker geworden.

ORAKEL

Misschien ben je hier

MAN

Nee, nee, ik ben net aangekomen.

ORAKEL

Misschien ben je nooit ergens anders

altijd al geweest.

geweest. MAN

Nee, nee, ik herinner me dat ik ergens anders was.

ORAKEL

Misschien laat je geheugen je in de steek.

MAN

Nee, nee, ik herinner het me heel duidelijk.

ZEVENDE BEDRIJF: DELPHI

245

ORAKEL

Misschien laat je geheugen je in de steek.

MAN

Nee, nee... wat? Dat zei u daarnet ook al!

ORAKEL

Hoe weet je dat zo zeker?

MAN

(boos) Ik weet helemaal niks zeker!

ORAKEL

Je gaat vooruit. Misschien lig je in coma. Misschien lig je al heel erg lang in coma.

MAN

Het is wel duidelijk dat ik niet in coma ben. Kunt u dat niet zien?

ORAKEL

Ik zie zoals jij ziet.

MAN

Dus als ik naar die deur kijk en ik doe mijn ogen dicht, dan ziet u niets?

ORAKEL

Aan deze kant van de deur is een merkwaardig gebrek aan niets.

MAN

Maar u zei dat deze deur maar één kant heeft.

ORAKEL

En nu zeg ik dat aan deze kant van de deur er een merkwaardig gebrek aan niets is.

MAN

Hoe kan er nu een gebrek zijn aan niets?

SPEL ZONDER EINDE

ORAKEL

Wat ontbreekt kan niet geteld worden. Nul is geen getal, of, om het juist te zeggen, niets bestaat niet. Klinkt vanzelfsprekend, hè, als je het hardop zegt. Niets bestaat niet.

MAN

(loopt op en neer, probeert het te begrijpen) Dus er is geen niets, alleen iets?

ORAKEL

Er is alleen het patroon.

MAN

Dus het patroon is iets?

ORAKEL

Het patroon is niet iets.

MAN

Dan is het patroon niets?

ORAKEL

Niets bestaat niet.

MAN

Dus bestaat het patroon niet?

ORAKEL

Er is alleen...

MAN

Patroon, ja, dat hebt u al gezegd.

(zit op een grote steen) Maar dit rotsblok is er toch ook? En ik, en uzelf, en de lucht die we inademen, het verleden en de toekomst en de wil van een

ZEVENDE BEDRlfF: DELPHI

man en het hart van een vrouw. Dat is er toch allemaal? ORAKEL

0 ja?

MAN

U bent er het bewijs van.

ORAKEL

0 ja? Kijk omhoog. Kijk naar mij. Aanschouw, aanschouwer.

MAN

(probeert naar haar te kijken, schermt zijn ogen af alsof hij in een fel licht kijkt) Ik kan u niet.... helemaal... het lijkt wel alsof... Wat raar, ik kijk naar

u,

maar ik kan

u niet zien. Zoiets heb ik nog nooit meegemaakt. U bent als de zon, als de heldere geest, als God. Ik weet dat u daar bent, ik kan u horen, u voelen, maar ik kan blijkbaar niet rechtstreeks naar u kijken. Nu

weet ik dat ik aan

het dromen ben.

ORAKEL

In tegenstelling tot?

MAN

(loopt naar het huis) In tegenstelling tot wakker zijn, weer in de wereld zijn.

ORAKEL

Wat je ziet is wat er is.

SPEL ZONDER EINDE

MAN

Het patroon?

ORAKEL

Wat anders?

MAN

Het patroon van wat dan? Waar is dit patroon van gemaakt?

ORAKEL

Slierten.

MAN

Van?

ORAKEL

Droomstof.

MAN

Slierten droomstof. Aha. En waar is droomstof van gemaakt?

ORAKEL

Van niets, natuurlijk.

MAN

Maar u zei dat er niet zoiets is als niets.

ORAKEL

Beide uitspraken zijn correct.

MAN

En hoe zit het met mensen? Waar zijn die van gemaakt?

ORAKEL

MAN

Wat voor mensen? De mensen daar op dat feest. Toen, in het normale leven! Ik herinner me dat daar mensen waren!

ZEVENDE BEDRIJF: DELPHI

ORAKEL

249

(op zangerige toon) Misschien heb je die gedroomd. Misschien ben je één zonder ander. Misschien ben je de enige aanschouwer. Zie je niet hoe je voorbije leven opgeslokt wordt door de mist? Ben je niet volledig aanwezig in dit moment? Ga je niet helemaal op in je huidige toestand?

MAN

Ik dacht dat u zei dat u niets wist.

ORAKEL

Ik ken alles wat niet is, en niets wat is.

MAN

Nog meer nonsens! U zei dat er geen niets is.

ORAKEL

Ik zei dat niets niet bestaat.

MAN

Als er alleen het patroon is, wat ben ik dan?

ORAKEL

Patroon, blijkbaar. En de waarnemer van het patroon, misschien.

MAN

Misschien?

ORAKEL

Hoe kan ik dat weten?

MAN

En u?

ORAKEL

Als jij mij waarneemt, dan word ik waargenomen.

SPEL ZONDER EINDE

MAN

Alweer het patroon?

ORAKEL

Wat anders?

MAN

Waarom zegt u dit soort dingen?

ORAKEL

Ik zeg helemaal niets.

MAN

Wie spreekt er dan? Een patroon, veronderstel ik.

ORAKEL

Er is alleen maar een patroon.

ORAKEL

En de waarnemer van een patroon?

ORAKEL

Hoe zou ik dat weten?

MAN

U hebt blijkbaar overal een antwoord op,

en toch blijft elke vraag onbeantwoord. En waar zijn we nu? Graag een gewoon antwoord. ORAKEL

Je bent hier.

MAN

Hier? Ja, maar waarom? Waarom ben ik hier?

ORAKEL

Omdat "hier'' het woord is voor waar je bent.

MAN

Waarom krijg ik maar geen antwoord?

ZEVENDE BEDRIJF: DELPHI

ORAKEL

Geen enkele vraag, correct gesteld, kan onbeantwoord blijven. Wat wil je weten?

MAN

Ik weet niet wat ik wil.

ORAKEL

Wens dan te weten wat je wilt.

MAN

Door wat voor mechanisme worden wensen in vervulling gebracht?

ORAKEL

MAN

Het patroon.

(schreeuwt uit purefrustratie, speurt de omgeving af) Help, help! Is er nog iemand anders hier?

ORAKEL

Wie anders is er nog hier?

MAN

Is er iemand in de buurt?

ORAKEL

Waar anders

MAN

is er nog hier?

Zegt u nu...? Wilt u beweren dat deze plek alles is wat er is? Dat u en ik de enige... mensen zijn?

ORAKEL

Ik vraag aan jou wat jij aan mij vraagt.

SPEL ZONDER EINDE

MAN

Ik vraag of ik terug mag naar de echte wereld. Ik zeg dat ik het hier niet leuk vind.

ORAKEL

(speels) Weet je dat zeker? Dat je het hier niet leuk vind? Ben je daar echt zeker van? Want, zie je, je bent nu eenmaal hier. Misschien vind je het hier wel leuk maar weet je het gewoonweg niet. Misschien heb je wel eeuwen en eeuwen rondgereisd om hier te komen. Of misschien ben je hier altijd al geweest.

MAN

Nog meer gebazel. Kunt u mij nu helpen of niet?

ORAKEL

Aan die kant zie je een huis...

(wijst) ... en aan die kant een deur.

(wijst) Blauwe pil, rode pil. Hoe zou ik je nog meer kunnen helpen? MAN

U zou me de waarheid kunnen vertellen.

ZEVENDE BEDRIJF: DELPHI

ORAKEL

253

Denk je soms dat waarheid iets is wat je kunt vertellen?

MAN

Is dit echt?

ORAKEL

Wat echt

lijkt is wat echt is. Een andere

maatstaf is er niet. MAN

Mijn herinneringen zijn echt voor mij! Ik herinner me mijn leven. Het was een leven vol met mensen en gebeurtenissen. Er waren... een heleboel dingen! Naties en geschiedenis en kunst; baby's en oorlog en optochten. Wetenschap, godsdienst en filosofie. Eten, water, bomen... een wereld vol met van alles en nog wat. Ik had een gezin. Mensen van wie ik hield en die ook van mij hielden.

ORAKEL

Als je wilt proberen terug te gaan, terug in je herinneringen,

(wijst

naar

het huis)

die kant op. MAN

En gaat mij dat lukken? Kan ik terug naar mijn wereld?

ORAKEL

Probeer het meteen. Je situatie kan wachten.

254

SPEL ZONDER EINDE

MAN

Mijn situatie? Wat is mijn situatie?

ORAKEL

Zoals je ziet.

MAN

Maar ik zie niets! Er is niets hier!

ORAKEL

Wat je hier ziet is oneindig veel meer dan niets, en toch is niets maar een haarbreed verwijderd.

MAN

En achter die deur ligt... wat?

ORAKEL

Wat achter die deur ligt, ligt ook achter mij.

MAN

En als ik terug wil gaan? Naar het feest?

ORAKEL

Ga dan.

MAN

Bent

ORAKEL

Ben jij niet de mijne?

MAN

Ben ik dan niet uw gevangene?

ORAKEL

Ben ik niet die van jou?

MAN

U houdt me voor een imbeciel.

ORAKEL

Wijzen hebben ogen in hun hoofd, terwijl

u

niet mijn bewaker?

dwazen wandelen in duisternis.

ZEVENDE BEDRIJF: DELPHI

MAN

255

Het lot van de dwaas zal ook mij overkomen. Wat win ik er dan bij door wijs te zijn?

ORAKEL

Net zoals licht beter is dan duisternis, is wijsheid beter dan dwaasheid.

MAN

(beent naar de uitgang) Wat is er achter die deur? De hemel? De hel?

ORAKEL

Er is geen mysterie. Niets is verborgen. Als je wilt weten, denk dan na. Als je wilt zien, kijk dan. Als je weg wilt gaan, ga dan weg. Kijk, je mag een wens doen.

MAN

Een wens doen? Maar wacht eens!

ORAKEL

Maar wat?

MAN

Maar nu weet ik het weer! Ik sliep. Ik was in slaap gevallen op het feest, maar ik wilde wakker worden. Ik wilde wakker worden, maar dat was zo moeilijk, alsof een enorm gewicht me naar beneden drukte.... Ik wilde opstaan... En toen was er die tocht, een strijd, een eindeloos naar beneden vallen... maar wacht eens!

ORAKEL

Maar wat?

SPEL ZONDER EINDE

MAN

(in vervoering door een innerlijk visioen, reikt naar buiten om het aan te raken) Maar nu zie ik alles, mijn hele leven, tot in het meest verfijnde detail. Elk moment is helemaal verlicht. Wat dof was en waar geen beweging in zat, stroomt nu helder en sprankelend.

(begeleidt met handbewegingen wat hij ziet) Naar voren spoelen! En weer terug! Inzoomen! Uitzoomen! Geweldig! Ik zie alles, zelfs de eerste dagen van mijn leven, mijn jeugd, elke seconde, goed en slecht. Geen duisternis of schaduw, geen stukken die ontbreken of vervormingen. Onvoorstelbaar! Ja, nu kan ik alle stukjes zien als één geheel, ik begrijp nu dat het tapijt meer is dan een warboel van losse draden. En nu ik het geheel kan overzien, kan ik ook de stukjes vergeven. Absolutie! Verlossing! Redding! Nu zie ik de betekenis... de orde... het...... het ORAKEL

Patroon.

MAN

(nog steeds in vervoering) Het patroon, ja, natuurlijk! Nu zie ik dat ik altijd op doortocht ben geweest, de grote

257

ZEVENDE BEDRIJF: DELPHI

terugkeer. Dat is het altijd geweest, hè? Ik ben altijd op weg naar hier geweest... ORAKEL

Ja, waar anders heen?

MAN

(nog steeds in vervoering) Ja, waar anders heen? In het leven dat ik voor mij zie is maar één thema. Hoog en laag, overwinning en mislukking, vreugde en verdriet, het smelt allemaal samen tot één lijn die met een elegante boog hier naartoe leidt, precies naar deze plek!

(komt uit zijn trance) Mijn herinneringen vervagen, langzaam verdwijnen ze, nu zijn ze weg. Maar het is goed zo, ik heb gezien wat ik moest zien. Ik zie dat de lijn die hier naartoe niet

eindigt.

leidt hier

Ik weet nu waar ik ben. Hoe ik

hier ben gekomen maakt niet uit, alleen dát ik hier ben, en dat er nog één stap overblijft. oRAKEL Wacht even. We zijn in een theater, jij en ik. De acteurs, het podium, de schrijver, directeur, het publiek, wij allen tezamen, beschouwers en alles wat wordt beschouwd, zijn hier, binnen de begrenzing van deze magische cirkel waarin dingen bestaan die

SPEL ZONDER EINDE

niet bestaan. De villa op de heuvel is een projectie, deze sluiers zijn slechts slierten gemaakt van niets, mijn stem is een geluid in jouw hoofd, ook weer een gehavende sluier. Voorbij die laatste sluier is de uitgang van het theater. Wil je weg uit de productie? Niet antwoorden! Het maakt niet uit wat jij wilt. Denk je dat er een keuze is? Geloof je nu heus dat je terug kunt naar het feest? MAN

Maar wat is die productie dan waarin we onze teksten zeggen? Is het een oorspron­ kelijke schepping? Of is het een verzinsel? Uit de tweede hand? Plagiaat? Moet ik mij richten tot een schedel? Wachten met Didi en Gogo op Godot? Inez uit Huis Clos ervan overtuigen dat ik geen lafaard ben? De personages zijn allemaal al gespeeld, de teksten allemaal uitgesproken. Wat is een acteur zonder rol? Ik heb het gevoel alsof ik naar beneden glijd, wegglijd in alle moge­ lijke richtingen...

ORAKEL

Vanuit welk centrum?

MAN

Ja, dat is de enige vraag die telt. Vanuit welk centrum? Er kan niet alleen maar naar beneden glijden en wegglijden zijn. Er moet iets zijn dat naar beneden glijdt en ergens

ZEVENDE BEDRIJF: DELPHI

259

vandaan glijdt. Er moet een centrum zijn vanwaaruit alles wegglijdt, dat is toch zo? ORAKEL

Û ja?

MAN

En dat centrum ben ik.

ORAKEL

0 ja?

MAN

Jazeker! Haha! Lachen!

ORAKEL

Waarom moet je lachen?

MAN

Omdat ik nu zie waarom die triomfboog vervallen is. Ken Uzelf. Nu begrijp ik het. Het is geen bestemming. Er is nog één stap, nog één stap die gezet moet worden. Ik heb even gedacht dat ik hier was, maar ik ben hier helemaal niet, hè?

ORAKEL

Nee, je bent hier helemaal niet.

MAN

Nooit geweest ook?

ORAKEL

Nee, nooit geweest.

MAN

En u ook niet.

ORAKEL

En ik ook niet.

SPEL ZONDER EINDE

MAN

(tegen zichzelf) Hier is het woord voor waar je bent. Wat grappig dat ik ooit heb gedacht dat ik hier was. Alles is grappig als je er goed naar kijkt. Grappig- gek, grappig gek -

-

droevig

,

grappig-gek-droevig- mooi

.

Grappig-gek-droevig-mooi-absurd.

(loopt naar het midden van het voortoneel, kijkt peinzend naar de lucht boven het publiek) Toen ik nog een kind was, vroeg ik mijn moeder waarom de lucht blauw was, en als ze had geantwoord, vroeg ik weer waarom, en als ze daarop weer geantwoord had, vroeg ik opnieuw waarom, enzovoorts, want als je steeds maar blijft doorvragen, als je nooit, nooit stopt met te vragen...

(loopt terug naar Orakel) Maar dit is alleen maar een theater - dat hebt u tenminste gezegd - een magische cirkel waarin dingen bestaan die niet echt bestaan. Hoe ga je dan van het eindige naar het oneindige?

ORAKEL Door de achterdeur.

ZEVENDE BEDRIJF: DELPHI

MAN

(loopt naar de uitgang) Nog een laatste sluier. Wat voor keuze heb ik? Ik kan niet teruggaan, ik kan niet hier blijven, dus wat valt er te kiezen? Ik vraag me af of er überhaupt ooit een keuze is geweest.

(loopt naar de uitgang, draait zich om naar Orakel) Ik weet wie u bent, maar desalniettemin, bedankt.

(Man trekt de sluier met "Uitgang" opzij en loopt er doorheen. Orakel zinkt weg in haar sluiers en verdwijnt) (STEM VAN EEN JONGETJE) Mammie, waarom is de lucht blauw?

Lichten dimmen

SPEL ZONDER EINDE

Slotmuziek, achter elkaar gezongen door kinderen

Roei, roei, roei je boot, rustig door de stroom, vrolijk en blij, vrolijk en blij, vrolijk en blij, vrolijk en blij, het leven is maar een droom.

Lichten doven, doek valt.

Jongen en Meisje rennen vanaf de zijkanten van het toneel naar elkaar toe. Ze gooien hun telefoons weg en vallen in elkaars armen, helemaal verliefd nu, misschien omdat het zo'n indrukwekkend stuk was, of misschien uit wanhoop en opluchting, zoals overlevenden van een schipbreuk. Zo moeilijk te zeggen.

Einde

Eerder verschenen bij uitgeverij Samsara Adams, Robert-Stilte van het hart, deel

1

Adams, Robert-Stilte van het hart, deel

2

Adyashanti-Dansende leegte Adyashanti- Ware meditatie Adyashanti-Het einde van je wereld Adyashanti-Genade Adyashanti-De weg van bevrijding Alles over Niets (boek met 2 dvd's) Balsekar, Ramesh-Er was eens ... Balsekar, Ramesh-Nou én? Bancroft, Anne -Woorden van Boeddha Beintema, Rita- Jnana yoga in de praktijk Bemie, Jon-Alledaagse vrijheid Bongers, Sally- Alledaagse verlichting Boogaard, Han v.d. I Wei Wu Wei-Leven zonder tranen Boogaard, Han v.d. -Dat wat Is Byrom, T homas-Het hart van bewustzijn Caraway, Morgan -Een aangename ontgoocheling Cohen, Alan- Bent u net zo gelukkig als uw hond? Cohen, Alan-Wijsheid uit het hart Crowley, Gary- Van hier naar hier Delden, Jan van-Terug van nooit weggeweest Delden, Jan van-Vele wegen, één thuis Dych, William-Anthony de Mello, een bloemlezing Foster, Jeff-Leven zonder middelpunt Foster, Jeff- Een buitengewone afwezigheid Foudraine, Jan-Metanoia Gangaji- Vrijheid in overgave Gieles, Lenne-Thuis Glassman, Bemie-Oneindige cirkel Greven, John- Eén Hamill, Sam I Lao Tse-Tao Te Tsjing Harding, Douglas- Open voor de bron Harrison, Steven-Zoek geen antwoord

Harrison, Steven-Het gelukkige kind Harrison, Steven-Eén-zijn in relaties Hartong, Leo -Ontwaken in de droom Heyboer, Anton-De filosofie van een oorspronkelijke geest Heyboer, Anton-The philosophy of an original mind Hillig, Chuck-Verlichting voor beginners Hillig, Chuck- Parels voor de ziel Hyde, Unmani Uza- Ik ben het leven zelf Inzicht. vingers wijzend naar de maan Joncheere, Zoë- Leven als God Jourdain, Stephen f Farcet, Gilles-Zomaar verlicht Katz, Jerry- Non-Dualiteit Keers, Wolter-Vrij zijn Keers, Wolter-Jnana Yoga Kicken, Patriek & Smit, Paul- Praten over bewustzijn Kiloby. Scott-Liefdes stille revolutie Klein, Jean - Ik Ben Koehoorn, Jan-Zelfonderzoek Krishnamurti, U.G.- De denkbeeldige geest Lake, Gina-Het mechanisme van verlangen Lammers van Toorenburg, Wendy- Hoogbegaafd, nou én? Lammers van Toorenburg. Wendy-Werkboek Hoogbegaafd Laurentius, Hans-Ronzengeur en prikkeldraad Lawry, Kalyani - Sailor Bob Adamson, leven en leer Liquorman, Wayne- Never mind Lucille, Francis-Eeuwigheid NU! McKenna, Jed-Spirituele verlichting? Vergeet het maar! McKenna, Jed-Spiritueel Incorrecte Verlichting McKenna, Jed- Spirituele Oorlogvoering McKenna, Jed-Notities McKenna, Jed-Jed's McKenna's theorie van alles Mello, Anthony de- Bewustzijn Mello, Anthony de- De weg van stilte Mooji-Adem van het absolute Morinaga, Soko-Van leerling tot meester Nisargadatta Maharaj- In woord en beeld Norquist, Steven- De waarheid over verlichting

Oever, Jan van den- Ik weet niet wie ik ben Parsons, Tony-Zoals het is Parsons, Tony-Niemand hier Parsons, Tony- Niemand daar Parsons, Tony-Alles en Niets Parsons, Tony-Het open geheim Raaijmakers, Annette-Volledig vrij Ramana Maharshi-In woord en beeld Ram Tzu-Wie zoekt zal niet vinden Rigter, Bob-Zen tijd Rossum, Jan van-Je bent niet wat je denkt Schoonderwoerd, Sirnon - Een christen op satsang Schreuder, Esther-CoBrA aan de gracht Sengtsan-Oorspronkelijke Geest ShantiMayi -Ons hart weet alles Shapiro, lsaac-Het gebeurt vanzelf Smit. Alexander - Kennendbeid Smit, Alexander-Geschenk van het Absolute Smit, Paul-Non-dualiteit voor managers Smit, Paul-Verlichting voor luie mensen Spira, Rupert-De helderheid der dingen Spira, Rupert-Wat rest is liefde Sterren, Paul van der-Verlichting in een lege verpakking Sterren, Paul van der-Over het brein, non-dualiteit en vrije wil Sylvester, Richard-Geen zelf, geen ander Tathagata, Florian- Zijn Tetteroo, Tosca-Alles over edelsteentherapie Tollifson, Joan-Ontwaken in het alledaagse Tollifson, Joan- Niets om je aan vast te houden Unmani Liza Hyde-Ik ben het leven zelf Vingerwijzingen- Artikelen uit tien jaar InZicht Waite, Dennis-Een introductie tot advaita Watts, Alan-Word wat je bent Wei Wu Wei-Onwerelds wijs Whenary, Roy-De structuur van zijn Zuijderhoudt, C.B.- Meester Eekhart versus advaita

Voor een overzicht van onze titels (met tekstfragmenten) kunt u ook kijken op onze website: www.samsarab ooks.com

Daar vindt u informatie over de boeken in voor­ bereiding, de agenda met informatie over lezingen van onze auteurs en kunt u zich opgeven voor onze nieuwsbrief of een catalogus aanvragen. Samsara Uitgeverij bv Herengracht 341 1 016 AZ Amsterdam

Telefoon: 020- 5550366 Fax: 020-5550388

E-mail: [email protected]

Jed McKenna’s boek Spe wederom een juweel. On vorm (een toneelstuk) pa bil zijn vorige boeken, al omdat hij ook nu weer m doet dan beantwoordt. D in het stuk kunnen gezie originele weergave van d van zelfonderzoek, waarb een stukje verder meene reis. Aanvankelijk worde gesteld, maar gaandeweg liggen op degenen die de McKenna ons op een hoo opnieuw zien waar oprec zelfonderzoek werkelijk

Jed McKenna neemt ons reis waarbij ‘wat je bent’ stap en het eigenlijk allee stap. Een stap die le ook Daarom lees le altijd je e boek, en is Spel zonder ei le eigen reis.

samsara

el zonder einde is ndanks de afwijkende ast het wonderwel l was het alleen maar meer vragen teniet De zeven dialogen en worden als een de verschillende stadia bij iedere dialoog ons eemt op de innerlijke en er vooral vragen g komt de nadruk te e vragen stellen. Zo laat ogst originele manier cht en onophoudelijk toe kunnen leiden.

s mee op een innerlijke verandert met iedere en gaat om de volgende als lezer moet maken. eigen versie van dit inde een spiegel van

L1il]]

t